voetbalzone

‘Stop met jezelf als Lionel Messi te zien, je bent geen Lionel Messi’

Robin Bruggeman14 mrt 2019, 18:06
Laatst bijgewerkt: 14 mrt 2019, 18:06
Advertentie

In de rubriek Opgebloeid licht Voetbalzone wekelijks een speler uit het binnen- of buitenland uit wiens loopbaan na een mindere periode weer volledig tot bloei is gekomen. Met deze keer aandacht voor Hatem Ben Arfa (32), de onnavolgbare dribbelaar van Stade Rennes. De aanvallende middenvelder maakte moeilijke jaren door op de bank en tribune bij Paris Saint-Germain, maar heeft het voetbalgeluk inmiddels weer hervonden in Bretagne en kan zijn oude trainer Unai Emery donderdag opnieuw pijn doen.

Door Robin Bruggeman

Ben Arfa kon vorige week in de slotfase van de achtste finale van de Europa League tussen Rennes en Arsenal een lachje niet onderdrukken. Zijn ploeg koesterde op de dag dat hij zijn verjaardag vierde een 3-1 voorsprong op de met zichzelf worstelende Gunners en de technicus zag Emery, met wie hij in Parijs een moeizame relatie onderhield, tekeergaan langs de zijlijn. “Het was mijn bedoeling om een goede wedstrijd te spelen, om te winnen en ons in een goede positie te manoeuvreren om door te gaan naar de volgende ronde. Dat was wat ik in mijn hoofd had. Maar ik zag ook de oude Emery, net zo geïrriteerd als altijd. Ik keek een paar keer zijn kant op en daar moest ik een beetje om lachen. Hij is niets veranderd”, reageerde hij na afloop van de wedstrijd in gesprek met verschillende Franse verslaggevers.

De twee kennen elkaar van hun gezamenlijke periode bij Paris Saint-Germain, waar Ben Arfa in de zomer van 2016 gratis binnenkwam als misschien wel de beste speler van de Ligue 1, maar waar hij ook al weer snel naar de achtergrond verdween. Emery werd op dezelfde dag gepresenteerd als zijn toekomstige stoorzender en hun onderlinge relatie zou nooit beter worden dan op die zomerse dag bijna drie jaar geleden. Ben Arfa ging toen met les Parisiens alweer bij zijn zevende werkgever aan de slag, na eerder de kleuren van Olympique Lyon, Olympique Marseille, Newcastle United, Hull City en OGC Nice te hebben verdedigd. De carrière van een van de meest getalenteerde Franse voetballers van zijn generatie wordt echter al sinds het begin in een onontkoombare wurggreep gehouden door sublieme acties en schitterende doelpunten binnen de lijnen en door problemen en controverses buiten de lijnen bij praktisch elke club waar hij heeft gespeeld.

voetbalzone

Ben Arfa brak in Lyon in dezelfde periode door als Karim Benzema, maar na een aantal botsingen met de huidige spits van Real Madrid, en later ook met Sebastien Squillaci, besloten les Gones in 2008 eieren voor hun geld te kiezen door de dribbelaar te verkopen aan concurrent Marseille. In het zuiden van Frankrijk kwam de spelmaker eveneens om positieve en minder positieve redenen in de schijnwerpers te staan. De ene keer betoverde hij het publiek in het Stade Vélodrome met fantastische acties, om het volgende moment opnieuw in conflict te raken met ploeggenoten of te weigeren om in te vallen. Erg rouwig waren les Olympiens dan ook niet toen Ben Arfa in 2011, na eerst een periode in zijn eentje in Parijs te hebben getraind, met Newcastle United een nieuwe werkgever vond. In Engeland groeide hij vanwege zijn dribbels en wereldgoals tegen Blackburn Rovers en Bolton Wanderers snel uit tot een publiekslieveling, al betekende een zware blessure na een forse charge van Nigel de Jong ook dat hij vroeg in zijn periode in de Premier League pas op de plaats moest maken.

