Voetbal in Noord-Korea: werkkampen, ‘De Grote Leider’ en Lionel Messi
PYONGYANG - Noord-Korea staat op de 115e plaats op de FIFA-wereldranglijst. Het communistische regime van het geïsoleerde land - dat het nieuws nu al maanden domineert vanwege de spanningen met de Verenigde Staten - is daar naar verluidt bijzonder ontevreden over en hoopt vurig op een betere voetbaltoekomst. Maar hoe is het eigenlijk gesteld met de staat van het Noord-Koreaanse voetbal? En wat maakt het voetbal aldaar zo bijzonder? Een longread van Voetbalzone.
DOOR GIJS FRERIKS
Cristiano Ronaldo
Cagliari speelt een verloren wedstrijd tegen Torino, maar zoekt diep in blessuretijd toch nog één keer de weg naar voren. De bal komt terecht bij Diego Farias, die het strafschopgebied binnenwandelt en het leer nog nét voor de achterlijn weet voor te geven. De voorzet heeft niet veel vaart, maar krijgt wel een behoorlijke curve mee. De spits staat precies op de juiste plaats en verschalkt Joe Hart met een krachtige kopbal. De goalie steekt nog wel een hand uit, maar kan de 2-3 van Cagliari niet voorkomen. De Engelsman weet dat de punten binnen zijn en maalt dus niet echt om de aansluitingstreffer, maar wat hij dan nog niet beseft, is dat er geschiedenis is geschreven in Sant’Elia. De doelpuntenmaker, Kwang-Song Han, is namelijk de eerste Noord-Koreaan ooit die tot scoren komt in de Serie A.
Ofschoon de treffer enkel goed is voor de statistieken, springt Han een gat in de lucht. Vier dagen na het unieke doelpunt wordt Han ook nog eens beloond met een contract tot medio 2022 op Sardinië. “Ik ben erg blij met mijn eerste goal in de Serie A. Ik bedank het team, de coach en mijn medespelers. Ik voel mij thuis bij Cagliari en heb nog heel veel te leren. Ik wil zo ver mogelijk komen. Wie mijn grote voorbeeld is? Dat is Cristiano Ronaldo”, reageert Han in een interview met de Italiaanse pers. Han geldt als een van de meest talentvolle voetballers van Noord-Korea en is een heuse bezienswaardigheid. Niet alleen omdat Noord-Korea bepaald niet bekend staat als een groot voetballand, maar ook omdat er slechts sporadisch een speler uit Noord-Korea opduikt op de Europese velden.
Dwangarbeid
Er zijn in totaal slechts tientallen Noord-Koreanen actief geweest in het Europese voetbal. Volgens the Guardian-correspondent John Duerden wordt het Noord-Koreanen niet zozeer verboden om het land te verlaten, omdat dictator Kim-Jong un het voetbal in eigen land juist naar een hoger plan wil tillen. “De regering moedigt meer en meer spelers aan om in het buitenland te voetballen. Het punt is alleen dat niemand die spelers kent. Misschien brengt het WK daar verandering in”, zei Duerden in 2010 in een interview met DW. Toch zal ook Duerden - zeven jaar na dat eindtoernooi - moeten onderkennen dat een Noord-Koreaan in een topcompetitie nog altijd een zeldzaamheid is. En hoewel de staat volgens Duerden dus wil dat zijn voetballers in Europa beter worden, wordt het die spelers ook niet altijd even makkelijk gemaakt om zich te verbeteren.
Ter voorbeeld: Choe Song-hyok tekende in maart 2016 een contract bij Fiorentina, maar toen de club berichten bereikte dat de tekenbonus én zeventig procent van het salaris van de rechtsbuiten werd geïnd door de regering in Pyongyang, besloot Fiorentina de arbeidsovereenkomst te verscheuren. Fiorentina gaf aan een dictatoriaal bewind als dat van Noord-Korea niet (financieel) te willen steunen. Zo bezien maakt Pyongyang het zijn voetballers er dus niet makkelijker op om buiten de landsgrenzen te slagen, want Choe heeft sindsdien geen club meer gevonden en staat volledig stil in zijn ontwikkeling. Choe is niet de enige die (een groot deel van) zijn salaris heeft moeten afstaan aan het regime. Zijn casus laat zich in dat opzicht vergelijken met die van meer dan honderdduizend arbeiders die worden gedwongen elders te werken, voornamelijk in de mijnbouw, textiel, houtkap en bouw.
