Ten Hag: ‘Dan zie je dat de nummer twee van Nederland het niet bij kan benen’
Ajax-trainer Erik ten Hag heeft een groot compliment uitgedeeld aan zijn team voor de manier waarop de Amsterdammers de rug hebben gerecht tegen PSV. Door twee goals van Eran Zahavi keek de thuisploeg zondag al vroeg in de wedstrijd tegen een 0-2 achterstand aan. Door goals van Quincy Promes en Antony hield Ajax een punt over aan de Eredivisie-topper en blijft het koploper.
“Het is duidelijk dat wij heel matig beginnen. We maken een paar foutjes en die straft PSV direct af. Dan kan het heel lastig worden, maar ik moet mijn ploeg een groot compliment maken voor hoe ze de rug gerecht hebben en de wedstrijd hebben doen keren”, aldus Ten Hag na afloop van het gelijkspel in gesprek met ESPN. De trainer zag vanaf de zijlijn dat zijn ploeg in de loop van de eerste helft controle kreeg over de wedstijd. “Na halfuur is die wedstrijd volledig voor ons, het laatste uur. Op basis van kansen hadden we gewoon moeten winnen.”
Hoe het komt dat Ajax in de beginfase van de wedstrijd geen grip kreeg op de wedstrijd? “Dat begint met een mokerslag”, doelt hij op de openingstreffer van Zahavi. “Dan zetten we onvoldoende druk op de bal. Daarna zie je te weinig lef om druk te zetten, om mee te schuiven, aan de bal wordt het te hectisch en je zag dat er te snel naar de eindpass werd gezocht. Dan speel je hun in de kaart en heb je weinig grip op de wedstrijd.” Ten Hag vindt dat zijn ploeg er goed aan heeft gedaan om counters van PSV te neutraliseren. “Ik kan me weinig countersituaties herinneren. Dat hebben we goed gedaan en goed georganiseerd. Daley Blind en Perr Schuurs hebben dat goed opgelost.”
Na 45 minuten spelen kwam Sébastien Haller binnen de lijnen. Ten Hag is tevreden over de manier waarop hij inviel. “Hij maakte gelijk een goal die ongelukkig werd afgekeurd. Je kunt doorvoetballen over hem, we moeten leren hem te gaan benutten. Bij de 2-2 zag je al dat hij belangrijk voor ons gaat worden”, aldus Ten Hag, die benadrukt dat zijn ploeg karakter toonde. “Als we die intensiteit op mat kunnen leggen, dan zie je dat de nummer twee van Nederland het niet bij kan benen.”