Waarom deze topclub zijn naam verandert in ‘Beitar Trump Jeruzalem’
JERUZALEM - Beitar Jeruzalem gaat voortaan door het leven als ‘Beitar Trump Jeruzalem’, zo kondigde de club uit Israël maandag via de officiële kanalen aan. De geelzwarten willen Donald Trump daarmee eren voor zijn besluit om Jeruzalem te erkennen als hoofdstad van Israël. In dat kader besloot de president van de Verenigde Staten om de ambassade van Tel Aviv te verhuizen naar Jeruzalem. Waarom is Beitar zo blij met Trumps besluit? En wat is het verhaal van deze club?
Door Gijs Freriks
“Zeventig jaar lang heeft Jeruzalem gewacht op internationale erkenning, tot Donald Trump met één moedige beslissing Jeruzalem erkent als de eeuwige hoofdstad van Israël. President Trump toont moed en echte liefde voor de Israëli’s en hun hoofdstad, waarna nu ook andere landen zijn voorbeeld volgen om Jeruzalem haar rechtmatige status te geven. Daarom hebben de voorzitter, eigenaar Eli Tabib en algemeen directeur Eli Ohana beslist om de naam van de club te wijzigen naar de Amerikaanse president die geschiedenis geschreven heeft: Beitar Trump Jeruzalem”, zo meldde de zesvoudig kampioen trots.
Israël en Palestina staan al decennia lijnrecht tegenover elkaar, onder meer over de status van ‘de heilige stad’. Het Arabische Oost-Jeruzalem, dat de Palestijnen zien als hoofdstad van een toekomstige onafhankelijke staat, werd in 1967 door Israël ingenomen tijdens de Zesdaagse Oorlog. Die verovering werd internationaal niet erkend, al werd in 1995 door het Amerikaanse Congres wel in de wet vastgelegd dat de ambassade eens moet verhuizen naar Jeruzalem. De voorgaande presidenten schoven een beslissing over die verplichte verhuizing op basis van veiligheidsgronden steeds voor zich uit, maar Trump zei het in december hoog tijd te vinden om de diplomatieke impasse eindelijk eens te doorbreken.
De erkenning van Jeruzalem kan de onderhandelingen tussen Israël en Palestina volgens critici negatief beïnvloeden en daarom is de verhuizing van de ambassade zo controversieel. “We willen een overeenkomst die voor Israël en de Palestijnen goed is”, lichtte Trump toe in zijn toespraak. “Uiteraard zal er afkeuring en verzet zijn tegen dit besluit. Maar we zijn ervan overtuigd dat we uiteindelijk, als we de meningsverschillen oplossen, een plek krijgen met meer begrip en samenwerking.” Het besluit van Trump werd door Beitar Jeruzalem zogezegd met gejuich ontvangen, met de naamsverandering van maandag als klapstuk.
De reden dat Beitar de naamswijziging maandag bekendmaakte, was omdat er op die dag een receptie op het ministerie van Buitenlandse Zaken werd gegeven in aanloop naar de verhuizing van de ambassade. Eregasten waren onder anderen Trumps dochter Ivanka en haar man Jared Kushner. Maar waarom is voetbalvereniging Beitar Jeruzalem eigenlijk zo tevreden met de recente besluiten van Trump? Een antwoord op die vraag moet deels worden gezocht in de historie van de club, die afgelopen seizoen op de tweede plaats eindigde in de Ligat Winner. Beitar werd namelijk opgericht door de leider van Betar, een zionistische jeugdvereniging die zich inzette voor de stichting van een Joodse staat in het toenmalige Britse mandaatgebied Palestina en de oprichting van een Joods leger.