Kim-Jong un leidt Noord-Korea, om met hoogleraar Koreastudies Remco Breuker te spreken, als een ‘neoliberaal conglomeraat’ en laat zijn mensen in het buitenland werken om voor hem grote sommen buitenlandse waardevaste valuta te verdienen. Die valuta is zeer welkom om de economie op gang te houden, want Noord-Korea wordt vanwege het schenden van mensenrechten al jaren geteisterd door internationale economische sancties. Het economische landsbelang is niet de enige reden waarom Noord-Koreanen hun salaris moeten afstaan, want minstens net zo belangrijk is ‘het welzijn en de voortzetting van de dictatuur van de familie Kim’, zo vertelde Kim Kwang-Jin in maart in de krant La Libre Belgique. Deze voormalige bankier vluchtte in 2003 uit Noord-Korea; via Singapore naar Zuid-Korea.
“De familie heeft verschillende paleizen, een luchtvaartmaatschappij, talrijke personeelsleden, talloze bedrijven en privéspoorwegmaatschappijen. Alle inkomsten uit alle activiteiten dienen enkel om het fortuin van de Kims verder te doen groeien. Het volledige patrimonium wordt door de dictator gebruikt om aan zijn grillen te voldoen. Kim is onweerlegbaar de rijkste man ter wereld. Het ganse land is zijn eigendom. Niet enkel de goederen en het geld, maar het ganse volk. Elke inwoner wordt gecontroleerd en ingezet om de strategische doelstellingen van de familie te realiseren”, sprak Kwang-Jin. De media zijn eensgezind in hun opvatting dat Kim zich weinig aantrekt van internationale kritiek: onwillige arbeiders - en hun gezinnen - worden ook vandaag de dag nog naar goelags gestuurd en hooggeplaatste militairen en politici worden geëxecuteerd.
Yodok
De geslotenheid van het land maakt dat er weinig te verifiëren valt, maar in het Noord-Koreaanse voetbal zijn de bizarre verhalen toch ook nooit heel ver weg geweest. Het land deed twee keer mee aan het WK en in 1966 bereikte men door een 1-0 zege op Italië zelfs de kwartfinale. De ploeg maakte echter één fout: de zege werd te uitbundig gevierd en bij terugkomst werd het hele elftal naar Yodok gestuurd, een concentratiekamp of ‘heropvoedingscentrum’ op 120 kilometer ten noordoosten van de hoofdstad. Dit zou nooit publiekelijk zijn geworden als ‘De Aquariums Van Pyongyang’ niet was verschenen, een getuigenis van een Noord-Koreaan die tien jaar lang in Yodok opgesloten zat. Deze Kang Chol-hwan was een tien jaar oude scholier toen hij werd opgepakt. In Yodok kwam hij onder anderen Park-Seung zin tegen, de toenmalige spits van het Noord-Koreaanse elftal.
Kang kwam via Park het verhaal te weten over de Noord-Koreaanse ploeg van 1966. “De spelers zijn na het duel met Italië als een dolle gaan drinken en aan het einde van de avond werden ze gezien met enkele vrouwen. Toen ze tegen Portugal moesten spelen, waren ze nog niet volledig hersteld. Ze begonnen goed (en kwamen met 0-3 voor, red.), maar later donderde het in elkaar en zo werd er met 5-3 verloren. In Pyongyang werden de kroegelijke capriolen beschouwd als ‘bourgois, reactionair en als gecorrumpeerd gedrag als gevolg van imperialisme en slechte ideeën’. Toen de ploeg terugkwam in Noord-Korea, werd men op kamp gestuurd”, schreef Kang. Voetballer Park-Seung zin zou zeker tien jaar hebben vastgezeten en zou hebben overleefd door werkelijk iedere insect op te eten die hij tegenkwam. Zo kwam hij, beschrijft Kang, aan de bijnaam ‘De Kakkerlak’.
