voetbalzone

Van jeugdopleiding bij AZ naar einde carrière op 22ste: ‘Het was mooi geweest'

Noël Korteweg06 apr 2023, 20:16
Laatst bijgewerkt: 06 apr 2023, 20:16
Advertentie

Finn Berk zette afgelopen zomer een punt achter zijn nog prille voetbalcarrière. Niet omdat hij zwaar geblesseerd raakte, met lichamelijke ongemakken kampte of omdat er geen clubs meer waren die toekomst in hem zagen, maar omdat hij klaar was met de voetballerij. De 22-jarige inmiddels oud-verdediger, die jarenlang in de jeugdopleiding van AZ speelde en in Nederland ook onder contract stond bij Almere City en SC Cambuur, heeft moeilijke momenten gehad in zijn carrière. Nadat hij zijn grote levensdoel had bereikt, vond hij het wel mooi geweest. Een gesprek over presteren onder druk, eenzaamheid en de andere kant van de voetballerij.

Door Noël Korteweg

De carrière van Berk begint bij HFC Haarlem, waar hij op jonge leeftijd gaat voetballen. Dat de centrale verdediger talent heeft, wordt al snel duidelijk. Zo wordt hij op zesjarige leeftijd uitgenodigd om mee te trainen met de F’jes van Ajax. “Dat heb ik een heel jaar gedaan”, begint Berk. “Ik deed mee met wedstrijden en toernooien, maar viel helaas op het allerlaatste moment af. Ik zat bij de laatste vier of vijf jongens, maar Ajax koos uiteindelijk voor Sven Botman, die ook bij de laatste jongens zat. Daarna ben ik naar Haarlem gegaan. Daar speelden toen ook onder anderen Owen Wijndal, Calvin Stengs en Jelle en Kevin Duin. Op een gegeven moment ging Haarlem failliet, waardoor alle goede spelers ‘transfervrij’ weg konden gaan.”

De club gaat midden in het seizoen failliet, waardoor een hele lichting talenten opeens zonder team zit. In het voorjaar van 2010 krijgt Berk een uitnodiging van AZ. “Ze zeiden: ‘Finn, vind je het wat om een keer bij ons mee te komen trainen?’ Zo’n stagetraject, zeg maar. Tuurlijk wilde ik dat wel. Als jochie van negen of tien denk je: ‘Gaaf! AZ wil mij hebben.’ Dat heb ik toen vol goede moed gedaan en uiteindelijk na vier of vijf trainingen werd ik door mijn vader gebeld, die op dat moment voor zijn werk in het buitenland zat. Hij zei: ‘Finn, ik heb goed nieuws voor je. AZ wil je hebben.’”

Dat Berk mag aansluiten in de jeugdopleiding van een betaald voetbalorganisatie is een droom die uitkomt. “Ik belde natuurlijk meteen trots mijn opa en oma op. Je bent nog een jochie en denkt: Wat overkomt mij nou? Super gaaf!" De verdediger is dan tien jaar oud en eigenlijk nog te jong. Bij AZ beginnen de teams op dat moment namelijk pas vanaf twaalf jaar. “Ze wilden me daarom een jaartje mee laten trainen. Ik mocht alleen nog geen competitie spelen. Dat waren nou eenmaal de regels van de KNVB. Daarom trainde ik twee keer in de week mee en speelde ik oefenwedstrijden en toernooien met het team."

"Ik werd samen met Peer Koopmeiners voorbereid op het seizoen daarna, toen waren we namelijk wel oud genoeg om alles mee te mogen doen. We wisten daardoor, toen de andere jongens van onze leeftijd erbij kwamen, al hoe het werkte. Wij werden vervolgens eigenlijk de aanvoerders van de Onder 12 toen we eenmaal mochten aansluiten.” Hoewel Berk blij is dat hij een stap dichter bij zijn grote droom om profvoetballer te worden is, veranderen er na zijn komst bij AZ ook veel dingen. “Je moet goed eten, op je slaap letten en je gaat je vrienden minder zien.”

