Van Bronckhorst: ‘Het is geen verwijt, het was voor de organisatie ook nieuw’
Feyenoord werd vorig seizoen na achttien jaar eindelijk weer eens kampioen. Door een hattrick van Dirk Kuyt in De Kuip tegen Heracles Almelo werd de landstitel in de wacht gesleept. Het kampioenschap werd een week later dan gepland behaald, want een week eerder tegen Excelsior werd de ‘kampioenswedstrijd’ met 3-0 verloren. Een half jaar later kijkt trainer Giovanni van Bronckhors terug op de dag dat het mis ging voor de Rotterdammers, en op de dag dat de landstitel alsnog werd gepakt.
In aanloop naar het duel met Excelsior dacht Van Bronckhorst aan een mini-stage in het buitenland. Het was echter te kort dag om dat geregeld te krijgen. “Iedereen was na de zege bij Vitesse al in kampioenssfeer. Ik weet nog dat we zaterdag bij De Kuip vertrokken naar het hotel en er een busje stond van de bloemist die alle bloemen al naar binnen bracht. Ik zei tegen Jean-Paul (Van Gastel, assistent, red.): kijk nou, ze zijn de bloemen voor morgen al aan het uitladen. Kom dan later, spelers zien dat ook. Het is geen verwijt, het was voor de organisatie ook nieuw. We waren in achttien jaar geen kampioen geworden, voor iedereen was het eigenlijk het eerste kampioenschap. We deden er een kwartier over om van de stoplichten naar het stadion van Excelsior te komen. Dat wilde ik niet meer.”
De aanpak op weg naar beslissende wedstrijd tegen Heracles Almelo verliep dan ook anders. Van Bronckhorst sloot zijn selectie af voor de buitenwereld. “We probeerden alles weg te houden bij de groep. We zijn heel vroeg vertrokken bij het hotel, al om elf uur, we speelden om half drie”, vertelt hij. “De sfeer is ons helemaal ontgaan. We kwamen hier bij het stadion aan en er was bijna niemand. We konden hier gewoon onze voorbereiding doen, activatie, sportmaaltijd. Dat was perfect.” Door drie doelpunten van Kuyt won Feyenoord met 3-1 en was het kampioen.