Hoewel er in de westerse literatuur vaak verwezen wordt naar de gruwelverhalen van de nu in Seoul werkende Kang, wordt ook zíjn lezing betwist. De Britse filmmakers Dan Gordon en Nick Bonner zochten een aantal spelers van de bewuste WK-ploeg op en concludeerden dat het team helemaal niet op kamp was gestuurd. “Dat hele verhaal was Koude Oorlog-propaganda. Ze kwamen als helden terug in Noord-Korea en zijn dat nog altijd”, aldus Bonner in 2002 in de Los Angeles Times. Wat precies te geloven? En wat te geloven van het gerucht dat de Noord-Koreaanse ploeg na het WK van 2010 werd getuchtigd in eigen land? Radio Free Asia meldde dat de selectie in het Volkspaleis van Cultuur zes uur lang achter gesloten deuren werd verhoord en dat het de spelers werd opgedragen om coach Kim Jong-hun af te vallen. De reprimande zou plaats hebben gevonden omdat alle drie de groepswedstrijden, tegen Brazilië, Portugal en Ivoorkust, werden verloren.
Lionel Messi
Bondscoach Jong-hun zou vanwege zijn falen overigens tijdelijk gevangen zijn gezet en een aantal spelers zou nog zijn gemarteld, maar de FIFA vond geen spoortje bewijs. Diezelfde Jong-hun stond tijdens het WK naar eigen zeggen nog in direct contact met Kim Jong-il, die in 2011 overleed. De keuzeheer vertelde tijdens de persconferentie voor het duel met Brazilië dat hij ‘regelmatig tactisch advies krijgt van De Geliefde Leider, via een mobiele telefoon die voor het blote oog niet zichtbaar is’. De twee fotografen, twee televisieverslaggevers en één journalist die Noord-Korea had meegenomen naar Zuid-Afrika, legden de uitspraak van de trainer gretig vast. Het westerse journaile niet; dat sloeg na het horen van de vertaling eerder steil achterover. Meende Jong-Hun wat hij zojuist zei? En móest hij dit zeggen?
Hoe dan ook: Noord-Korea werd relatief roemloos uitgeschakeld en plaatste zich sindsdien niet meer voor een WK. Daar moet in de toekomst verandering in komen. Kim-Jong un, volgens de Daily Mirror een fervent supporter van Manchester United, opende daarom in 2012 de Internationale Voetbalschool in Pyongyang. Daar worden tweehonderd spelertjes van tussen de negen en vijftien jaar oud opgeleid. “We leiden onze spelers op om supergetalenteerd te worden. Het moeten spelers worden die voetballers met de kwaliteiten van Lionel Messi kunnen overtreffen. We moeten pogen om Azië te domineren en ik hoop dat we in de nabije toekomst ook het wereldvoetbal kunnen domineren”, zei trainer Ri Yu-Il in november tegen AFP. De huidige bondscoach van Noord-Korea, de Noor Jörn Andersen, moest erom glimlachen.
“Nee, ik denk niet dat ‘ze’ al een Messi kunnen opleiden, maar misschien al wel goede voetballers voor Azië. Er is veel talent, maar de spelers blijven altijd in eigen land. Ze kunnen niet weg. Door in Europa te voetballen worden ze beter en harder. Als ze in Noord-Korea blijven, wordt het moeilijk om beter te worden”, zei oud-aanvaller Andersen. Om een hoger niveau te halen, zal Noord-Korea eerst wat moeten doen aan de eigen competitie. Er is niet veel over de liga bekend en de clubs doen enkel mee aan de AFC Cup en níet aan de prestigieuzere Aziatische Champions League. Het is verder onduidelijk in welke maanden de duels worden afgewerkt en in welke stadions er gespeeld wordt. Er zijn maar weinig mensen die de antwoorden op dergelijke vragen weten, maar Karl Messerli is er één van.
