Wees gerust: Guus Hiddink laat het allemaal bewust fout gaan
Eerder dan in de natuur leek de lente door te breken bij Nederland. Guus Hiddink had de voorbije maanden benut voor een grondige schoonmaak, in de eerste plaats in de periferie van de ploeg maar ook in de relatie met zijn superieuren bij de KNVB. In de aanloop naar de wedstrijd tegen Turkije verzekerde de bondscoach de achterban ‘weer helemaal fris, scherp en eerzuchtig te zijn’. Vanaf nu zou het beter gaan.
Het lukte Hiddink een sfeer van positivisme op te wekken bij het merendeel van de media. De kritiek op zijn functioneren was begraven. Niet meer zwartgallig achterom kijken, maar blijmoedig en optimistisch vooruit. Tegen Letland was het nieuwe tijdperk al ingeluid; tegen Turkije zou Oranje de weg omhoog zeker vervolgen. Zelfs het afhaken van Arjen Robben en Robin van Persie kon het opgeschudde elan bij het Nederlands elftal niet aantasten of ondermijnen. Er resteerde nog voldoende routine en de naar het buitenland uitgevlogen jongeren hadden ondertussen behoorlijk wat bijgeleerd; al met al genoeg om het verzwakte team naar een klare zege te leiden.
Als extra geruststelling schoot onverwacht ook nog eens Raymond Verheijen de herboren bondscoach te hulp. Aan de vooravond van het treffen met de Turken verscheen het boek ‘Hoe simpel wil je het hebben?’ van deze eigenzinnige en vermaarde inspanningsfysioloog. Daarin verklaart hij diepgaand de verschillen in karakters en types onder de trainers, maar ook de alles onthullende werkwijze van Hiddink. Wat blijkt nu de reden voor het gestuntel in de herfst van 2014? Hiddink liet het bewust fout gaan bij Oranje, om alle insiders en buitenstanders te laten snappen dat het anders moet. Kortom, hij bemoeide zich opzettelijk niet met de neergang, zodat een ieder zelf kon ontdekken dat Nederland ondanks de derde plaats op het WK helemaal niet meer tot de top van Europa behoort. Simpel, nietwaar?
Alleszins interessant ook. Draafde het volk immers niet weken achtereen in een blinde euforie achter het schijnsucces van Brazilië aan? De behoudende tactiek had weliswaar brons opgeleverd, maar Louis van Gaal zondigde daarmee constant tegen de Hollandse School. En de topprestatie van Oranje was voornamelijk te danken aan Robben, in een uitzonderlijke vorm en schier ongrijpbaar op het zomerse toernooi. Het was goed dat Hiddink al deze waarheden nog eens opdiepte met nederlagen in Praag en Reykjavik.
Uitgekookt toch? Of allemaal flauwekul. Ongetwijfeld zal Verheijen dit van zeer nabij hebben ervaren, met Hiddink als bondscoach van Zuid-Korea en Rusland. Maar wat hij beweert, klinkt in elk geval riskant en op zijn minst ook een tikje absurd. Het kan toch niet zo zijn dat hij de interlands tegen Tsjechië en IJsland heeft gebruikt, misbruikt eigenlijk, om de zwakheden op te sporen en in te peperen bij de spelers en de achterban. Al zou dat maar voor vijf procent kloppen, dan nog is ontslag op staande voet vereist.
Het was dan ook bijna voorspelbaar, maar op een regenachtige dag eind maart prikte de ontmoeting met Turkije in de Amsterdam Arena dwars door al deze opgewekte maar vooral vreemde verhalen. Oranje trok de dalende koers gewoon door. Of wilde Hiddink nog één keer aantonen wat er zoal aan de kwaliteit schortte? De bondscoach bediende zich van Nigel de Jong als organisator voor de kwetsbare defensie. Waarom geen Jordy Clasie, die op die positie voor meer diepgang had kunnen zorgen? Mede door die verkeerde keuze, nog eens versterkt met Ibrahim Afellay op de rechtervleugel en Georginio Wijnaldum als meest diepe middenvelder, kwam het trage positiespel veel te laat op gang en bezweek de ijverige Wesley Sneijder aan overbelasting.
Met zijn aanvechtbare opstelling was Hiddink zelf schuldig aan de bijna-blamage tegen Turkije. Sinds zijn rentree als bondcoach bleef hij maar rommelen met de samenstelling en een passend systeem. Maar tegen een weinig geïnspireerd Spaans allegaartje bevestigden de eerste 25 minuten van gedreven voetbal als het ware de slimme inkeer van de bondscoach, waarop Verheijen met zijn wonderlijke theorie doelde. Zou de winter bij het Nederlands elftal dan toch eerder voorbij zijn dan in de natuur?
LEX MULLER
Sportjournalist sinds mensenheugenis. Schrijft al sinds 1966 over voetbal. Bezocht WK's vanaf 1974. Werkte tot 1994 voor kranten, waaronder twintig jaar bij het Algemeen Dagblad. Switchte daarna naar de televisie, maar legt zich sinds 1 januari 2011 volledig toe op sport op internet.