Vanaf 2011 staat het leven van de dan elfjarige Berk volledig in het teken van voetbal. “Je wordt in de ochtend opgehaald met een busje, je traint, gaat naar school voor twee of drie uurtjes en dan sta je weer op het voetbalveld. Je moet veel arbeid leveren. Er komen krachttrainingen bij, je krijgt workshops over voeding, het mentale gedeelte en over je slaap. Je wordt dan echt opgeleid als een prof. In het begin is het natuurlijk allemaal nog een beetje jip-en-janneketaal, maar het wordt wel al vrij snel serieus. Er wordt ook op je gelet.” Waar veel pupillen op zaterdagochtend de wedstrijd in de kantine afsluiten met een zakje chips, zit dat er voor Berk en de andere jeugdspelers niet meer in.

“Dat mag niet meer. Dan zeggen ze: ‘Hè Finn, zo werkt het niet.’ Dan hebben ze liever dat je een eiwitshake neemt of bijvoorbeeld (chocolade-)melk. Maar dan wel de magere, hè! Niet de lekkere volle melk”, lacht hij. “Dat wordt er meteen helemaal ingeslepen, waardoor je er op een gegeven moment ook niet meer aan denkt om een zakje chips of klein taartje te pakken na de wedstrijd. Dat is in principe goed, natuurlijk. Heel veel mensen zullen dan zeggen: ‘Het maakt niet uit dat je dat eet, want je sport heel veel dus verbrand je het weer snel.’ Maar daar gaat het niet om. Ons lichaam is ons gereedschap en als je daar heel veel chips en vetten ingooit, dan herstellen die spieren gewoon minder. Dan heb je de volgende dag meer spierpijn en meer kans op blessures, omdat je gewoon niet goed hersteld bent.”

voetbalzone

De druk om te presteren ligt op jonge leeftijd al hoog. Dat is ook in het team te merken, zegt Berk. “Iedereen heeft de droom om het eerste van AZ te halen. Onderling zijn er dan wel eens botsingen. Het kwam wel eens voor dat mijn concurrent naar de trainer liep en zei: ‘Coach, laat mij een keer spelen. Finn mag er wel even uit.’ Het is ook wel begrijpelijk, want iedereen vecht voor zichzelf.” In de zomer van 2018 trekt Berk de deur achter zich dicht bij de Alkmaarders en vertrekt hij naar de jeugdopleiding van Almere City. “Ik zat acht jaar bij AZ en had de hele jeugdopleiding doorlopen. In mijn laatste jaar vonden de trainers andere jongens beter. Dat kan, natuurlijk. Dat is prima. Ze gaven aan dat ze in anderen meer toekomst en potentie zagen en toen hebben we besloten om uit elkaar te gaan. Vervolgens heb ik een gesprek gehad met de trainer van Almere City. Ik kon ook naar NEC en Vitesse.”

“Vitesse was iets minder concreet, maar NEC wilde me heel graag hebben. Ik zat alleen ook nog op school en wilde graag thuis blijven wonen. Ik vond Nijmegen te ver, maar naar Almere kon ik nog op en neer rijden. Ik had bij NEC ook in een gastgezin gemoeten en dat zag ik niet zitten”, vervolgt de oud-verdediger. “Almere City voelde goed en het was nog een soort van om de hoek. Het was daar natuurlijk iets minder professioneel dan bij AZ, maar na mijn laatste seizoen in Alkmaar had ik dat ook wel even nodig. Zeker weten. Ik had een jaar lang weinig minuten gemaakt en bij Almere City was het zo goed als zeker dat ik zou gaan spelen. Ik werd daar ook aanvoerder. Ik wilde niet weer een jaar op de bank zitten. Bij Almere City speelde ik altijd. Alles klopte ook, het was dicht bij huis en ik kon mijn school afmaken.”

