Spaanse media over Lamine Yamal na zege op Kroatië: ‘Hij hoort dit duel thuis met vrienden te kijken’
De Spaanse media zijn behoorlijk positief na de eerste EK-wedstrijd van Spanje. La Roja won zaterdagavond met 3-0 van Kroatië, door doelpunten van Álvaro Morata, Fabián Ruiz en Dani Carvajal. Het vertrouwen in de winst van dit eindtoernooi lijkt door de zege op Kroatië flink te zijn gegroeid in Spanje.
“Spanje nodigt uit om te dromen”, is El País lovend. Volgens die krant speelde Spanje een ‘schitterende’ eerste helft. “La Roja presenteerde zijn kandidatuur tegen een van de meest competitieve tegenstanders van het afgelopen decennium. De laatste keer dat Spanje zo overtuigend aan een EK begon, was in 2008. Toen won de ploeg uiteindelijk de beker na een finale tegen Duitsland.”
“Spanje is een belangrijke kandidaat voor de eindzege”, kopt Mundo Deportivo. “Het was een Spaanse tentoonstelling. Het waren allemaal hoofdrolspelers in een overwinning die de Spanjaarden vertrouwen geeft en bevestigde dat Spanje een sterke kandidaat is.”
Marca kopt zelfs dat Spanje ‘de champagne tevoorschijn haalt’. “Na drie kwartier was Spanje al de favoriet om dit EK te winnen.”
Daarbij is de Spaanse sportkrant vooral lovend over Lamine Yamal, die zaterdag de jongste EK-speler ooit werd. “De vonk slaat over door de zestienjarige volwassene Lamine Yamal. Op die leeftijd zou je eerder met vrienden in de woonkamer naar de wedstrijd kijken, maar hij staat op het voetbalveld alsof het een pretpark is.”
AS kopt: “Zo begin je een EK”, waarna opnieuw lovend over Yamal wordt geschreven. “Het was een prachtige zonsondergang in Berlijn, met een glansrol voor Lamine. Kroatië won alleen op de tribunes.” Daarmee doelt de krant op het feit dat er meer Kroatische dan Spaanse fans in het stadion aanwezig waren.
Bij Sport blijft men tot slot wat kritischer. “De uitslag had groter kunnen uitvallen, gezien de kansen die de ploeg had. Twee keer werden we negatief opgeschrikt. Medische tests moeten uitwijzen hoe erg de blessures van de uitgevallen Morata en Rodri zijn.”