voetbalzone

‘Ze hebben het beste van Red Bull Salzburg, Ajax en Anderlecht gecombineerd'

Chris Meijer28 jan 2019, 21:07
Laatst bijgewerkt: 28 jan 2019, 21:07
Advertentie

DUNAJSKÁ STREDA - In het zuidwesten van Slowakije, nabij de grens met Hongarije, ligt Dunajská Streda. In het slaperige stadje, waar circa twintigduizend mensen wonen, verwacht je waarschijnlijk geen hypermodern trainingscomplex en gloednieuw stadion, maar niets is minder waar. Dunajská Streda is de thuishaven van het hyperambitieuze FC DAC 1904, dat met Peter Hyballa en Remco ten Hoopen wil uitgroeien tot het ‘Ajax van Slowakije’.

Door Chris Meijer

Afgelopen zomer rinkelde de telefoon van Ten Hoopen, aan de andere kant van de lijn klonk Hyballa. “Ik wil je meenemen naar Slowakije. Niet nadenken, tekenen. Want wat je hier gaat zien, ga je niet geloven”, zo drukte Hyballa Ten Hoopen op het hart. De 43-jarige Duitser had net zijn handtekening gezet onder een tweejarig contract bij FC DAC Dunajská Streda. De Slowaakse club was op zoek naar een trainer met een aanvallende stijl, die goed met jonge spelers kan werken. Sportief directeur Jan van Daele zag in Hyballa de ideale opvolger van Marco Rossi, die DAC vorig seizoen met een derde plaats in de Fortuna Liga naar de Europa League leidde en vervolgens bondscoach van Hongarije was geworden. Hyballa zat sinds zijn ontslag bij NEC in april 2017 zonder club en gesprekken in Engeland en Noorwegen liepen eerder op niets uit, maar het aanbod uit Slowakije overtuigde hem direct. De oefenmeester zag in Ten Hoopen, die in de periode bij NEC zijn assistent was, zijn ideale rechterhand. Hij werkte vorig seizoen als trainer bij vierdeklasser VCA uit Sint-Agatha. “Ik was daar graag doorgegaan, maar dit kon ik niet laten schieten. Zowel in sportief als in financieel opzicht is dit een fantastische stap. Daar heb ik geen woorden voor”, vertelt de 39-jarige Ten Hoopen in gesprek met Voetbalzone.

voetbalzone

Ten Hoopen twijfelde geen moment, zeker niet na het zien van het beleidsplan en de mogelijkheden bij FC DAC. Hij moest zijn nieuwe werkgever wel even opzoeken. “AS Trencín, Slovan Bratislava en MSK Zilina kende ik, maar van DAC had ik eerlijk gezegd nog nooit gehoord. Nu ik hier ben, denk ik: stom dat we het niet kennen.” Dat DAC nog niet zo’n bekende naam in de voetbalwereld is, is niet zo verwonderlijk. Sinds het zelfstandig worden van Slowakije, pendelde de club steevast op en neer tussen het hoogste en het tweede niveau. In de Fortuna Liga kwam DAC doorgaans niet verder dan een plaats in de middenmoot, uitzonderingen daargelaten. Dat daar nu verandering in komt, is te danken aan één man: Oszkár Világi. De 55-jarige miljonair telde in 2014 een bedrag van 600.000 euro neer om DAC te verlossen van een dubieuze Iraanse eigenaar. Világi, geboren in Dunajská Streda en hartstochtelijk supporter van DAC, bestuurt oliemaatschappij Slovnaft, dat 256 tankstations in Slowakije heeft, onderdeel is van de Hongaarse MOL Group en jaarlijks een omzet van bijna een half miljard euro draait.

DAC-pyjama
De eerste motivatie voor Világi om DAC over te nemen, was simpelweg uit liefde voor de club. In gesprek met Hospodárské noviny vertelde de zakenman dat hij voor zijn bruiloft eerst een helft naar zijn geliefde club ging kijken, alvorens hij naar het gemeentehuis reed om te trouwen. “Oszkár slaapt in een DAC-pyjama, onder een DAC-dekbed”, zegt Ten Hoopen met een lach over Világi. “Hij heeft in 2014 gezegd dat er eerst een trainingscomplex en een stadion nodig waren, dus daar heeft hij in geïnvesteerd.” Met de financiering van het trainingscomplex en de verbouwing van het stadion kreeg Világi niet alleen hulp van de Slowaakse regering en voetbalbond. Ook de Hongaarse regering en voetbalbond droegen hun steentje bij en dat is geen toeval. Het inwonersaantal van Dunajská Streda bestaat voor 75 procent uit etnische Hongaren, die in het verleden als vluchtelingen in het zuidwesten van Slowakije terechtgekomen zijn. DAC wordt dan ook gezien als de club van de Hongaarse minderheid. Világi heeft naast de Slowaakse ook de Hongaarse nationaliteit en onderhoudt naar verluidt een goede verstandhouding met hoogwaardigheidsbekleders in beide landen.