De fanatici van Beitar zijn vaak aanhangers van Likud, de partij van premier Netanyahu, en zij verenigen zich in ‘La Familia’. Dit is de officiële supportersvereniging van Beitar die bekendstaat om haar extreemrechtse ideeën; zo juicht de harde kern toe dat Beitar nog nooit een Arabische voetballer heeft gecontracteerd en zijn er vaak spreekkoren te horen. Twee voorbeelden: ‘Dood aan de Arabieren’ en ‘Wij zweren: er zullen hier nooit Arabieren zijn’. Wel hebben er in het verleden moslims bij Beitar gevoetbald. Goram Ajoyev uit Tadzjikistan was in 1989 de eerste en in 1999 tekende de Albanees Viktor Paço bij Beitar. Dat was toen kennelijk nog niet echt een probleem voor de achterban, maar in 2004 begon de steeds fanatieker wordende ‘La Familia’ zich te roeren toen de clubleiding de Nigeriaanse en zwarte verdediger Ibrahim Ndala overnam van Maccabi Tel Aviv.
“Ik heb Beitar verlaten omdat de fans mij vernederden”, zei de moslimvoetballer in januari 2013 in een interview met Sport5. “Het was een bittere ervaring voor mij. Ze zongen dat ik een hoerenzoon was en dat ik als ‘Arabier’ naar mijn eigen land moest opzouten. In Nigeria heb ik dergelijk gedrag nooit meegemaakt. Het is mij ook alleen bij Beitar overkomen. Omdat ik moslim was, mocht ik niet voor Beitar spelen…” Ndala speelde vijf wedstrijden en keerde bij Dolphins terug in zijn vaderland. Na het vertrek van Ndala, in de zomer van 2005, werd Beitar overgenomen door Arcadi Gaydamak, een Russisch-Israëlische oligarch die bedrijven bezat in Europa, Angola en Canada. Hij kocht zich overigens niet alleen in het voetbal in, want hij nam ook aandelen over van basketbalclub Hapoel Jeruzalem.
Gaydamak werd razend populair bij ‘La Familia’, want hij investeerde miljoenen en haalde relatief grote namen als Luis Fernández, Ossie Ardiles, Jérome Leroy, David Aganzo en Derek Boateng naar de club. Er werden onder meer twee landstitels gepakt. Het was Gaydamak echter niet zozeer om het sportieve te doen, want hij wilde vooral naam maken om later succesvol te kunnen worden in de politiek. Hij richtte in 2007 een politieke partij op waarmee hij meedeed aan de gemeenteraadsverkiezingen en in 2008 deed de geboren Moskoviet een gooi naar het burgemeesterschap van Jeruzalem. Gaydamak dacht met de steun van de sportfans een goede kans te maken, maar kreeg slechts 3,8 procent van de stemmen. Nir Barkat van Likud won en is nog altijd de burgervader van Jeruzalem.
De teleurgestelde Gaydamak begon steeds minder te investeren in Beitar, maar haalde nog wel twee Russische voetballers naar het Teddy Stadion. En dat had hij beter niet kunnen doen. Gaydamak had zakelijke belangen in Tsjetsjenië en regelde een oefenwedstrijd met Akhmat Grozny (0-0), de club van de Tsjetsjeense leider Ramzan Kadyrov. “We moeten in vrede met elkaar leven”, vertelde Kadyrov. “Onze profeet heeft gezegd: haal de economische banden met de Joden aan. Hij heeft nooit gezegd: ‘vermoord hen’. Nee, ontwikkel de economische banden met hen. Tsjetsjenen hebben net als Joden veel tragedies meegemaakt en donkere pagina’s in de geschiedenis gekend. We hebben veel gemeen.” Kadyrov en Gaydamak spraken rondom die oefenwedstrijd af dat twee Tsjetsjeense voetballers naar Beitar Jeruzalem zouden vertrekken: aanvaller Zaur Sadaev en verdediger Dzhabrail Kadiev.
De kranten kopten de volgende ochtend: ‘Arcadi Gaydamak contracteert twee moslimvoetballers voor Beitar Jeruzalem’. De beruchte harde kern kwam in opstand. Men zong kwetsende spreekkoren bij het trainingscomplex, gooide met stenen, spuugde naar de twee aanwinsten, er werd een molotovcocktail door het raam van het clubkantoor gegooid en in het stadion werd een groot spandoek ontvouwd met de tekst ‘Beitar zal eeuwig puur zijn’. Tientallen fans werden rondom deze periode opgepakt en kregen een tijdelijk stadionverbod. De club kreeg een boete van tienduizend euro opgelegd en moest spelen voor deels lege tribunes. Premier Benjamin Netanyahu noemde het gedrag van de fans van zijn favoriete club onder meer ‘onacceptabel’ en ‘schandelijk’.
