Van Hooijdonk verbaast zich over plek van Haller in muurtje tegen PSV
Eran Zahavi tekende zondag in het duel tussen PSV en Ajax (1-1) voor de openingstreffer vanuit een vrije trap. Pierre van Hooijdonk, die als speler ook een begenadigd vrijetrappennemer was, is zeer te spreken over het doelpunt van de Israëlische spits, die afgelopen donderdag in het Europa League-duel met Olympiacos (2-1 zege) ook al scoorde vanuit een vrije trap. De oud-spits plaatst in het programma Studio Voetbal van de NOS echter zijn vraagtekens bij de samenstelling van de muur van Ajax.
“De muur stond op zich wel goed. Maar als er vijf man in de muur staan en je gaat van links tellen, was de derde man bij Ajax de grootste. Dat was Haller. Daar gaat de bal eigenlijk nooit overheen. Want als de bal over hem heen gaat, draait ‘ie naast of op de paal. Hij gaat over die andere twee, meestal. Daar moeten de langste mensen staan”, legt Van Hooijdonk uit. Hij haalt de UEFA Cup-finale met Feyenoord tegen Borussia Dortmund uit 2002 aan om dit te onderschrijven.
“Ik heb zelf de ervaring in de UEFA Cup-finale gehad met Jan Koller, die stond op hetzelfde plekje als Haller. Daarnaast stond Rosicky, die was veertig centimeter kleiner en die sprong niet”, geeft de oud-spits te kennen. De muur van Ajax bestond van achter gezien van links naar rechts uit Jurriën Timer, Dusan Tadic, Sébastien Haller, Edson Álvarez en Ryan Gravenberch. De twee meest linkse spelers in de muur zijn in dit geval het kleinst. Van Hooijdonk krijgt bijval van collega-analist Theo Janssen. “Een bal gaat altijd met een curve, daarom zijn die twee de belangrijkste mensen in de muur.”
“Ik vind het een basisregel, zeker als er één man achter de bal staat”, gaat Van Hooijdonk verder. “Dan is het nog makkelijker. Als er een links- en rechtspoot staan, weet je het niet goed. Maar als je een specialist hebt bij de tegenstander, moet je dit nooit doen. Ik vond deze vrije trap heel goed, omdat de snelheid het verschil maakte. Dat zag je ook tegen Olympiacos, hij trapt ze hard door. Stekelenburg doet één ding goed: hij gokt niet. Je moet hier als keeper klappen en zeggen: ‘Geweldige vrije trap, Zahavi’.”