Transfers
De Zwitser werkte met zijn bedrijf al een jaar of vijftien in de textielindustrie van Noord-Korea en pakte geregeld een wedstrijd in de hoogste afdeling van het Noord-Koreaanse voetbal mee. Het voetbal was niet om over naar huis te schrijven, zo vertelde hij in 2010: “Ik nam daarom contact op met het ministerie van Sport en presenteerde een plan om de Noord-Koreaanse spelers in het buitenland verder te laten ontwikkelen.” Dat plan hield in dat Messerli de zaakwaarnemer werd van spelers als Jong Tae-se en transfers voor hen regelde. Tae-se, de ‘Noord-Koreaanse Wayne Rooney, kwam zo na het WK bij VfL Bochum terecht en daarna kwam de recordtopscorer van het land nog uit voor onder meer FC Köln. Verder tekenden spelers als Kim Kuk-Jin en Cha Jong-Hyok bij FC Wil en voetbalde Hong Yong-Jo bij FK Rostov. Laatstgenoemde kwam in Rusland tot 32 wedstrijden.
De inmiddels 34-jarige Hong, 69-voudig international, werd in Rusland steevast op de voet gevolgd door een official van de Noord-Koreaanse geheime dienst. Toen een verslaggever van de krant Sport-Express in 2009 eens een interviewverzoek deed, moest die aanvraag eerst goedgekeurd worden door de ‘official’. “Voetbal is sport nummer één in Noord-Korea. De Grote Leider houdt de ontwikkeling ervan persoonlijk in de gaten en daarom laat hij Noord-Koreaanse voetballers in het buitenland ook volgen”, reageerde Hong, die niet de eerste Noord-Koreaan was in de Russische competitie. Landgenoot Choe Myong-ho speelde van 2006 tot 2008 immers al voor Krylya Sovetov Samara.” Net als Hong werd Choe geschaduwd door een official, die officieel optrad als zijn tolk.
Deze official, die luisterde naar de naam ‘Chang Dal-Hon’, had het leven van Choe als het ware in zijn greep. Zo verbood hij de middenvelder om een restaurant te bezoeken en mocht de voetballer, die de bijnaam ‘De Noord-Koreaanse Ronaldo droeg’, in zijn studio op het trainingscomplex van de club geen televisie kijken. Het enige wat verraadde dat er daadwerkelijk in de ruimte geleefd werd, was de aanwezigheid van twee bedden (een voor Chang en een voor Choe), een woordenboek, een kladblok, een kast en twee leesboeken. Toen de journalist van de Russische krant aan de voetballer vroeg hoe hij het daar volhield, werd hij geïnterrumpeerd door de tolk: “We hebben geen tv of koelkast nodig. Als we een tv zouden hebben, dan zouden we onze tijd alleen maar verdoen en zou hij de volgende dag slecht trainen. Noord-Koreanen hebben ook geen koelkasten nodig”, ging de official verder.
“Waar heb je zo’n ding nou voor nodig? Het is misschien handig voor in de zomer om drank te koelen, maar als je dat spul vervolgens opdrinkt, kun je een koudje oplopen en dan kun je de volgende ochtend weer niet trainen...”, aldus Chang. Het was misschien ook wel veelzeggend dat toen Choi ten overstaan van de rest van de spelersgroep van Krylya Sovetov een welkomstliedje moest zingen, hij het nummer ‘Kim-Jong il: onze zon!’ inzette. Choe was, zoals eerder beschreven, in Rusland terechtgekomen dankzij het netwerk van de Zwitserse zakenman Messerli. In verschillende interviews heeft hij aangegeven dat het niveau van het Noord-Koreaanse voetbal lang niet zo slecht is als wordt beweerd of gedacht. “Ze zijn beter dan velen denken. Ze zijn technisch, atletisch en tactisch slim. Ik zou ze wel de Aziatische Brazilianen willen noemen”, zei Messerli eens tegen Die Welt.
