Selectie van PSV telt traditioneel teveel zesjes en te weinig uitschieters
Nog voor het weekeinde kraaide Frank de Boer zelfverzekerd: "Wij worden weer kampioen." Met wij doelde hij uiteraard op Ajax. Was dat weer eens een irritant en overbodig staaltje van arrogantie of is de trainer gezegend met een vooruitziende blik? Voor het seizoen tipte zelfs de oefenmeester van de titelverdediger maar een favoriet: PSV. Zelfs met stip en ster. Prima ingekocht, en met Dick Advocaat en Mark van Bommel verzekerd van de juiste leiders, inspirators en winnaars. Een gokje wagen op een andere kanshebber was verspild geld.
Al in de eerste ronde ondermijnde PSV zelf al die optimistische voorbeschouwingen. De presentatie van de absolute titelkandidaat flopte in Waalwijk. De eerste uitwedstrijd resulteerde in een nederlaag. De slechte traditie van de laatste jaren kleefde toch nog aan de opgefriste ploeg. Advocaat kon de afgang bezweren als een incident. Pijnlijk, maar van tijdelijke aard. Na het verkeerde verlies tegen RKC Waalwijk bundelde PSV overwinningen tegen Roda JC Kerkrade, FC Groningen en AZ. Het succes in het hoge noorden leek een aarzelende bevestiging dat het zogenaamde uitsyndroom mogelijk was verjaagd. Vorig seizoen ging PSV immers kapot aan dat trauma. Slechts zes van de zeventien uitduels leverden winst op. Zes op zeventien, beschamend en vernederend voor een club met hoge aspiraties en ambities. Alleen om die reden viel het voor de derde keer op rij buiten de hoofdprijzen.
De rentree van Advocaat als trainer stond garant voor de doorbraak, verzekerde de directie in Eindhoven. De kleine opvolger van generaal Rinus Michels had meer dan voldoende ervaring om de mentale slapte uit de selectie uit te roeien. Hij had maling aan namen. Wie de strijd schuwde, kon op de bank zijn feilen overdenken. Ruime uitslagen tegen Roda en AZ stemden de Brabanders tevreden. Maar een oplettend waarnemer ontdekte ook in die wedstrijden sluimerende gebreken. De superieure score tegen AZ was sowieso geflatteerd en misleidend. Een helft lang liep heel PSV amechtig achter Adam Maher aan, en niet andersom. In Utrecht viel de waarheid niet langer te camoufleren. Als collectief heeft PSV teveel manco’s om serieus aanspraak te kunnen maken op het landskampioenschap. Die constatering schemerde feitelijk al weken door alle resultaten heen. De kritiek is nu ook hevig losgebarsten, maar smeulde al geruime tijd.
Spijtig voor de fans in Eindhoven, maar PSV blijkt amper sterker dan vorig seizoen. Gertjan Verbeek, trainer van AZ, mag dan de rivaal roemen vanwege de beste en breedste selectie van de Eredivisie, maar het is te betwijfelen of hij dat oprecht meent. Om te beginnen leunt PSV op een zwakke, onrustige en angstige doelverdediger. Op de lijn heeft hij nog wel een goede en flitsende reflex, maar buiten het doel reageert hij aarzelend, bedeesd en ingehouden. Uitvloeisel van de zware botsing met Timothy Derijck in de topper tegen Ajax van een jaar terug. De collega’s bij PSV hebben al lang geen vertrouwen meer in Przemyslaw Tyton. Ze geloven meer in Jeroen Zoet, de keeper van de toekomst maar weer voor een jaar uitgeleend aan RKC. De voorkeur is logisch, want de goalie van Jong Oranje straalt veel meer rust, moed, klasse en overtuiging uit. Het kan zijn dat PSV hem al in de winterstop terugroept, want met Tyton kan Advocaat onmogelijk nog erg lang de nodige geduld hebben.
Temeer, omdat voor hem een uiterst matige defensie al jaren aantoont regelmatig een wedstrijd voor PSV te kunnen verknoeien. In feite is het onbegrijpelijk dat de leiding om welke redenen ook nimmer fors wilde investeren in de verdediging. Types als Atiba Hutchinson, Marcelo, Wilfred Bouma, Stanislav Manolev en zelfs ook Jetro Willems detoneren met de eerzucht van een aanstaande kampioen. Ook tegen FC Utrecht knelde daar de frictie. Met een beetje fysiek, lef en wilskracht kan elke aanval de defensie van PSV omverlopen en wegblazen. Op Willems en de revaliderende Erik Pieters na vertegenwoordigen ze allemaal de grauwe middenmoot van net-niet. Het zou aan te bevelen zijn om Van Bommel een centrale rol in de achterhoede te geven. Hij wil dat niet, mede omdat hij niet goed kan koppen. Maar op het middenveld rendeert de aanvoerder onvoldoende. Hij kan vaak de afstanden niet meer belopen. Mede daardoor anticipeert hij niet zelden te laat. En dat kost hem ook gele kaarten.
Van Bommel heeft gelijk met zijn bewering dat de arbitrage in de eredivisie hem zoekt en gemakkelijk slachtoffert. Maar dat lokt hij ten dele ook uit. Zijn houding roept irritaties op. Zijn ingrijpen oogt menigmaal verkrampt of wraaklustig. Hij compenseert op die manier dikwijls een gebrek aan snelheid of juiste timing. Op het middenveld bezit PSV al een controleur met meer potentie dan Van Bommel. Zeker in de tweede helft tegen Turkije ontpopte Kevin Strootman zich als de aangewezen waakhond. Zo kan hij ook bij PSV functioneren, waardoor Van Bommel rustig een stap achterwaarts kan doen. Het wordt toch tijd dat Advocaat de opstelling flink opschudt. Ola Toivonen als meest offensieve schakel op het middenveld heeft alleen maar zin met Jeremain Lens in de spits. De trainer prefereerde de laatste duels Tim Matavz op negen. Tegen AZ scoorde de Sloveen ineens weer eens tweemaal, maar er schort iets aan de grijze goalgetter.
PSV zou eens moeten gokken op een systeem met twee (supersnelle) spitsen: Luciano Narsingh een beetje vanaf rechts en Lens dan aan de linkerkant. Met daarachter hangend Toivonen of Georginio Wijnaldum. Het kan ook moeiteloos overschakelen op Memphis Depay op links, en Lens meer in het centrum. Wat betreft de grillige Dries Mertens blijkt meer en meer dat hij het beste voldoet in het veilige Eindhoven, bij droog en zonnig weer. Een objectieve analyse van de kwaliteit bij PSV leert dat de selectie bijna traditioneel teveel zesjes telt en te weinig uitschieters. Het materiaal verschilt te weinig met het verleden. Niettemin kan Advocaat nog altijd de doelstelling realiseren, omdat ook Ajax bepaald niet overloopt van een surplus aan toppers. In de Champions League kwam al meteen tot uiting dat de Amsterdamse achterhoede net zo vlot een zege kan weggeven als de concurrent uit Eindhoven. Advocaat behoeft derhalve nog niet te wanhopen. Maar het mag nooit meer bekennen dat een wedstrijd al in de tachtigste minuut is beslist. En dat nog wel tegen negen man van FC Utrecht ...
LEX MULLER
Sportjournalist sinds mensenheugenis. Schrijft al sinds 1966 over voetbal. Bezocht WK's vanaf 1974. Werkte tot 1994 voor kranten, waaronder twintig jaar bij het Algemeen Dagblad. Switchte daarna naar de televisie, maar legt zich sinds 1 januari 2011 volledig toe op sport op internet.