voetbalzone

T.e.a.b.: paars voetbalbolwerk, herrezen uit de dood, iconen niet inbegrepen

Dominic Mostert07 aug 2017, 22:20
Laatst bijgewerkt: 07 aug 2017, 22:20
Advertentie

FLORENCE - Wie een aanzienlijke spaarrekening heeft, kan dezer dagen aankloppen in Florence. Het roemruchte Fiorentina staat sinds anderhalve maand te koop, maar voorlopig durft niemand zijn vingers te branden aan La Viola. Niet gek, want de vorige huisbazen hebben nogal wat op hun kerfstok en er is wat achterstallig onderhoud te verrichten. "Ik kan dit niet meer aan. Ze hebben me aan het huilen gebracht. Ik slaap al weken niet meer."

Door Dominic Mostert

In de jaren tachtig en negentig reikten de bomen in de Italiaanse voetbalwereld tot in de hemel. Frank Rijkaard, Ruud Gullit en Marco van Basten speelden de sterren van de hemel in San Siro, Maradona stelde de Turijns-Milanese hegemonie op de proef met Napoli en Juventus versterkte zich met spelers als Roberto Baggio, Edgar Davids en Zinédine Zidane. In de zomer van 1992 werd het wereldwijde transferrecord binnen 61 dagen drie keer gebroken door Italiaanse transfers en daar waren AC Milan, Juventus en opnieuw Milan verantwoordelijk voor. De Serie A trok 's werelds beste spelers aan, waardoor de televisiedeals in waarde toenamen en de competitie als geheel groot aanzien had.

De economische revolutie ging gepaard met een toename van de bedrijfsinvloed op het voetbal. De politiek van deregulatie die hoogtij vierde in het zakenleven, bereikte ook de sport. Het werd vanaf de jaren tachtig makkelijker om clubs te kopen en dat resulteerde onder meer in de overdracht van Milan aan Silvio Berlusconi. "In Italië ben je pas iemand als je een voetbalclub hebt gekocht", zei de in Italië woonachtige auteur Tim Parks ooit. In dit klimaat werd Fiorentina in 1990 eigendom van filmproducent Mario Cecchi Gori.

De nieuwe eigenaar maakte zichzelf al gauw populair bij de aanhang. Brian Laudrup, Stefan Effenberg, Francesco Baiano, maar bovenal de latere clubicoon Gabriel Batistuta kwamen in de eerste twee seizoenen onder Cecchi Gori naar Fiorentina. In 1993 overleed hij echter vanwege hartfalen. Zijn begrafenis werd door veel Florentijnen bijgewoond in de prachtige Santa Croce-basiliek. Zijn zoon Vittorio, playboy, filmproducent en politicus, kreeg de club onder zijn hoede. De resultaten waren dramatisch. De landskampioen van 1956 en 1969 degradeerde, maar herrees onder aanvoering van Batistuta.

voetbalzone

De man van 168 doelpunten in 269 wedstrijden was essentieel in de terugkeer van Fiorentina als subtopper; de club uit Florence won in 1996 de Coppa Italia en de Supercoppa en bereikte de halve finale van de Europacup II, terwijl Fiorentina in 1999 onder leiding van Giovanni Trapattoni in de Champions League won van Arsenal en Manchester United. Achter de schermen was het echter kommer en kwel. Pas rond de eeuwwisseling werd duidelijk in hoeverre de club boven zijn stand had geleefd. De ongebreidelde groei van spelerssalarissen in de jaren negentig was daar een belangrijke oorzaak van.

Het luchtkasteel van Cecchi Gori viel na mislukte investeringen in drie Italiaanse zenders, in een poging de duopolie van RAI en het Fininvest van de Berlusconi's te doorbreken. Het betekende de ondergang van de Cecchi Gori Group en de eigenaar nam Fiorentina mee in zijn val. Batistuta (2000), Rui Costa en doelman Francesco Toldo (beiden 2001) werden verkocht als pleister op de financiële wond. Het verlies van de sterspelers resulteerde in een beroerd seizoen 2001/02, waarin Fiorentina als zeventiende eindigde en degradeerde. Voetbalbond FIGC ontzegde de club echter de toegang tot de Serie B. Cecchi Gori bleek niet in staat om 22 miljoen euro op te hoesten om zijn spelers en zijn schuld aan de voetbalbond te betalen.

Het leven van Cecchi Gori lag op dat moment al volledig in puin. In juli 2001 startten de Italiaanse autoriteiten een onderzoek naar witwaspraktijken bij Fiorentina, waar de flamboyante filmproducent bij betrokken zou zijn. Een dag later viel de politie zijn royale woning in Palazzo Borghese binnen. Het duurde veertig minuten voordat de agenten Cecchi Gori vonden, want zijn slaapkamer was verstopt achter een glazen muur. Toen de politie cocaïne aantrof, verzekerde Cecchi Gori dat het slechts saffraan was. Valsheid in geschrifte en het verduisteren van geld werd de eigenaar eveneens ten laste gelegd in de slepende rechtsprocedure die zou volgen. Hij besloot zijn functie bij Fiorentina neer te leggen.

