Succes trainingsregime Ten Hag besproken: ‘Spelers werden er knettergek van’
Bart Vriends is onder de indruk van de stempel die Arne Slot en Erik ten Hag op Feyenoord en Manchester United hebben weten te drukken. In de meest recente Cor Potcast bespreekt de centrumverdediger van Sparta Rotterdam met Thomas Verhaar en Maarten de Fockert het trainingsregime van een gemiddelde profvoetballer in Nederland. Eenmaal bij het onderwerp ‘tactisch trainen’ aanbeland, komen er verhalen over de manier van werken van Arne Slot en Erik ten Hag los.
Feyenoord mag zich na 24 speelrondes de trotse koploper van de Eredivisie noemen. United ging zondag hard met 7-0 onderuit tegen Liverpool, maar met het winnen van de EFL Cup onder Ten Hag legde de club onlangs wel beslag op de eerste prijs in zes jaar tijd. Bovendien maken the Red Devils nog kans op winst van de Premier League. “Als je ziet welke stempels Arne Slot en Erik ten Hag op Feyenoord en Manchester United drukken, dan kan het niet anders dat zij heel specifiek op bepaalde onderdelen trainen. Dat is niet het gevolg van heel veel korte partijen”, leidt Vriends het gespreksonderwerp in.
“Guus Til zei dat hij voor Arne Slot nog nooit had meegemaakt dat ze van iedere vorm wisten waarom ze deze deden”, haakt De Fockert in. “Ten Hag deed dat ook”, reageert Vriends, die de Tukker meemaakte als trainer van Go Ahead Eagles. “Voor elke training verzamelden we in de kleedkamer en ging hij uitleggen waarom we bepaalde oefeningen gingen doen en wat het nut daarvan was. Er zat altijd een idee achter. Van Guus Til heb ik ook gehoord dat Slot dat ongeveer op die manier doet.”
Verhaar hoorde weleens dat Ten Hag zijn trainingen ‘echt krankzinnig vaak stillegt’. “Zo van: ‘Boem, fluiten, stil. We willen het zo en zo en zo, dus laat maar zien’. Lukt het niet? Dan fluit hij weer. En dat nog een keer en nog een keer. Spelers werden daar knettergek van, maar uiteindelijk zeggen ze allemaal dat Ten Hag de beste trainer is die ze ooit hebben gehad. Als het uiteindelijk resultaat oplevert tijdens de wedstrijden, denk ik dat iedere speler het prima vindt dat het (tactisch trainen, red.) één keer in de week gebeurt”, concludeert Verhaar.