voetbalzone

Talent van AZ staat voor dilemma: ‘Er zijn er in Nederland niet zo veel van’

Daniel Cabot Kerkdijk08 feb 2019, 06:09
Laatst bijgewerkt: 08 feb 2019, 06:09
Advertentie

Teun Koopmeiners vervult de voorbije weken een belangrijke rol in het centrum van de defensie van AZ. De ploeg van John van den Brom won alle competitieduels, kreeg geen enkel doelpunt tegen en, nog indrukwekkender, kreeg geen enkel schot op doel tegen in de duels met sc Heerenveen en FC Emmen. In zijn hart voelt het twintigjarige talent, die in Alkmaar wordt gezien als een voorbeeldprof, zich echter middenvelder.

Van den Brom schommelde in zijn actieve loopbaan ook tussen het middenveld en de verdediging. De vertrekkende trainer van AZ voorziet voor Koopmeiners een mooie loopbaan als centrale verdediger en stelt dat het talent op een gegeven moment de switch moet maken, ‘zeker als hij zijn positie blijft invullen zoals nu’. “Er zijn in Nederland niet zo veel grote, linksbenige verdedigers, die snel zijn, het spel zien, goed voetballen, sterk zijn en nog kunnen verdedigen ook. Hij kan goed koppen. Ik zou het wel weten…”, vertelt de oefenmeester vrijdag in De Telegraaf.

Koopmeiners denkt zelf dat hij de kwaliteiten heeft om in het centrum van de verdediging te spelen en schikt zich in zijn rol. “De trainer heeft heel duidelijk, open en eerlijk naar me gecommuniceerd hoe het ervoor staat.” Van den Brom kan alleen nog niet over de van een blessure terugkerende Stijn Wuytens beschikken. “Maar die is er dan zo lang uit geweest dat hij niet automatisch direct speelt als hij fit is. Ik zie Teun als belangrijkste speler op die plek.”

Koopmeiners is klip en klaar. “Ik wil als middenvelder gezien worden en daar het liefst zo snel mogelijk weer spelen. Het speelt ook mee dat ik op die positie Jong Oranje heb gehaald. Ik haal ook wel plezier uit verdedigen, maar ik vind op het middenveld spelen leuker.” De verdediger annex middenvelder wijst erop dat een verdediger zich met de organisatie en coaching bezig moet houden. “Ik wil ook in de laatste fase bij het team zijn betrokken.”