‘De scheids weet de uitslag al!’
Tim Hartley trekt echter een andere conclusie. Voor zijn boek Kicking off in North Korea - Friendship and Football in Foreign Lands bezocht hij in mei 2013 met vrienden de wedstrijd tussen Pyongyang City Sports Club en Amrokgang Sports Club. Hij werd niet warm van het niveau dat hem werd voorgeschoteld. De spelers blonken allemaal uit in het maken van meters, maar verder werd de bal vooral eindeloos naar elkaar gespeeld, durfden de spelers nauwelijks op doel te schieten en leek iedere vorm van tactiek afwezig te zijn. Dat was niet het enige wat Hartley opviel, zo zette hij uiteen in een artikel voor de BBC. Er konden vijftigduizend fans het Kim Il-Sung Stadion in, maar er zaten er maar honderden. Van sfeer was totaal geen sprak: geen vlaggen, geen spandoeken, geen eetkraampjes, geen gejuich, geen gezang en geen geklaag. De verbazing bij Hartley en zijn vrienden was groot.
Zelfs toen de scheidsrechter een onterechte strafschop gaf, vertrokken de toeschouwers geen spier. De vriendengroep uit Engeland besloot er zelf maar wat van te maken en zong teksten als: ‘Oh oh, Pyongang! en ‘De scheids weet de uitslag al!’. Strenge blikken van ‘officials’ op de tribunes volgden en ook enkele supporters keken nu raar op. Na het laatste fluitsignaal werd de uiteindelijke 2-1 zege voor Pyongyang niet gevierd. De fans beenden direct naar huis, de coaches - die de hele wedstrijd stokstijf in hun dug-out waren blijven zitten - liepen direct de spelerstunnel in en de voetballers toonden evenmin emotie. Het enige sfeerverhogende tafereel vond in de rust plaats, toen twee brassbands achter de doelen Noord-Koreaanse liederen ten gehore brachten.
Meneer Pak
Het is nog lang niet zo ver, maar er valt voor de fans van Noord-Korea waarschijnlijk weer wat meer te lachen op voetbalgebied als hun land zich net als in 1966 en 2010 weet te plaatsen voor een WK. Het winnende doelpunt tegen Italië werd in ’66 gemaakt door de inmiddels 73-jarige Pak Doo-ik en vrijwel iedere Noord-Koreaanse voetballer hoopt in diens voetsporen te treden. Zo ook Kwang-Song Han, de spits van Cagliari die onlangs wist te scoren tegen Torino en met wie deze longread begon. “Meneer Pak is mijn idool. Hij was een van de beste spelers in 1966 en net als iedere andere voetballer uit Noord-Korea ben ik erg trots op die prestatie. Ik wil ons land in de toekomst ook aan een WK helpen”, zei Han in november 2014 op de website van de wereldvoetbalbond FIFA.
En wat als de successen voor de Noord-Koreaanse ploeg uitblijven? Wacht de spelers dan eenzelfde lot als de succesformatie uit 1966 die naar de goelag zou zijn gestuurd? Toen diezelfde vraag tijdens het toernooi in Zuid-Afrika aan zaakwaarnemer Messerli werd gesteld, moest hij lachen: “Het zijn allemaal sprookjes en geruchten. Als de Noord-Koreaanse ploeg straks terug is in eigen land, dan pakken ze de trainingen en wedstrijden na een korte periode gewoon weer op. Ze gaan echt niet naar een werkkamp!”, sprak de Zwitserse belangenbehartiger. Het WK van 2018 is voor het Noord-Korea van de Noor Jörn Andersen overigens al niet meer haalbaar, want men eindigde in Groep H op de tweede plaats achter Oezbekistan. Het land krijgt vier jaar later, met het WK in Qatar, echter een nieuwe kans.