Update: Fortuna Sittard na vertraging opnieuw ingedeeld in categorie 2
Fortuna Sittard wist afgelopen seizoen promotie naar de Eredivisie af te dwingen door als tweede te eindigen in de Jupiler League. De KNVB maakte maandag echter bekend dat Fortuna als enige niet door de licentiecommissie is ingedeeld in de categorieën aangaande de financiële huishouding. Zowel de bond als Fortuna weigert vooralsnog duidelijkheid te verschaffen.
De KNVB verdeelde alle profclubs over categorie 1 (onvoldoende), categorie 2 (voldoende) en categorie 3 (goed). De Limburgers zijn echter niet ingedeeld. “De reden is dat definitieve besluitvorming vanuit de licentiecommissie volgt nadat over een specifiek en technisch aspect meer duidelijkheid is”, zo meldde de voetbalbond in een kort statement. “Dit is iets tussen de club en de KNVB.”
“Wij gaan daar geen uitspraken over doen. Het is aan Fortuna Sittard om daar iets over naar buiten te brengen.” Het Algemeen Dagblad krijgt echter ook geen duidelijkheid van de promovendus. Volgens de club is het niet beoordeeld door de licentiecommissie omdat het nog wacht op een ‘document van een derde partij’. “Ik kan geen verdere details geven en zal dus ook niet zeggen om welke partij het gaat”, aldus de woordvoerder van Fortuna tegenover de krant.
De Limburgers verkeerden in het verleden vaak in financiële nood. In 2005 kampte Fortuna bijvoorbeeld met een schuldenlast van 24 miljoen euro, maar een faillissement werd voorkomen. Enkele jaren later werd zelfs de proflicentie ingetrokken, maar na een kort geding en een nieuwe financiële injectie werd de club opnieuw gered. In januari dit jaar werd Fortuna ingedeeld in categorie 2.
Update 13 juni 15.10 uur - Fortuna Sittard na vertraging opnieuw ingedeeld in categorie 2
De licentiecommissie van de KNVB heeft Fortuna Sittard woensdag laten weten dat de club voor de vierde keer op rij is ingedeeld in de financiële categorie 2. Eerder werd de beslissing uitgesteld omdat er meer duidelijkheid moest komen over een ‘specifiek en technisch aspect’. De voetbalbond heeft nu beoordeeld dat de Limburgers aan alle eisen voldoen en beschouwen de financiële huishouding van de promovendus als ‘voldoende’.