Schrik sloeg AZ én Ronald Koeman zaterdagavond om het hart
Myron Boadu was zaterdagavond doorslaggevend voor AZ. De negentienjarige aanvaller nam in de competitiewedstrijd tegen sc Heerenveen de winnende 1-2 voor zijn rekening, na twee Eredivisie-duels op rij droog te hebben gestaan. De teller staat zodoende op twaalf doelpunten, maar ook hij weet dat hij net zo goed het dubbele had kunnen maken. Ook in het Abe Lenstra Stadion had het niet bij één doelpunt van Boadu hoeven te blijven.
“Ik had hem daarvoor al lang moeten maken. Absoluut. Het is meer dat ik wat rustiger moet zijn op sommige momenten”, vertelt Boadu in gesprek met De Telegraaf. Enkele minuten na rust stond hij oog in oog met Warner Hahn, maar hij schoot te snel. “Eigenlijk zonder na te denken. Maar als ik eerst naar de keeper had gekeken, dan had ik gezien dat de lange hoek helemaal open lag. Dan had ik hem zeker gemaakt.”
Boadu sloeg vervolgens als nog toe en bezorgde AZ drie belangrijke punten. “Hier waren we aan toe, na twee nederlagen in de competitie. Nu ligt de druk weer een beetje bij Ajax. Het gat is nog maar drie punten.” In de eerste helft leek het even vreselijk mis te gaan toen Boadu kermend van de pijn naar de grond ging en het leek alsof hij naar zijn knie greep.
Een zware knieblessure bij Boadu in navolging van Memphis Depay en Donyell Malen bleef Ronald Koeman, en uiteraard AZ, gelukkig bespaard. “Nou ja, ik deed wat ik wel vaker doe als ik zie dat de keeper de bal te lang aan zijn voeten heeft: ik probeerde die met een sprong en uitgestrekt been te blokken. Maar in plaats daarvan schopte hij vol tegen mijn schenen aan. Dat deed even heel erg pijn. Met mijn knie had het niks mee te maken. Gelukkig niet.”