Schreuder: ‘Een aantal clubs in Duitsland kan misschien omvallen’
De eerste én tweede Bundesliga liggen officieel stil tot 2 april en de kans is groot dat deze voetballoze periode vanwege het coronavirus zal worden verlengd. Het grote doel is alsnog het seizoen afmaken, desnoods zonder publiek, omdat de televisiegelden voor veel clubs zéér belangrijk en in enkele gevallen zelfs cruciaal zijn. In Duitsland gaat dat voor de 36 clubs in de twee hoogste divisies gezamenlijk om een bedrag van 370 miljoen euro.
Het televisiecontract loopt tot 1 juli, net als vele contracten van spelers en trainers. Het mislopen van recettes en sponsorinkomsten is ook een hard gelag voor de clubs. “Ik begrijp dat er voor juli gespeeld moet worden”, vertelt Alfred Schreuder, trainer van TSG Hoffenheim, vrijdag in gesprek met De Telegraaf. “Een aantal clubs kan anders misschien omvallen, als ze dat geld mislopen.”
In Duitsland is het niet verboden om te trainen, al nemen de clubs het zekere voor het onzekere. Bij Hoffenheim hebben de spelers tot begin volgende week vrij. “Het is sowieso best wel raar dat het mag, aangezien sportscholen en andere verenigingen wel gewoon op slot zijn. Als we trainen zijn we toch zo met veertig man in een ruimte, dat geeft ook geen prettig gevoel.” Bij het Bayer Leverkusen van Peter Bosz werd woensdag nog getraind, maar inmiddels heeft de selectie dertien dagen vrijaf gekregen.
Schreuder, die met Hoffenheim op een negende stek in de Bundesliga staat, hoopt dat op termijn besloten kan worden wanneer er ongeveer weer gevoetbald kan worden. “Je moet namelijk een doel hebben om te trainen. Als je niet weet wanneer het weer begint en je gaat wel het veld op, dan ben je alleen maar aan het onderhouden. Als je weet: we hebben twee weken vrij en een paar weken later begint de competitie weer, dan heb je een punt om naartoe te werken. Niemand weet het nu nog.”
Duitsland is wereldwijd het vijfde land met de meeste besmettingsgevallen: ruim 15.000. Het relatief lage aantal doden is een lichtpuntje in deze donkere periode: 44. In Spanje zijn er bijvoorbeeld dik 18.000 besmettingsgevallen en ruim 800 doden.