voetbalzone

Wim Kieft zet vraagtekens bij KNVB: ‘Van Dijk heeft nooit een mening’

Daniel Cabot Kerkdijk05 sep 2020, 07:45
Laatst bijgewerkt: 05 sep 2020, 07:45
Advertentie

Wim Kieft verbaast zich erover dat de KNVB het gesprek is aangegaan met de internationals, of in ieder geval de spelersraad van het Nederlands elftal, over de aanstelling van de nieuwe bondscoach. Dwight Lodeweges is vooralsnog interim-bondscoach van Oranje en zal ook maandagavond tegen Italië op de bank plaatsnemen. Ervan uitgaande dat Lodeweges plaats zal moeten maken, moet de nieuwe bondscoach in de komende weken bekend worden. Een beslissing waar spelers niet betrokken bij moeten worden, zo benadrukt Kieft.

“Je moet spelers nooit vragen wie zij als trainer voor de groep willen”, benadrukt Kieft zaterdag in zijn column in De Telegraaf. De voormalig Oranje-international vindt het ‘nog kwalijker’ dat de KNVB geen plan B uit de kast kan trekken en stelt dat de directie allang had moeten voorsorteren op het vertrek van Ronald Koeman. “Met een goede, op alles voorbereide directie had de nieuwe bondscoach al tegen Polen en Italië op de bank moeten zitten. Een beetje beleidsbepaler bij een grote voetbalbond had allang een alternatief plan voorhanden voor Koemans vertrek. Zoveel anders heeft directeur topvoetbal Hoogma toch niet te doen in Zeist?”, vraagt Kieft zich openlijk af.

“Als je met Koeman een afkoopclausule afspreekt en hij al tweemaal is benaderd, dan weet je dat Barcelona ook een derde keer kan langskomen. Als voetbalbond laat je je niet overvallen door een club of bondscoach”, vervolgt Kieft, die spreekt over ‘bestuurlijke nalatigheid’ van Gudde en Hoogma. “Tegelijk zijn zij daarmee verantwoordelijk voor alle geruchten, rumoer en beschadigingen die je ziet rond de aanstelling van Koemans opvolger. Door hun oor te luister te leggen bij de spelers zadelen Gudde en Hoogma de internationals eveneens op met een verantwoordelijkheid die niet op z’n plaats is, niet thuishoort bij internationals en waar je internationals niet voor mag gebruiken of misbruiken.”

Kieft weet als geen ander waar hij het over heeft. De spelersgroep van Oranje mocht in aanloop naar het WK van 1990 stemmen over de opvolger van Thijs Libregts. Johan Cruijff kreeg acht stemmen, Leo Beenhakker vijf en Aad de Mos twee. Rinus Michels koos echter voor Beenhakker, waardoor acht internationals zich gepasseerd voelden. Het was ‘de basis van alle ellende’ tijdens het WK, herinnert Kieft zich. “Zou het Cruijff wel zijn geworden, dan waren die andere vijf ontevreden geweest omdat hun stem niet telde. Je houdt altijd onvrede als je bij spelers te rade gaat. Dat is in 2020 niet anders.”

Kieft vindt dat de gang van zaken geen sterk staaltje leiderschap verraadt. “En wie vragen ze? Van Dijk, die nooit een mening heeft, of het trio Van Dijk, Wijnaldum en Depay, of de spelersraad, of alle internationals? Maar je vraagt niet aan Luuk de Jong, Quincy Promes of Kevin Strootman wie de nieuwe bondscoach moet worden. In Nederland zijn daarvoor genoeg capabele kandidaten, die allemaal in de rij staan om met dit fantastische spelersmateriaal op het EK te verschijnen. Het is heus allemaal niet zo ingewikkeld.”