voetbalzone

Tyrell Malacia spreekt openlijk dankwoord uit aan Dick Advocaat

Mart Oude Nijeweeme03 jun 2021, 15:29
Laatst bijgewerkt: 03 jun 2021, 15:29
Advertentie

Tyrell Malacia heeft openlijk zijn dankwoord uitgesproken richting Dick Advocaat. De linkervleugelverdediger van Feyenoord bloeide onder de inmiddels vertrokken oefenmeester op en zegt Advocaat te gaan missen. Malacia kreeg van de 73-jarige trainer het vertrouwen op de linksbackpositie en betaalde dat terug met een sterk seizoen. Donderdagavond neemt de linksback het met Jong Oranje op tegen de leeftijdsgenoten van Duitsland in de halve finale van het EK Onder-21.

Malacia zegt veel te danken te hebben aan Advocaat. "Ik kwam terug van Jong Oranje en Ridgeciano Haps was geblesseerd", begint de linkspoot in gesprek met Voetbal International. "Ik moest er staan. De trainer nam me apart. Dat had ik echt al een heel lange tijd niet gehad, een trainer die met me sprak. Daar kreeg ik echt vertrouwen van. Het was Groningen-uit. Hij stelde me op mijn gemak, ik moest me niet druk maken, vooral mijn ding doen. Vanaf dat moment ben ik alleen maar gaan groeien en groeien. Die band met Advocaat was heel goed."

De verdediger zegt zich dan ook niet te herkennen in het beeld dat heerst over Advocaat. "Over hem werd gezegd dat hij jonge spelers niet snel laat spelen", aldus Malacia. "Dus ik had er in het begin een hard hoofd in. Ik dacht: dan ga ik nog niet spelen. Maar alles veranderde." Malacia begon het seizoen als reservespeler, maar kon begin november op zijn eerste basisplaats rekenen en verdween vervolgens niet meer uit het elftal van Advocaat. Concurrent Haps werd door Advocaat daarna een aantal keren als linksbuiten geposteerd, maar keerde pas in de slotfase van het seizoen terug in de basis.

De kans is zeer groot dat het tweetal komend seizoen wederom de concurrentiestrijd aangaat op de linksbackpositie, als Arne Slot de honneurs waarneemt in Rotterdam-Zuid. "Natuurlijk had ik ook weleens een discussie met Advocaat", zegt Malacia. "Als hij dan wat zei en ik was het er niet mee eens, dan gaf ik wel eens een weerwoord. Dan hoorde ik van andere stafleden dat het normaal gesproken bij hem niet kan. Dat gaat niet door de beugel. Maar van mij kon hij dat wel accepteren. We konden ook altijd met hem lachen. Je mag best opschrijven dat ik hem dankbaar ben. Ik ga hem missen."