Voetbaljournalist verbaasd: ‘Engelse coaching is gebaseerd op valse statistiek’
Van totaalvoetbal tot anti-voetbal en alles daartussenin. Het binnenslepen van de begeerde drie punten komt al sinds mensenheugenis in allerlei vormen en maten. In de rubriek Stijlfiguren gaat Voetbalzone langs de velden van weleer om fabelachtige formaties en bijzondere posities onder de loep te nemen. In deze editie: Kick and Rush. Hoe het opportunistische systeem, onlosmakelijk verbonden aan Britse voetbalfolklore, zich als een lange bal in het strafschopgebied van het kantinedebat slingerde.
Door Kevin van Buuren
Nadat Louis van Gaal, als trainer van Manchester United, op 8 februari 2015 een laat gelijkspel uit het vuur sleepte tegen het West Ham United van Sam Allardyce, kreeg hij kritiek. Nota bene Allardyce – koning kick and rush – verweet de Nederlandse coach een punt behaald te hebben met de lange bal als rode draad. The Red Devils gaven dat seizoen gemiddeld 79 lange ballen per wedstrijd, één minder dan nummer 19 Burnley. De club werd dan ook spottend ‘Long Ball United’ genoemd. Kon Allardyce het puntverlies slecht verkroppen of was het een bescherming van intellectueel eigendom en hebben alleen clubs in het rechterrijtje patent op de oer-Engelse tactiek van de lange bal?
kick and rush is voor het voetbal, wat Dick Advocaat is voor voetbalclubs: door het publiek bestempeld als oubollig en overbodig, totdat er weer een club opduikt die juist die klassieke stijl nodig acht om te winnen. Het wordt vaker verafschuwd dan geroemd. De tactiek van de lange bal naar voren zou nooit afstuderen aan de Hollandse school , maar zal vanwege de situationele effectiviteit nooit helemaal verdwijnen uit het voetbal.
Toch scoort ook het Nederlands voetbal met de lange bal. Zoals de pass van Frank de Boer op Dennis Bergkamp tegen Argentinië in 1998. Het blijft een wapen. Zelfs de meest opbouwende ploegen spelen de bal in de ruimte wanneer deze veertig meter verderop ligt. Een ander verhaal is het als de lange bal geen wapen, maar het hele arsenaal betreft. Kijkers die zichzelf graag als ‘voetballiefhebber’ profileren, zien kick and rush als een middel van de talentlozen en hopelozen onder het mom ‘pompen of verzuipen’. Maar deze strategie is geen hersenloze tegenhanger van het populairdere pass and move.
Verschrikkelijk (en) effectief
Volgens de verhalen vond kick and rush het leven in het hoofd van voetbalanalist, statisticus en geestelijk vader Charles Reep. Hij werd in 1933 geïnspireerd door het Arsenal van Herbert Chapman, de legendarische trainer waarvan nu een standbeeld voor het Emirates staat. Toen hij Chapmans ploeg zag voetballen, wist Reep wat de toekomst van het voetbal moest worden: direct spel. Volgens het boek Inverting the Pyramid: The History of Football Tactics van voetbaljournalist James Wilson analyseerde Reep tussen 1953 en 1967 bijna zeshonderd wedstrijden. Zijn conclusie: de passing game, waarin het spel zich langzaam evolueerde, bleek tijdverspilling.
Slechts vijf procent van alle aanvallen in Reeps geanalyseerde wedstrijden bevatte vier of meer succesvolle passes. De meeste goals werden volgens zijn statistieken gescoord na drie passes of minder. De effectiefste speelwijze? Verplaats de bal zo snel mogelijk naar de helft van de tegenstander en begin daar met voetballen. De bal ‘doelloos en traag rondspelen’ vereist langdurige nauwkeurigheid en stelt tegenstanders in staat om druk te zetten – ofwel: meer kans op fouten. Een directe aanpak is de manier om te scoren, terwijl het risico op tegengoals verkleint. Op Reeps papier is kick and rush verschrikkelijk effectief.
kick and rush verdeelde het veld in tweeën. Op de eigen helft verdedigde je en op die van de tegenstander viel je aan. Omdat de bal meer tijd doorbracht bij het doel van de tegenstander, schoot je vaker op doel en scoorde je meer – volgens Reep zijn statistieken vond één op de acht schoten het doel. De steunpilaar van the long ball was dan ook een spits die de bal vasthield en zogenaamde 50/50-ballen transformeerde naar minstens 51/49-ballen in zijn voordeel. Daarnaast was Reep een voorstander van Chapmans ‘functionele vleugelspelers’. Zij bleven voorin hangen om lange ballen te ontvangen en brachten zo snel mogelijk de spits in stelling.