Cecchi Gori moest zijn geliefde speeltje verkopen aan de Florentijnse schoenenfabrikanten Diego en Andrea Della Valle. De vertrokken eigenaar werd de meest verguisde man van Florence en kreeg in 2005 een celstraf van drie jaar voor zijn aandeel in de malaise, maar hoefde de cel niet in vanwege gratie. Om niet-voetbalgerelateerde redenen zou hij nog vaak terugkeren in het beklaagdenbankje. Fiorentina moest na een aangevraagd faillissement in 2002 verder in de vierde divisie. De naam werd veranderd in Fiorentina 1926, de burgemeester werd voorzitter en Italiaans international Angelo Di Livio stal de harten van het voetballand door de club als enige trouw te blijven ondanks een salarisvermindering van negentig procent.

voetbalzone

Dat is waar het tijdperk-Della Valle begint. Fiorentina verdiende direct promotie, maar sloeg de derde divisie over vanwege de bizarre Caso Catania. Catania speelde op de slotdag van het Serie B-seizoen 2002/03 met 1-1 gelijk tegen Siena en moest daardoor degraderen, maar de club toonde aan dat Siena een niet-speelgerechtigde speler inzette. Om de chaotische situatie in de kiem te smoren werd de competitie uitgebreid van 20 naar 24 teams en Fiorentina was een van de clubs die mocht toetreden. Men werd zesde en keerde via de play-offs razendsnel terug in de Serie A. In 2003 kocht Diego Della Valle de rechten voor de oude naam en het oude logo. Sindsdien is het de club die we vandaag kennen: ACF Fiorentina.

De naam moest weer gerespecteerd worden in het Italiaanse voetbal en dus stelde Della Valle trainer Cesare Prandelli aan en kwamen Luca Toni en Sébastien Frey de club in 2005 versterken. De drastische kwaliteitsinjectie leidde tot een vierde plek en Toni werd met 31 treffers de eerste speler sinds Antonio Valentín Angelillo in het seizoen 1958/59 die de grens van 30 treffers in een jaar passeerde in Italië. Opnieuw was het optimisme van korte duur. Fiorentina werd teruggezet naar de Serie B vanwege de betrokkenheid bij het matchfixingschandaal. Na hoger beroep werd de club weer toegelaten tot de Serie A, maar wel met vijftien minpunten. De plek in de Champions League kon men ook op de buik schrijven.

voetbalzone

Ondanks de forse puntenaftrek plaatste de ploeg van Prandelli zich voor Europees voetbal en dat bleef het enkele jaren doen; in 2009 schakelde Ajax de Italianen uit in de zestiende finale van de UEFA Cup dankzij een laat en memorabel doelpunt van solist Leonardo. In 2010 nam Fiorentina afscheid van Prandelli, die met vijf jaar de langstzittende trainer ooit van de club was. Onder opvolger Sinisa Mihajlovic bracht Fiorentina een groot deel van het seizoen door op de laatste plek. De prestaties werden wel beter en Fiorentina eindigde als negende, maar ook het seizoen daarna was het kommer en kwel.

Een 0-5 nederlaag tegen Juventus begin 2012 betekende het ontslag van sportief directeur Pantaleo Corvino. Mede dankzij stunts op bezoek bij AS Roma en Milan wist Fiorentina zich opnieuw te handhaven. De club stond destijds onder leiding van Delio Rossi, die het aan de stok kreeg met Adem Ljajic nadat hij de middenvelder in de eerste helft wisselde bij een 0-2 achterstand tegen Novara. De Serviër applaudisseerde sarcastisch en Rossi ging hem fysiek te lijf, wat tot zijn ontslag leidde. Interim-trainer Vincenzo Guerini loodste de club alsnog naar de dertiende plek in het seizoen 2011/12.

Na het tumultueuze seizoen moest het roer om, vond de familie Della Valle. Liefst zeventien spelers werden aangetrokken, onder wie Giuseppe Rossi en Borja Valero voor samen zeventien miljoen euro. Tussen 2013 en 2015 werd bovendien veel geld uitgetrokken voor spelers als Juan Cuadrado (20 miljoen euro), Mario Gómez (15,5 miljoen euro), Josep Ilicic (9 miljoen euro) en Mario Suárez (15 miljoen euro). In die jaren finishte Fiorentina driemaal op rij als vierde in de Serie A.