Uiteindelijk blijft zijn dienstverband bij Almere City beperkt tot één jaar. “Ik wilde graag naar het eerste elftal en was gedreven. Ik was ook maar een jochie van achttien of negentien. Het was op dat moment misschien nog iets te hoog gegrepen. Cambuur benaderde me gedurende dat jaar en zei: ‘Finn, we willen heel graag dat je bij ons komt spelen.’ Cambuur was net weer een stapje hoger dan Almere City. Ze waren bezig met het nieuwe stadion en wilden naar de Eredivisie. Ik kende een paar jongens die daar ook heen gingen van mijn tijd bij AZ. Mees Hoedemakers, bijvoorbeeld. De trainer van Jong Cambuur, Jan Bruin, was ook top. Henk de Jong, die toen de trainer van het eerste elftal was, is ook een hele aardige man. Jong Cambuur speelde destijds in de Eredivisie voor Jong-elftallen, met Jong Feyenoord en Jong FC Groningen, bijvoorbeeld. Het niveau was daar gewoon hoger dan bij Almere City. Die speelden in de Tweede Divisie, dat was anders dan dat je tegen Kaj Sierhuis, Renato Tapia, Luciano Narsingh of Jan-Arie van der Heijden speelde bij Jong FC Groningen en Jong Feyenoord. Daar leer je natuurlijk veel van.”

Berk speelt acht wedstrijden voor de beloftenploeg van Cambuur in het seizoen 2019/20. Omdat in het voorjaar de coronapandemie uitbreekt en het Nederlandse voetbal stilligt, kiest de verdediger voor een avontuur in Noordoost-Duitsland bij Greifswalder FC. De club speelt op het vierde niveau van Duitsland tegen onder meer het tweede elftal van zowel Hertha BSC als Hamburger SV. “Ik kreeg contact met een zaakwaarnemer: Ivan Klasnic. Hij is een oud-prof, heeft een EK en WK gespeeld met Kroatië en is met Werder Bremen kampioen geworden in de Bundesliga. Hij woont nu in Hamburg en heeft ook nog even samengespeeld met Toni Kroos. Via hem zijn we aan het nummer van Roland Kroos gekomen, zijn vader. Toen ben ik een week gaan meetrainen bij het team van Roland. Hij was super enthousiast en tevreden. Hij zei: ‘Finn, je bent een moderne centrale verdediger. Helemaal top. We geven je een contract voor tweeënhalf jaar.’ Dat was in coronatijd, dus het was sowieso al lastig om een club te vinden.”

“Alles werd geregeld bij de club: ik kreeg een auto, een appartement, eigenlijk alles erop en eraan. Dat was voor mij ideaal. Ik kon daar tweeënhalf jaar gaan spelen en doen wat ik het liefste deed: voetballen. Als een man als Roland Kroos, die zo’n status heeft en ook trainer in de Bundesliga is geweest je zo graag wil hebben, dan is dat een mooi compliment.” Het begin bij Greifswalder is erg moeilijk voor Berk, die al snel met heimwee kampt. “Ik kan moeilijk lang van huis zijn. Bij Cambuur reed ik ook iedere dag op en neer naar Haarlem. Greifswalder ligt in Noordoost-Duitsland en het was er ontzettend ouderwets. De tweede taal daar is Russisch, Engels spreken ze er niet. Het was Duits of Russisch. Ik sprak toen ook geen Duits, dus in het begin kon ik niet met mijn medespelers communiceren. Dan voel je je wel eenzaam.”

Berk is opgelucht en blij als hij na iets minder dan een jaar mag vertrekken bij Greifswalder. Hij tekent eind augustus 2021 een contract bij Babelsberg 03 in Berlijn, eveneens op het vierde niveau. Dat de club in een wereldstad ligt, is een belangrijk detail voor de oud-verdediger. “Ik woonde er in een mooi hotel. De jongens uit dat team waren veel leuker en ook de omgeving waar ik woonde was top. Uiteindelijk was ik heel blij dat ik naar een stad als Berlijn kon, waar ook gewoon meer te doen was. Ik wist dat het een grote stad was waar ik weer heel veel mensen kon gaan leren kennen. Daar had ik teamgenoten die me hielpen. Ze wisten dat ik een jonge jongen uit Nederland was en namen me op sleeptouw. Ze lieten me de stad zien en hielpen me bijvoorbeeld met verzekeringen. Ook qua taal hielpen ze me, wat allemaal ontzettend fijn was. Ik heb daar een super leuke tijd gehad.” Ruim zes maanden na zijn komst bij Babelsberg vertrekt Berk naar Union Fürstenwalde, dat in dezelfde competitie speelt. Niet voor de sportieve uitdaging, maar door de betere financiële aanbieding die die club doet. “Het contract was veel beter”, zegt hij glimlachend. “De coach van die club had me zien spelen en wilde me graag hebben.”

