‘Zo’n transfer heeft eigenlijk nooit plaatsgevonden, dus het is best bijzonder’
Nederlandse profvoetballers zijn in alle uithoeken van de wereld te vinden, van de spotlights van de grote Europese competities tot de meer avontuurlijke dienstverbanden op andere continenten. In de rubriek Over de Grens spreekt Voetbalzone wekelijks met een speler die buiten de landsgrenzen actief is. Met deze keer aandacht voor Nick Kaaijmolen, die het seizoen begon bij APEA Akrotiri, een vierdeklasser in Cyprus, en vorige maand een transfer verdiende naar PAEEK, dat in de hoogste divisie actief is.
“Ik had wel het gevoel dat ik gewoon mijn ding had gedaan bij APEA Akrotiri, maar ik had niet verwacht dat er na een half jaar al een club uit de hoogste divisie voor me zou komen”, zegt Kaaijmolen vol trots wanneer hem gevraagd wordt of hij zelf rekening hield met deze overstap. “Natuurlijk is het een droom. Zo’n transfer heeft eigenlijk nooit plaatsgevonden, dus het is best bijzonder. Ze zochten nog een speler en vonden mij een goede optie. Ze zullen me vast gevolgd hebben. Ik ben op trainingsstage geweest en daarna wilden ze me graag hebben. Er is aangegeven dat ik dit seizoen al speelminuten kan krijgen, maar het is altijd afwachten hoe je het gaat doen. Ze halen me niet voor niets. Ik zeg altijd: Gewoon keihard werken en dan komen je speelminuten vanzelf.”
Hard blijven werken is wat Kaaijmolen altijd heeft gedaan. Wie zich verdiept in zijn nog jonge voetbalcarrière, ziet dat de 21-jarige middenvelder altijd doorzettingsvermogen getoond heeft. Meerdere keren deed hij één stap terug om er later twee vooruit te kunnen zetten. “Bij FC Volendam heb ik mijn hele jeugd gezeten en daar moest ik opeens op mijn zeventiende weg”, geeft Kaaijmolen aan. “Dat was ook wel even omschakelen en zeker omdat ik daarna opeens kwam te spelen bij Hollandia, wat toch een amateurclub is. Het eerste half jaar daar was wennen en in het tweede half jaar zei ik tegen mezelf dat ik weer zo snel mogelijk een stap omhoog wilde maken.” Kaaijmolen verdiende een transfer naar de jeugd van De Graafschap, maar door de coronacrisis moest hij na twee jaar ook in Doetinchem vertrekken.
Het was Telstar dat in de zomer van 2020 uiteindelijk uitkomst bood. “Ik sloot aan bij de Onder 21”, zegt Kaaijmolen. “Ik heb het eerste half jaar in het beloftenteam gespeeld. In het slot van het seizoen heb ik de stap naar het eerste elftal gemaakt. Ik heb m’n bijbaan toen opgezegd, omdat ik elke ochtend moest trainen. Bij het beloftenteam trainde ik ‘s avonds en werkte ik daarnaast overdag weleens. Ik heb bij het eerste elftal van Telstar ook nog twee keer bij de wedstrijdselectie gezeten, maar uiteindelijk heeft Andries Jonker besloten dat ik niet kon blijven. Dat was wel even een teleurstelling, aangezien ik zelf het gevoel had dat ik wel definitief de stap naar het eerste elftal zou maken.”
Kaaijmolen had zichzelf altijd als doel gesteld om het in Nederland tot profvoetballer te schoppen. Na het vertrek bij Telstar en een mislukte trainingsstage bij FC Eindhoven was de middenvelder echter genoodzaakt om afgelopen zomer over de landsgrenzen te kijken. “Ik wilde niet te lang clubloos blijven, dus samen met mijn zaakwaarnemer Gwendell van Riemsdijk ben ik op zoek gegaan naar een nieuwe club”, vertelt Kaaijmolen. “Hij had contacten bij Prespa Birlik, een club die actief is op het vierde niveau van Zweden. Zo is die transfer eigenlijk tot stand gekomen.”
Mede door positieve verhalen van enkele Nederlanders die bij de Zweedse club actief waren, werd Kaaijmolen warm gemaakt voor zijn eerste buitenlandse avontuur. De transfer werd echter niet helemaal wat hij ervan gehoopt had. “Ik heb uiteindelijk niet lang bij Prespa Birlik gespeeld, omdat het me toch niet helemaal beviel. Het waren iets van vijf of zes weken. De manier van voetballen lag me niet, er werd alleen maar de lange bal gespeeld. De resultaten vielen ook tegen. We stonden onderaan en de trainer stapte op. Ik kon daar niet echt op mijn plek komen. Ik had er wel langer kunnen blijven, maar toen ik een aanbieding uit Cyprus van APEA Akrotiri kreeg, was de keuze snel gemaakt.”
