‘Ze noemen me weleens in foute bewoordingen ‘de hoer van het elftal’’

FC Utrecht verloor dit seizoen de bekerfinale van Feyenoord en liet op de laatste speeldag de vierde plek aan AZ. In de play-offs krijgt de club een derde en laatste kans op Europees voetbal en heeft het inmiddels PEC Zwolle verslagen. In de uitwedstrijd werd met 0-0 gelijkgespeeld, maar thuis werd overtuigend met 5-2 gewonnen. Mark van der Maarel kwam beide duels als centrale verdediger in actie. De 26-jarige speler met rugnummer twee begon het seizoen nog als rechtsback, maar speelde gaandeweg het seizoen steeds vaker in het centrum. Voetbalzone zocht hem op en sprak met hem. Vandaag deel één van een tweeluik waarin hij vertelt over de play-offs, zijn nieuwe positie achterin en trainer Erik ten Hag.

De laatste keer dat ik je zag was in de catacomben van de Amsterdam ArenA. Je humeur lijkt nu wat beter?
“Haha, ja die uitwedstrijd tegen Ajax hakte er wel in. Na die wedstrijd zat ik redelijk hoog in de emotie, maar ik vond mezelf nog wel redelijk politiek correct. In de kleedkamer waren er wel hardere woorden gevallen. Door die fout van Danny Makkelie verloren we die middag twee belangrijke punten. Als we dit wel gekregen hadden, had winst tegen AZ had volstaan voor Europees voetbal. Niet dat we dat duel dan per se gewonnen hadden hoor (Utrecht verloor met 1-3, red.), maar het was wel van invloed geweest op de manier waarop je zo’n wedstrijd ingaat. Uiteindelijk staan we in de play-offs en moeten we het nu maar doen. Dat PSV uiteindelijk toch nog kampioen werd was trouwens geen opluchting voor me, die strijd moeten ze bovenin lekker uitzoeken.”

Is het winnen van de play-offs cruciaal voor het draaien van een goed seizoen?
“Jazeker. Iedereen heeft het over een goed seizoen, maar als je aan het eind van de rit met lege handen staat, koop je daar niet zo veel voor. Het is pas echt geslaagd als we die prijs pakken. We gaan er van uit dat het nu lukt, dat hou ik mezelf ook voor. We zijn bij aanvang van de play-offs teruggegaan naar de basis, want we hadden aan het eind van het seizoen toch wat tikken gekregen. We zijn weer iets meer vanuit stabiliteit en zekerheid gaan spelen en dat ging heel goed tegen PEC Zwolle. We hebben daar goed verdedigd, weinig kansen weggeven en het uiteindelijk thuis afgemaakt. Ik wil niet zeggen dat het makkelijk ging, maar als je binnen een half uur een 3-0 voorsprong hebt, heb je het wel gewoon goed gedaan.”

Waren het bekerduel tegen PSV en de thuiswedstrijd tegen De Graafschap het hoogte- en dieptepunt dit seizoen?
“De bekerfinale was natuurlijk heel mooi, maar ook wel een dieptepunt. Je verwacht er veel van, maar we konden niet brengen wat we heel het seizoen hadden laten zien. De wedstrijd tegen De Graafschap was vervelend en als je het los bekijkt kun je natuurlijk bij Feyenoord verliezen en thuis tegen De Graafschap eigenlijk niet. In het bekerduel tegen PSV hebben we ons plan perfect uitgevoerd. De wedstrijd tegen Ajax in de ArenA vond ik vergelijkbaar, alleen was het laatste deel een beetje ongelukkig. Het zijn beide mooie duels om op terug te kijken.”

Hoe tevreden ben je over eigen seizoen en hoe vind je het om centraal te spelen?
“Ik heb wel een goed seizoen gedraaid, zeker aan het begin. Aan het einde werden de wedstrijden iets minder, dat is zonde. We gaven met z’n allen niet thuis op de momenten dat het echt moest en daar ben ik in meegegaan. Daarom ben ik erg blij dat het team en ik nu weer de vorm te pakken hebben. In het centrum spelen vind ik eigenlijk wel prettig; ik heb dat vroeger ook veel gedaan. Ik ben alleen niet de grootste, dus op een gegeven moment ging ik naar de backpositie. Dat is ook goed gegaan; ik kan beide. In de 5-3-2 (of 3-5-2) sta ik ook rechts centraal en dat bevalt hartstikke goed. Ik word weleens in foute bewoordingen de ‘hoer van het elftal’ genoemd, maar ik hou het zelf liever bij multifunctioneel. Ik ben blij in elk geval blij dat de trainer me opstelt.”

Over die trainer gesproken, hoe is het om reserve-aanvoerder te zijn onder Ten Hag?
“Ten Hag heeft zijn ideeën opgedaan bij Fred Rutten, is daarna op eigen benen gaan staan en heeft in verschillende keukens gekeken. Hij heeft nu zijn visie bij FC Utrecht laten zien en dat heeft tot nu toe zijn vruchten afgeworpen. Waarom hij voor mij gekozen heeft als reserve-aanvoerder zou je eigenlijk aan hem moeten vragen. Ik denk dat het komt omdat ik al even meeloop, veel met de club heb en verantwoordelijkheid probeer te dragen. We hebben ook veel jonge jongens en daar probeer ik de druk juist bij weg te nemen. Dat de trainer voor mij gekozen heeft, voelt als een eer voor mij. Willem Janssen is eerste aanvoerder, dat staat buiten kijf, maar ik draag de band met trots als ik hem om heb. Ik probeer me nu ook niet anders te gaan gedragen. Dat deed ik vroeger wel door te veel last op mijn schouders te nemen wat juist averechts werkt. Ik ben nu gewoon dezelfde Mark.”