voetbalzone

Het nieuwe trainingscomplex, dat circa veertien miljoen euro gekost heeft, werd onlangs geopend. “Als je de faciliteiten hier ziet, denk je: poh, dat is niet normaal. Jan is bij Anderlecht, Ajax en Red Bull Salzburg geweest, heeft het beste van die drie complexen gecombineerd en hier neergezet. Het is echt bizar wat hier allemaal kan en mogelijk is. Zelfs als Nederlandse coach had ik dat nooit voor mogelijk gehouden. De Herdgang en De Toekomst vind ik geweldig, maar met alle respect: die kunnen hier nog wat van leren. Qua infrastructuur, mogelijkheden in de fitness en metingen: dat is echt niet normaal. In de Slowaakse competitie zijn wij de bovengrens. De infrastructuur is hier veruit het allerbeste. Dat merk je ook terug, bijvoorbeeld in de ambities van de jongens. Mensen kunnen zich niet voorstellen dat er in de 'middle of nowwhere' zoiets moois ligt”, vertelt Ten Hoopen. De afgelopen jaren heeft men tevens voor een bedrag van 22 miljoen euro het stadion verbouwd. De gerenoveerde MOL Aréna, die in februari wordt geopend als Slovan Bratislava op bezoek komt, wordt door de UEFA beoordeeld met vier sterren en biedt plaats aan ruim twaalfduizend toeschouwers.

Naast de infrastructuur is ook het beleid van DAC afgelopen jaren op de schop gegaan. Spil in deze veranderingen was Van Daele, de 31-jarige Belgische schoonzoon van Világi. “Hij is opgeleid als advocaat en is eigenlijk per toeval in deze functie terechtgekomen. Jan heeft bepaalde kwaliteiten. Hij heeft bijvoorbeeld Bayo ontdekt, zag dat hij kwaliteiten had en legde hem voor drie jaar vast. Niemand zag het in hem zitten, maar uiteindelijk wordt hij verkocht voor drie miljoen”, doelt Ten Hoopen op Vakoun Issouf Bayo, die deze maand door Celtic voor drie miljoen euro weggekaapt werd bij FC DAC. “Natuurlijk moet je het geluk hebben dat je een staf hebt die aan de slag gaat met zo'n jongen, maar Jan ziet dat soort dingen. Laatst kwam Jan bij de Onder-19 kijken en wees hij drie spelers aan als veelbelovende talenten, terwijl die jongens er niet tussen zouden zitten als de trainer de beste spelers moet aanwijzen. Hij heeft een bepaald gevoel voor talent. Daarnaast kent hij heel goed de regels, weet wat wel of niet kan op managementgebied. Er staat hier echt iets, dat is dankzij Jan.”

Ajax
Het was Van Daele die afgelopen zomer bij Hyballa terechtkwam in de zoektocht naar een nieuwe trainer. Naast de aanvallende speelstijl, raakte de Belg overtuigd door het feit dat Hyballa goed met jonge spelers kan werken. “Peter is hier de ideale man voor, hij heeft bij NEC spelers Arnaut Danjuma Groeneveld en Ferdi Kadioglu laten doorontwikkelen.” DAC wil voornamelijk jonge spelers opleiden of binnenhalen, hen doorontwikkelen en voor een hoger bedrag doorverkopen. “We moeten de komende jaren eigenlijk het Ajax van Slowakije worden. Waar Ajax Nederlandse jongens opleidt om ze later te verkopen aan buitenlandse clubs, willen wij dat met Slowaakse spelers doen. Het is heel lastig om dat niveau te kunnen halen, maar we streven het wel na. De jeugdopleiding is de pijler onder het beleid dat ze hier hebben ingezet. Jeugdspelers opleiden en doorverkopen, daar draait het om. Ajax doet dat al jaren, Feyenoord heeft het ook een tijdje toegepast en dat heeft de club gered, PSV begint het steeds beter te doen: dan praat ik over de top van Nederland. We hebben genoeg vervangers op het oog om de komende twee of drie jaar spelers naar bijvoorbeeld de Belgische of Nederlandse competitie te laten vertrekken, bijvoorbeeld in de jeugdopleiding of bij kleinere clubs. Dit moet de beste jeugdopleiding van Slowakije worden, met de beste spelers en de beste schoolopleiding.”