“Het Joodse volk, dat heeft geleden onder boycots, zou een lichtend voorbeeld moeten zijn voor andere landen”. Verdediger Haim Megrelishvili, die voor onder meer Vitesse voetbalde, zei: “Ik speelde in Holland en als ik daar zo was begroet als zij hier zijn begroet, was de verontwaardiging in Israël onvoorstelbaar geweest.” Ook de bij Beitar opgeleide Ariel Harush nam het voor het zijn Tsjetsjeense ploeggenoten op, maar dat werd de doelman niet in dank afgenomen. Hij werd door ‘La Familia’ met de dood bedreigd. Sadaev en Kadiev speelden overigens niet veel klaar bij Beitar. Laatstgenoemde kwam slechts één keer in actie in het eerste en Sadaev scoorde in zeven optredens één keer. Toen hij in de belangrijke wedstrijd tegen Maccabi Netanya scoorde, juichten de meeste supporters, maar honderden leden van de harde kern verlieten uit protest tegen de moslimspits het stadion.
“De reactie op de moslimvoetballers alhier is niet racistisch”, zei de negentienjarige fan Akeeva in een interview. “Maar de identiteit van de club wordt bedreigd. Beitar staat immers symbool voor het hele land.” Een andere supporter, Jacob, sloot zich hierbij aan: “Het gaat er gewoon om of je een Arabier bent of niet. Dat is geen racisme, dat hoort hier ook niet. Maar Beitar Jeruzalem is altijd een schone club geweest, maar wordt langzaamaan vernietigd… Veel spelers denken er zelfs aan om te vertrekken omdat er hier nu moslims spelen.” Het geweld van ‘La Familia’ is bestraft met strafpunten, boetes, stadionverboden en wedstrijden zonder publiek, maar over het algemeen worden de leden van deze groepering niet al te hard aangepakt. Bang als men is voor verdere escalatie in de al zo gespannen situatie…
Beitar Jeruzalem is vanwege de invloed ‘La Familia’ overigens veel fans kwijtgeraakt. Supporters richtten in 2014 Agudat Sport Nordia op en deze ploeg, die eveneens in het zwart en geel speelt, is inmiddels opgeklommen van de vijfde naar de derde afdeling van de voetbalpiramide. En in tegenstelling tot bij Beitar zijn moslimvoetballers bij Nordia wél van harte welkom. “Normale supporters wilden hun kinderen kunnen meenemen naar een wedstrijd, zonder constant spreekkoren tegen Arabieren of moslims te horen (…) Zo bleef Beitar achter met alleen supporters die bij ‘La Familia zaten”, vertelde voormalig algemeen directeur Itzik Kornfein in november 2016 in een interview met VICE Sports.
Of derdeklasser Nordia de plek van het grote Beitar op termijn kan overnemen, dat durft Kornfein niet te voorspellen: “De tijd zal het leren wat er van die club gaat komen. Ik heb van hen (de fans, GF.) begrepen dat ze hopen dat Beitar weer normaliseert. Als Beitar weer een normale club wordt, dan zullen ze terugkeren.” In de ‘nabije toekomst’ ziet Kornfein Beitar echter niet ‘normaliseren’: “De volgende eigenaar of het volgende bestuur zal wel tien keer nadenken om een moslim te contracteren na wat wij hebben meegemaakt met de Tsjetsjenen. Wij hadden niet voorzien hoe slecht de reacties zouden zijn. De volgende beleidsbepalers weten wat ze kunnen verwachten en kunnen daarom kiezen of zij dat risico willen nemen.” Of Beitar Jeruzalem vanaf komend seizoen werkelijk ‘Beitar Trump Jeruzalem’ gaat heten, staat nog niet helemaal vast. De Israëlische bond moet immers nog toestemming geven…