Toch staken de transfers schril af bij de sterspelers die Fiorentina de afgelopen jaren is kwijtgeraakt. De verkoop van publiekslieveling Stevan Jovetic aan Manchester City in 2013 deed pijn, evenals het afscheid van spelers als Ljajic (AS Roma), Cuadrado (Chelsea), Stefan Savic (Atlético Madrid), Marcos Alonso (Chelsea) en als klappen op de vuurpijl: de recente transfers van Federico Bernardeschi (Juventus) en Matías Vecino (Internazionale). Dat zevental leverde sinds 2013 180 miljoen euro op. Bovendien worden spits Nikola Kalinic en middenvelder Milan Badelj al weken met een transfer in verband gebracht.

voetbalzone

Het zijn niet alleen de grote transfers die illustratief zijn voor de onvrede bij de supporters. Aanvoerder Gonzalo Rodríguez trok deze zomer de deur achter zich dicht, nadat beide partijen geen akkoord konden bereiken over een nieuw contract. De routinier vertrok na 5 seizoenen en 203 officiële wedstrijden transfervrij. "Het gaat niet om geld. Ik ben teleurgesteld door de manier waarop Fiorentina bepaalde zaken aanpakt", zei hij. "De enige keer dat ze met mijn zaakwaarnemer spraken, was omdat ik ze dat opdroeg. Anders hadden ze het misschien nooit gedaan."

Misschien nog wel erger was de controversiële overstap die Valero enkele weken geleden maakte. De middenvelder verkaste voor 5,5 miljoen euro naar Internazionale, na eveneens vijf seizoenen in Stadio Artemio Franchi. Een week voor zijn vertrek dook een audioboodschap op, waarin Valero zijn hart luchtte terwijl hij tegen de tranen vocht. "Ik weet nog niet zeker of ik Fiorentina wil verlaten, maar ik moet misschien wel. Ik kan dit niet meer aan. Ze hebben me aan het huilen gebracht. Ik slaap al weken niet meer."

Fiorentina dreigde met gerechtelijke stappen tegen de eigen viceaanvoerder. Waar Valero claimde dat de club hem verdreef naar Inter, stelde Fiorentina dat hij alleen verkocht zou worden als Valero zelf om een transfer zou vragen. Het schijnt dat Della Valle woedend was, toen de sterkhouder in januari een transfer naar China weigerde. De situatie werd onhoudbaar en Inter profiteerde vorige maand. Zijn uiteindelijke vertrek was een doffe dreun voor de supporters van Fiorentina. Sinds zijn komst in 2012 groeide de Spanjaard met zijn werklust, bescheidenheid en technische kwaliteiten uit tot publiekslieveling.

voetbalzone

De technicus verdedigde 212 keer het shirt van Fiorentina en hield met heel zijn hart van Florence. Valero en zijn vrouw waren geregeld te vinden in het centrum van de cultuurstad. Ze spraken de wens uit om in Florence met pensioen te gaan en er hun kinderen op te voeden. Valero was tastbaar, menselijk, geliefd. Hij liet de coördinaten van de Ponte Vecchio op zijn arm tatoeëren. Burgemeester Dario Nardella grapte weleens dat Valero de echte burgemeester van de stad was. Het zijn deze transfers die misschien nog wel meer pijn doen. Bovendien heeft Fiorentina met de achtste plek een matig seizoen achter de rug.

Nu mag iemand anders zijn vingers branden aan het project. Eind juni werd Fiorentina officieel te koop aangeboden. "De eigenaars zijn absoluut bereid om terug te treden, vanwege de onvrede bij een deel van de supporters, en willen de club overdragen aan eenieder de club wil kopen", schreef de club in een statement. "Mensen met een voorliefde voor ons shirt die vinden dat de club anders geleid moet worden: het is tijd dat jullie naar voren treden. De eigenaars zijn bereid om concrete aanbiedingen te accepteren, maar alleen van mensen die echt van dit shirt houden en serieus genoeg zijn om een topclub als Fiorentina te leiden. Wij hopen en verwachten dat echte Florentijnen het project gaan leiden. Als dat gebeurt, zullen ze volledige medewerking krijgen van de eigenaars, als teken van respect voor Fiorentina en Florence."

Sindsdien is het stil. Geen enkele geïnteresseerde partij heeft zich gemeld en Fiorentina lijkt de onzekerheid mee het nieuwe seizoen in te nemen. Op 19 augustus gaat de Serie A van start, maar door het vraagstuk lijkt Fiorentina nog niet klaar voor de aftrap. Het is maar de vraag of de nieuwe trainer Stefano Pioli het gemis van bijvoorbeeld Bernardeschi kan opvangen, en, nog belangrijker, of hij met Fiorentina serieus kan meedoen om Europees voetbal. Tegelijkertijd had de club vijftien jaar geleden niet durven dromen überhaupt nog een rol van betekenis te kunnen spelen in de Serie A, en die opmars is onmiskenbaar te danken aan de zuinige schoenenfabrikanten uit Florence.