Nog voor het sluiten van de zomerse transfermarkt ruilde Kaaijmolen Malmö in voor Akrotiri op vijftien minuten van de bruisende havenstad Limassol. “Die transfer is ook via mijn zaakwaarnemer geregeld. Hij had contact met Jamory Leysner, de Nederlandse eigenaar van APEA Akrotiri. Toen ik hoorde dat er vanuit Cyprus interesse was, wist ik eigenlijk ook nog niet veel over het land. Bij APEA Akrotiri hielpen ze me vanaf het eerste moment, dus ik voelde me direct thuis. Het zijn hele eerlijke en open mensen die gelijk voor je klaarstaan. Rida Azzouz speelde er ook al een jaar. Hem kende ik van De Graafschap, dat was ook wel fijn.”
Kaaijmolen voelde zich bij APEA Akrotiri snel op zijn plek en kijkt ook met een tevreden gevoel terug op het afgelopen half jaar. “Die tijd daar was top. Ik heb alles gespeeld, eigenlijk nooit op de bank gezeten. We hebben in dat half jaar negen keer gewonnen, twee keer gelijkgespeeld en niet verloren. We waren lekker bezig. Ik heb ook wat goals en assists gegeven. Het was wel het vierde niveau, maar die club heeft de ambitie om snel richting de tweede divisie van Cyprus te gaan.” Wie verwacht dat de faciliteiten bij de vierdeklasser tegenvielen, zal zich volgens Kaaijmolen nog verbazen.”Ze proberen het zo professioneel mogelijk aan te pakken. Wat betreft kleding hadden we alles van Puma en ze bouwden zelfs een gym, zodat we ook aan krachttraining konden doen. Die club heeft echt een plan om zo snel mogelijk, zo hoog mogelijk te spelen, daar gaan ze echt voor de komende jaren. Wat dat betreft was het ook een goede keuze om voor APEA Akrotiri te kiezen.”
Kaaijmolen speelde zich dus binnen een half jaar in de kijker van PAEEK, een club die de laatste jaren in de tweede divisie gespeeld heeft en vorig seizoen zijn ze gepromoveerd naar de hoogste divisie op Cyprus. “We staan nu wel redelijk onderaan, maar de doelstelling is om ons te handhaven”, zegt Kaaijmolen. “Ik merk dat de spelers verder zijn dan veel jongens bij APEA Akrotiri. Ze zijn wat slimmer, balaannames gaan makkelijker. Je ziet toch altijd wel weer wat kleinere dingen die het verschil maken. Bij mijn vorige club trainden we ook echt ‘s avonds pas omdat sommige jongens overdag moesten werken. Dat is hier niet het geval. Nu trainen we ‘s ochtends of ‘s middags, het is allemaal wat professioneler.”
Bij PAEEK komt Kaaijmolen opnieuw enkele Nederlanders tegen. Thijs Timmermans en ??Brem Soumaoro speelden er al langer, terwijl Thijs van Amerongen afgelopen maand van zaterdaghoofdklasser DUNO een soortgelijke droomtransfer als Kaaijmolen naar PAEEK maakte. Naast de nodige Cyprioten lopen er in de selectie onder meer Brazilianen, een Nigeriaan en een Uruguayaan rond. “De trainer spreekt niet het allerbeste Engels, dus in de kleedkamer doet hij vaak zijn woordje in het Grieks”, vertelt Kaaijmolen. “Bijvoorbeeld als hij wil uitleggen hoe we gaan voetballen en dan vertaalt een speler het allemaal voor ons in het Engels. Wanneer ik mijn debuut verwacht te maken? Ik denk dat ik nog één of twee weken nodig heb om te trainen en dan zal mijn debuut vanzelf komen. Ik hoop dat het snel gebeurt. Als de trainer me nodig heeft, moet ik er gewoon staan.”
Inmiddels speelt Kaaijmolen ruim een half jaar op Cyprus en is hij ook al gewend aan de hoge temperaturen op het eiland. “Toen ik hier arriveerde was het zomer. Toen was het wel echt even bikkelen, dan stond je opeens in iets van 35 of 36 graden te voetballen. Als je dat een paar maanden doet, went je lichaam er op een of andere manier wel aan. Je staat toch iedere dag in die hitte op het veld.” Over het leven op Cyprus is de middenvelder ook goed te spreken. “Het is natuurlijk eigenlijk ook gewoon een beetje een vakantieland. Ik woonde eerst bij Limassol in de buurt en nu in Nicosia, dat is ruim een uur rijden en ligt een beetje in het midden van Cyprus. In Limassol heb je overal stranden, waterparken en leuke terrasjes, dus ik kon me altijd wel vermaken als ik vrije tijd had. Toen eenmaal het seizoen begon, ging de focus weer gewoon op het voetbal.”
Op de korte termijn wil Kaaijmolen zich richten op presteren met PAEEK. “Ik ga zo hard mogelijk trainen en dan proberen we ons te handhaven. Ik wil zoveel mogelijk speelminuten maken. Ik baalde toch altijd een beetje dat het de afgelopen jaren in Nederland niet gelukt is. Dat ik me nu in Cyprus toch profvoetballer kan noemen is wel mooi inderdaad.”