“Toen werd ik overgekocht. Ik werd gehaald als basisspeler en had echt een topcontract. Het voelde aan alle kanten goed. Ze lieten weten dat ze me ontzettend graag wilden hebben. Het was ook een Belgische trainer, dus het was fijn dat ik dezelfde taal met hem kon spreken. Die coach wilde me echt heel graag hebben. ‘Finn, we hebben je nu nodig. Hier komen jij. Ik wil je er heel graag bij hebben’, zei hij. Toen heb ik in de kerstvakantie een keer met hem gebeld en aangegeven dat ik er nog even over na moest denken. Hij zei: ‘Finn, denk er zo lang over na als je wil, maar op 2 januari zien wij elkaar op ons veld. Op 2 januari ben ik jouw trainer.’ Daar sprak veel vertrouwen uit. Het contract was dus ook veel beter, waardoor je al wat makkelijker die kant op gaat. Ik kon ook in Berlijn blijven wonen, dus dat was top. Ik mocht in hetzelfde hotel blijven zitten en de club betaalde dat. Ik kon mijn vrienden daardoor ook blijven zien. Het was leuk om te merken dat ik me staande hield in het buitenland en nieuwe contacten opdeed. Ik woonde in een mooi hotel, dus dan kwamen mijn vrienden bijvoorbeeld bij mij ontbijten, zwemmen, gamen of chillen. Daar hebben we de tijd van ons leven gehad.”

Ondanks die leuke tijd heeft Berk het in het voorjaar van 2022 gehad met het profvoetbal. “Het was mooi geweest. Ik besloot om terug naar huis te gaan en een ‘normaal’ leven te gaan leiden. In Nederland kon ik nog naar FC Eindhoven en een andere club. Toen begon het wel weer te kriebelen. Ik heb uiteindelijk toch besloten om naar mijn gevoel te luisteren. Ik had mijn keuze gemaakt. Het was goed zo, van mij hoefde het niet meer.” Vooral het mentale aspect van het leven als profvoetballer is een belangrijke reden waarom Berk op 22-jarige leeftijd een punt achter zijn carrière zet. “Thuis gaat het normale leven ook gewoon door. Er zitten als speler in het buitenland ook weekenden tussen waarin je gewoon niemand spreekt. Dat is de andere kant van de voetballerij die niet veel mensen weten. Er zijn ook wel eens momenten dat je niet in de selectie zit en thuis wordt gelaten. Dan gaat de selectie op vrijdagmiddag weg met de bus en komen ze zondagavond weer thuis.”

“Op maandag hebben ze dan vrij. Dan is de club van vrijdag tot en met maandag dicht. Je kan met de fysio wel een beetje een balletje trappen, maar daar zit je natuurlijk ook niet echt op te wachten. Voor de rest spreek je niemand. Dan zit je daar in je eentje. Dan kan ik wel mijn zwembad, sauna, stoomcabine en noem alles maar op hebben, je bent wel alleen. Het is toch leuk als je even met iemand kan zwemmen of chillen, maar dat heb je dan niet. Het zijn pittige momenten geweest. Dan denk je: ‘Ja, wat nu?’ Dan gaat de tijd heel langzaam.”

Berk heeft vrede met zijn beslissing om te stoppen met voetbal. “Ik had m’n doel bereikt. Ik wilde koste wat het kost voetballer worden en kunnen zeggen dat ik mijn geld verdiende met voetbal. Dat is me gelukt. Natuurlijk was het geen Barcelona of Real Madrid, maar dat hoefde ook niet van mij. Dat is nooit mijn doel geweest. Ik wilde profvoetballer zijn, zelfs dat is al voor heel weinig mensen weggelegd”, sluit de oud-verdediger af. Op Voetbalzone gaat de komende weken de rubriek FaceTimen met Finn verschijnen, waarin Berk – zoals de naam al aangeeft – gaat FaceTimen met mensen die hij tijdens zijn spelerscarrière heeft ontmoet, waaronder Myron van Brederode van AZ.