voetbalzone

Wijnaldum: ‘Hij is zo belangrijk voor Oranje, dit is meer dan een tegenvaller’

Robin Bruggeman31 dec 2019, 08:37
Laatst bijgewerkt: 31 dec 2019, 08:37
Advertentie

Het Nederlands elftal verzekerde zich vorige maand definitief van een ticket voor het EK en is daardoor na twee gemiste eindtoernooien op rij weer eens van de partij. Oranje kreeg eerder deze maand echter wel met een flinke domper te maken toen duidelijk werd dat Memphis Depay een zware knieblessure heeft opgelopen en een groot vraagteken is voor het EK. Georginio Wijnaldum heeft vaak contact met de aanvaller van Olympique Lyon en onderstreept in gesprek met het Algemeen Dagblad het belang van Depay voor de ploeg van bondscoach Ronald Koeman.

“Een kruisband afscheuren is qua blessureleed het ergste wat een voetballer kan overkomen. Dit is echt vreselijk voor Memphis. Hij is zo belangrijk voor ons bij Oranje, hij is zo bezig met zijn medespelers”, vertelt de middenvelder van Liverpool aan de ochtendkrant. Wijnaldum geeft wel aan dat Depay het EK ‘absoluut nog wil halen’: “Ik snap ook wel dat alle landen die meedoen aan het EK nog met tegenvallers te maken krijgen in de aanloop naar het toernooi. Maar dit is veel meer dan een tegenvaller. Memphis is bij Oranje een heel belangrijke speler.”

Wijnaldum was zelf met acht doelpunten de topscorer van het Nederlands elftal in de EK-kwalificatiereeks en hij denkt dat zijn nieuwe positie in het veld daar een belangrijke rol in heeft gespeeld: “Als ik puur naar Oranje kijk: ik heb nooit gespeeld zoals nu. De bondscoach was meteen duidelijk toen hij begon. Dat ik als zijn nummer 10 zou spelen. Dat heeft hij goed gezien, haha.”

Als zijn hoogtepunt van 2019 in het oranje noemt hij echter niet een doelpunt van hemzelf. Wijnaldum beleefde meer plezier aan het passje waarmee hij Donyell Malen in staat stelde om in Hamburg de 2-3 te maken tegen Duitsland. Met een subtiel wippertje bediende hij de aanvaller in het strafschopgebied: “Ik liep eerst een beetje om de bal heen, dat maakte het iets eenvoudiger voor mezelf. Het was gewoon intuïtie, dat stiftje kwam gewoon in me op. Maar voor hetzelfde geld was die verdediger een pas opzij gestapt. Dan had het er toch lullig uit gezien, hoor, haha.”