Zijn analysetechniek leverde Reep een baan op bij het Brentford van 1951. Manager Jackie Gibbons schakelde met nog veertien wedstrijden te spelen Reeps hulp in, uit angst voor degradatie. Onder leiding van Reep en zijn systeem haalde Brentford 20 van de 28 mogelijke punten binnen, verdubbelde het gemiddeld aantal goals per wedstrijd en degradeerde de club niet. Zijn theorie leek empirisch bewezen.
Kritiek op kick and rush
Zo kwam het Engels voetbal steeds meer in verband te staan met de lange bal. De theorie van Reep werd weinig kritisch geanalyseerd, schrijft Wilson. Dat de strategie later nieuw leven werd ingeblazen door Charles Hughes, voormalig technisch directeur van de FA, hielp ook niet mee. “The long ball is the thing”, zei Hughes in de jaren tachtig en negentig ter promotie van het directe spel. Wilson voorziet de tactiek in zijn prijswinnende voetbalboek dan ook eindelijk van de kritiek die het tientallen jaren miste.
Als je Reeps cijfers analyseert, schrijft Wilson, “komt 80 procent van de goals uit een aanval van drie of minder passes, maar bestaan 91,5 procent van alle aanvallen uit drie of minder passes… dat laat zien dat deze acties juist minder effectief zijn.” Vervolgens stelt hij dat Reeps cijfers geen rekening houden met een passketen die wordt onderbroken en na balherovering hervat (en binnen drie passes wordt afgerond). Of het feit dat goed positiespel de tegenstander uitput, wat in het slot van de pot met de lange bal wordt uitgebuit om te scoren.
'Ongelooflijk dat een filosofie gebaseerd op misinterpretatie van cijfers zo’n pilaar van Engelse coaching is geworden’, concludeert Wilson. Hoewel Reep overtuigd was van het succes van de lange bal, negeerde hij daarvoor belangrijke informatie. “Zoals dat de trend liet zien dat langere passketens steeds meer voorkwamen. En het feit dat het op hoger niveau – Reeps analyses waren vooral in lagere competities – tweemaal waarschijnlijker was dat er meer passes werden gegeven”, weet Wilson. Tot slot verwerpt hij fundamentalisme uit de voetbaltactiek. “Tactiek wordt gebaseerd op omstandigheden. In bepaalde omstandigheden is Reeps tactiek een groot succes, maar lang niet altijd.”
Het einde van een tijdperk?
Volgens modernere opvattingen lijkt het succes van de lange bal vooral gebaseerd op niet verliezen. Allardyce – de Engelse trainer die vaak in een adem genoemd wordt met kick and rush – stond lang bekend als de survival specialist. Net als Dick Advocaat werd Allardyce veelvuldig ingeschakeld bij ploegen in degradatienood die hun eerste coach van het seizoen ontsloegen. ‘Big Sam’ was de illustratie van de wanhopige aard die de voetbalstijl heeft in het moderne voetbal; als al het andere faalt, boeit mooi voetbal niet meer en is het enige dat telt overleven.
Des te opvallender was Allardyces kritiek op Van Gaal en zijn ‘Long Ball United’. Clubs met geld mogen de cultuur van armoedig voetbal niet eigen maken. Ook Van Gaal bevestigde de positie van de lange bal in het tijdperk van meevoetballende keepers. Het is iets waar je je voor moet verantwoorden. Met een lading A4-papier gaf de Nederlandse coach een lezing waarom zijn lange ballen anders zijn dan die van degradatiekandidaten. “Wij gebruiken lange passes, maar dan over de breedte. ‘De lange bal’ gaat over lange ballen naar voren”, legt hij uit. Een totaalvoetbal-trainer hanteert geen lange passes, maar passes die toevallig lang zijn.
Tegenwoordig tellen we na iedere goal over hoeveel ‘schijven’ die is gegaan. Driehoekjes en derde mannen winnen meer prijzen en lof dan rechte lijnen. Dat kick and rush zich aan het einde van een tijdperk bevindt, bevestigde koning Allardyce zelf toen de ‘survival specialist’ eind 2021 niet in staat was om West Bromwich Albion te redden van degradatie uit de Premier League. De lange bal is nu slechts een hulpmiddel dat, met goede timing, vaak een goal oplevert. Het redt wereldwijd talloze punten in de allerlaatste minuten. Reep had het misschien niet zo voor ogen, maar hij krijgt met zijn uitgesproken effectiviteit van de lange bal, naarmate dat men het minder gebruikt, toch deels gelijk.