Ben Arfa herstelde echter voortvarend en speelde een aantal goede seizoenen op St. James’ Park, voordat hij het ook hier weer aan de stok kreeg met de trainer. Na een clash met Alan Pardew over zijn vermeende gebrek aan fitheid en inzet werd hij in 2014 verhuurd aan Hull City en ook bij the Tigers wist hij manager Steve Bruce niet voor zich te winnen: “Ik ben vooral enorm teleurgesteld. De manier waarop hij naar het spel kijkt is anders dan die van mij. Bij iedere club moet je een bepaalde houding en werklust laten zien om in het team te komen, dat is het frustrerende. Ik hoop dat Hatem wat doet met wat ik tegen hem heb gezegd, want iedereen weet wat voor talent hij is. Zonder hard te werken kan niemand echter zijn potentie waarmaken”, vertelde hij destijds aan de BBC. Met zijn carrière op het spel keerde Ben Arfa in de zomer van 2015 terug naar Frankrijk om bij OGC Nice aan de slag te gaan en onder Claude Puel beleefde hij het beste seizoen uit zijn loopbaan. Met zeventien goals en zes assists werd hij de absolute uitblinker bij een Nice dat zich met een derde plek in de Ligue 1 wist te kwalificeren voor de voorrondes van de Champions League. In Frankrijk klonk na dat jaar een luide roep om Ben Arfa te selecteren voor het EK in eigen land, maar bondscoach Didier Deschamps, die zich hun gezamenlijke periode in Marseille nog maar al te goed herinnerde, koos ervoor om de aanvallend ingestelde middenvelder links te laten liggen.

PSG schatte de kwaliteiten van Ben Arfa echter wel op waarde en de grootmacht kon hem vanwege het eenjarige contract dat hij bij les Aiglons tekende na zijn wonderseizoen transfervrij inlijven. “Ik zag mezelf als een verspild talent en dat was ik iets wat ik gewoon niet kon accepteren. Het was heel erg moeilijk om mijn hoofd omhoog te houden, ik heb echt moeten vechten”, was Ben Arfa’s reactie tegenover L’Équipe na zijn transfer naar de Franse hoofdstad. Ondanks een voortvarend begin bij PSG verdween de technicus onder Emery snel naar de bank en in het eerste seizoen van zijn tweejarige periode in Parijs mocht hij slechts acht keer in de basis beginnen, waarvan driemaal in het toernooi om de Coupe de France. Net als bij zijn vorige clubs verschoof de aandacht alweer snel van zijn kwaliteiten op het veld naar zijn capriolen buiten de lijnen en de relatie met de trainer verslechterde snel. Ben Arfa werd bijvoorbeeld door een lid van de technische straf ‘betrapt’ toen hij op de parkeerplaats van trainingscomplex Camp des Loges kebab zat te eten en op de training kregen coach en speler het ook een aantal keer met elkaar aan de stok. De trainer kon de soms wat egoïstische instelling van zijn pupil niet waarderen en beet hem eens toe: “Stop met jezelf als Lionel Messi te zien, je bent geen Messi.”

voetbalzone

Ben Arfa vertelde Emery op zijn beurt na de dramatische uitschakeling door Barcelona in de Champions League dat de oefenmeester ‘nooit voorbij de kwartfinale van het miljardenbal zou reiken, ook al had hij het beste team van de wereld’ en had naar verluidt zo'n perfecte imitatie van het accent van de Spanjaard in huis dat de rest van de kleedkamer dubbel lag als hij zijn coach nadeed. De druppel die leidde tot zijn definitieve verbanning uit de selectie kwam echter niet na een botsing met Emery, maar had volgens berichten in de Franse pers te maken met een op het oog onschuldig grapje tegen Emir Tamin bin Hamad Al Thani, het staatshoofd van Qatar en de eigenaar van PSG. Ben Arfa zag de Emir op een dag naast het trainingsveld staan en zei toen tegen hem dat hij beter te bereiken was dan voorzitter Nasser Al-Khelaifi. De preses kon deze opmerking zo slecht waarderen dat hij Emery de opdracht gaf om Ben Arfa uit de selectie te verwijderen en de trainer legde zich hier zonder al te veel weerstand te bieden bij neer, waardoor de technicus in het daaropvolgende ruime jaar geen enkele wedstrijd meer speelde namens de Parijzenaren.

