voetbalzone

Ryan Babel: ‘Persoonlijk vind ik het jammer dat het zo gaat’

Yanick Vos10 okt 2019, 07:28
Laatst bijgewerkt: 10 okt 2019, 07:28
Advertentie

Ryan Babel mag zich onder bondscoach Ronald Koeman een zekerheidje noemen in de basis van het Nederlands elftal. De aanvaller heeft zich in het huidige Oranje al meer dan eens bewezen en start naar verwachting donderdagavond vanuit de basis als in De Kuip Noord-Ierland op bezoek komt. Hoewel de statistieken van Babel in het shirt van Nederland niet bijzonder zijn, voelt de 32-jarige aanvaller van Galatasaray zich toch een belangrijke schakel in de ploeg.

Waar Memphis Depay onder Koeman goed was voor negen doelpunten en elf assists, scoorde Babel onder Koeman vier keer en leverde hij twee assists in veertien wedstrijden. Het zijn geen spraakmakende cijfers, maar desondanks kijkt Babel met een goed gevoel terug op zijn interlands onder de huidige keuzeheer. “Tegenwoordig worden spelers nog meer beoordeeld op doelpunten en assists, vooral als je een aanvaller bent”, reageert hij in gesprek met Voetbal International.

“Maar ik kan me nog heugen dat vroeger, nog voordat ik doorbrak, er heel veel van je verwacht werd”, vervolgt Babel, die tegen Noord-Ierland zijn 61ste interland kan spelen. “Dat je spelers naast je beter kan maken. Dat je door bijvoorbeeld een bal goed vast te houden, goed samen kon spelen en je team beter kon maken.” Tegenwoordig wordt er volgens Babel teveel naar de statistieken gekeken. “Dan wordt er gezegd: negen wedstrijden en maar twee keer gescoord en één assist. Daardoor is hij dan slecht of goed.”

Babel is van mening dat er vandaag de dag minder wordt gelet of een speler zijn team tijdens de wedstrijd goed heeft geholpen om te winnen. “En heel vaak kennen ze de opdrachten die de trainer zijn spelers meegeeft niet. Persoonlijk vind ik het jammer dat het zo gaat. We kunnen niet allemaal Cristiano Ronaldo zijn die vijftig goals per seizoen maakt. Maar dat wil niet zeggen dat je dan per se onbelangrijk bent voor een elftal. In zijn algemeenheid ben ik tevreden over mijn inbreng.”