voetbalzone

Ten Hoopen werkte tot december als assistent van Hyballa en is sinds januari hoofd jeugdopleidingen bij DAC. “We hebben gezegd dat als de jeugdopleiding naar het volgende niveau moest worden getild, we daar ook iets aan moesten doen.” Hij benadrukt dat er momenteel een goede jeugdopleiding staat, maar dat de trainers af en toe nog te resultaatgericht zijn en dat een duidelijke lijn daardoor nog ontbreekt. DAC werkt nu aan een nieuw jeugdbeleidsplan, geïnspireerd door de filosofie van Johan Cruijff. “We moeten het niet kopiëren, maar meer iets proberen te implementeren. Slowakije heeft ook verschillende kwaliteiten die Nederland mist: een stukje agressiviteit, fysiek spel. Als je dat kunt combineren met de Nederlandse voetbalfilosofie, met technisch spel, lopende mensen en denken zonder bal, kom je een heel eind. Het hoofdgerecht is Nederlands en het toetje is Slowaaks, zo moet je het zien.” Verder moet de mentaliteit van de Slowaakse jongeren nog enigszins veranderen. “De jeugd moet ook gaan begrijpen dat voetbal echt een vak is en dat ze daar veel voor moet doen en laten. Het moeten laten is hier wel een probleem, ze gaan graag op stap. Dat is een soort van tweede cultuur. Jongens gaan het begrijpen en als ze zien dat de jeugd kansen krijgt in het eerste elftal, merk je ook dat er langzaam wat verandering inkomt. Voor het eerst in de geschiedenis zijn er vlak voor de winterstop twee eerstejaars A-junioren aangesloten bij het eerste elftal, dat komt hier zelden voor.”

Een zegen
Dat het beleid nu her en der aangepast wordt, gebeurt met goedkeuring van eigenaar Világi. Ik ben supporter. Vanuit mijn ervaring en kennis heb ik het beleid opgebouwd, Jan is daar verder op gaan borduren en nu wordt het aangepast door de mensen die er werken, liet de zakenman aan Hyballa en Ten Hoopen weten. “We moeten wel presteren voor ons geld, het is niet zo dat we hier lekker achterover kunnen leunen”, lacht de hoofd jeugdopleidingen van de Slowaakse club. “Het is een zegen om met zo iemand te kunnen werken. Hij doet ook niet moeilijk. Natuurlijk zijn er budgetten. Maar als er een keer iets nodig is voor een teamuitje, kunnen we altijd bij hem aankloppen. Hij kijkt alle jeugdwedstrijden en trainingen, terwijl hij een drukke zakenman is. Hij is zo betrokken, ik denk dat hij alle spelers in de jeugdopleiding ook kent. Dit project doet hij echt voor de bevolking, om iets terug te doen voor de mensen. We eten lokale producten, we verkopen lokale artikelen in de fanshop: het is heel erg gericht op het helpen van de mensen.”

In het eerste seizoen van Hyballa en Ten Hoopen bij DAC bezet de club de tweede plaats in de Fortuna Liga, achter koploper Slovan Bratislava. Doordat de Slowaakse competitie na 22 wedstrijden in tweeën wordt gedeeld, staan er nog drie ontmoetingen met de koploper op het programma. Er zijn dus nog genoeg kansen om het gat van acht punten te dichten in het restant van het seizoen. “Het leeft zo enorm hier. Als het goed weer is, kunnen hier gewoon honderden mensen bij de training staan. Het ademt voetbal, alleen zijn de mensen niks gewend. Als we dat gaan creëren, wordt het proces nóg interessanter. DAC heeft zich opgetrokken aan Slovan, Zilina, Trencín en Spartak Trnava. Nu zijn er clubs die zich optrekken aan ons, aan wat wij hier hebben staan. Als zij er meer geld en energie in gaan stoppen, wordt het niveau weer beter en dat willen ze in Slowakije graag bereiken. Dat we landskampioen worden en ons gaan plaatsen voor de Champions League gaat echt wel een keer gebeuren, daar twijfel ik niet aan. Misschien niet binnen vijf jaar, maar er zijn zoveel opties hier. Wat hier is neergezet in de laatste jaren is echt niet normaal.”