Titel met Feyenoord had geen enkele waarde: ‘Ik dacht: wat lul je nou?’
Sven van Beek heeft in gesprek met ESPN-verslaggevers Milan van Dongen en Fresia Cousiño Arias teruggeblikt op zijn tijd bij Feyenoord. De centrale verdediger groeide als kind van de club door vanuit de jeugdopleiding en behaalde de nodige successen, maar raakte ook zwaar geblesseerd.
Na twee seizoenen een vaste waarde te zijn geweest voor Feyenoord, volgde voor Van Beek in de voorbereiding op het seizoen 2016/17 een grote deceptie. In een oefenwedstrijd tegen de amateurs van RKSV Driel raakte de verdediger zwaar geblesseerd.
Van Beek moest zich laten opereren en kwam dat seizoen niet meer in actie. Uitgerekend dat jaar won Feyenoord de titel. Door de blessure had Van Beek geen aandeel in het landskampioenschap.
"Ik weet dat ik op dat veld een moment had dat ik echt brak", blikt Van Beek terug op de huldiging. "Dat ik tegen de fysio zei dat het niet voelt alsof het van mij is. Dat is nog het meest erge daaraan. Want uiteindelijk heb je heel je jeugd door mogen maken."
"Je bent deel geweest van de opbouw. Als je dan geen één wedstrijd speelt dan vreet dat aan je. Zeker als sportman. Ik kan er nu wat makkelijker over praten, maar ik heb er best wat moeite mee gehad."
Van Beek maakte de festiviteiten mee op krukken. ''Ik denk dat ik het het moeilijkst had op het veld met de prijsuitreiking van de schaal. Daar had ik het er het moeilijkst mee. En daarna kon ik het een plekje geven en op de een of andere manier van het feest genieten. Maar nooit de volle honderd procent vol. Dat niet."
''Ik had het idee dat veel mensen zeiden: 'Jij bent er ook onderdeel van geweest.' Maar ergens dacht ik: wat lul je nou? Ik heb hier niet veel aan meegeholpen. En dat is het ergste, denk ik.''
Twee keer de beker
Toch kijkt Van Beek ook met een goed gevoel terug op zijn tijd bij Feyenoord. "Ik heb daar veel prijzen gepakt. En zeker na een lange tijd dat Feyenoord niet in die situatie kwam."
Van Beek won onder meer twee keer de TOTO KNVB Beker. "En ik heb twee finales mogen spelen. En ik heb ze allebei winnend mogen afsluiten. En zeker de tweede was een bekroning op dat lange blessureleed. Na dat kampioensjaar.''