“De achtergrond van de situatie is dat in april 2017, een paar dagen na een wedstrijd, de Emir van Qatar en eigenaar van de club een training bezocht. Nadat de training was afgelopen gingen de spelers naar hem toe om hem te begroeten en net als zijn medespelers ging Hatem naar de Emir toe en hij zei: ‘Ik ben blij dat ik u te spreken krijg, aangezien ik een paar berichtjes naar de voorzitter heb gestuurd en hij niets van zich heeft laten horen.’ Dat lijkt mij een vrij normale opmerking, zeker met een geamuseerde ondertoon. Hij had geen slechte bedoelingen, maar de voorzitter vatte het blijkbaar niet goed op”, was de uitleg die Ben Arfa’s advocaat Jean-Jacques Bertrand onlangs aan Sky Sports gaf. Ben Arfa speelde daarop gedurende het seizoen 2018/19 zijn wedstrijden bij de reserves en weigerde mee te werken aan de pogingen die PSG deed om hem aan een andere club te verkopen. Binnen de selectie van de Franse koploper gold hij echter nog altijd als een zeer geliefde factor en Dani Alves doopte zijn ploeggenoot zelfs om tot O Fenomeno (Het Fenomeen) vanwege wat Ben Arfa op de trainingen liet zien: “Hij is enorm professioneel. Hij heeft nooit voor problemen gezorgd, niet binnen de selectie en ook niet op het trainingsveld. Iedere dag lachen we met hem en hij traint erg goed”, waren de lovende woorden van de Braziliaan.

In april van het afgelopen jaar ‘vierde’ Ben Arfa met een foto op zijn Instagram-pagina en de boodschap: ‘Een gelukkige verjaardag voor mij. Een jaar lang niet spelen vraagt om een feestje’, dat hij een jaar ervoor uit de selectie was gezet. Een transfervrij vertrek naar Rennes volgde een paar maanden later, al krijgt de manier waarop hij werd behandeld door PSG mogelijk nog een juridisch staartje. Het kamp-Ben Arfa maakte vorige maand namelijk bekend een rechtszaak op de starten tegen zijn oude club vanwege acht miljoen euro aan misgelopen inkomsten, doordat hij vanwege zijn verwijdering uit de selectie niet de kans kreeg om te voldoen aan de financiële bonussen die waren opgenomen in zijn contract.

In Bretagne duurde het, mede vanwege een moeizame seizoensstart die trainer Sabri Lamouchi in december de kop kostte, hoe dan ook even voordat hij zijn vorm had hervonden, maar inmiddels is Ben Arfa weer een plaag voor de verdedigingen in de Ligue 1. De vijftienvoudig international van Frankrijk scoorde vooralsnog vijfmaal, is weer ouderwets gevaarlijk en staat hoog in de lijstjes met beste en meest efficiënte dribbelaars van de competitie. Zijn absolute topprestaties bewaart hij echter voor het Europese toneel. Na een tweede plek in een groep met Dynamo Kiev, FC Astana en FK Jablonec leidde Ben Arfa Rennes met een goal en een assist in het tweeluik met Real Betis voor de eerste keer in de clubgeschiedenis naar de achtste finales van de Europa League. Afgelopen donderdag was Ben Arfa, die naast Adrien Hunou de rol van tweede aanvaller vervulde, ook een plaag voor de verdediging van Arsenal. De Londenaren zaten door een vroege goal van Alex Iwobi al snel op rozen, maar daarna ging het helemaal mis voor de manschappen van Emery. Sokratis Papastathopolous moest vanwege een tweede gele kaart nog voor de rust inrukken en via goals van Benjamin Bourigeaud, Ismaïla Sarr en een eigen treffer van Nacho Monreal trokken les Rouges et Noirs uiteindelijk met 3-1 aan het langste eind.

Ben Arfa was met zeven passeeracties de speler die tijdens het duel het vaakst een tegenstander voorbijging en op social media waren het vooral de fans van Newcastle United die vol nostalgie mijmerden over de periode dat de Fransman nog in het noordoosten van Engeland actief was. Ondanks de lange neus die Ben Arfa na afloop van het duel naar Emery kon trekken, weigerde hij op de zaken vooruit te lopen: “Ik heb voor de wedstrijd tegen een aantal vrienden gezegd dat ik dacht dat we met 3-1 of 4-1 zouden winnen. Het is ons niet gelukt om die vierde te maken, maar verder klopte mijn voorspelling. Arsenal is echter nog steeds de favoriet. We moeten nog steeds minstens één keer scoren in Londen, misschien wel twee keer. We hebben geschiedenis geschreven door Arsenal als eerste team te verslaan op Franse bodem. Ik ben blij en trots dat ik de mensen gelukkig kan maken, maar er is altijd nog een return.”