Rotterdammer hoopt op Benfica, Sporting of Porto: ‘Dat is mijn droom’
LISSABON - Belenenses is achter Benfica en Sporting Portugal de derde club van Lissabon, maar in de jaren twintig en dertig was men een nationale grootmacht. O Belém pakte in 1927, 1929 en 1933 het Campeonato de Portugal en hoewel men in 1946 nog de huidige Liga NOS won, is Belenenses sinds de eerste decennia van de vorige eeuw eigenlijk nooit meer zo succesvol geweest. Belenenses zakte steeds verder weg en degradeerde in 2010. De hoofdstedelingen keerden in 2013 terug naar het hoogste niveau en hopen de weg naar boven nu definitief te vinden. Iemand die daarbij moet helpen, is Danny Agostinho Henriques. Deze Nederlander transfereerde onlangs naar Belenenses.
Door Gijs Freriks
Droom
Danny Henriques werd geboren in Rotterdam en sloot zich op zijn vierde aan bij de jeugdopleiding van Excelsior. De twintigjarige verdediger brak echter niet door in Kralingen, vertrok in 2016 naar SC Cambuur en weer een jaar later transfereerde hij naar UD Vilafranquense, een club uit de gemeente Vila Franca de Xira van Lissabon. Vorige week donderdag tekende Henriques een driejarig contract bij Belenenses, de nummer twaalf van het afgelopen seizoen in de hoogste divisie. Voor Henriques is een droom uitgekomen.
“Dit was mijn doelstelling. Ik heb bewust een stap achteruit gedaan om er twee vooruit te maken. Dat is met deze transfer gelukt”, vertelt Henriques aan Voetbalzone. Vilafranquense speelde eerder dit jaar een vriendschappelijke wedstrijd tegen de buurman, verloor met 1-0, maar trainer Silas raakte wel onder de indruk van Henriques. “Hij vroeg mijn nummer en zo zijn we met elkaar in contact gekomen. We hebben meerdere gesprekken gevoerd, maar toen ik een aanbieding kreeg, hoefde ik niet lang na te denken.”
Henriques sluit in eerste instantie bij de Onder-23 van coach Tuck aan. “Maar in de voorbereiding trainen het eerste en tweede elftal samen. Vervolgens worden de teams samengesteld. Ik denk dat ik in de Onder-23 begin en het plan is om daar veel te spelen. Van daaruit moet ik dan doorschuiven naar het eerste. Hoe ik mijn kansen inschat? Er zijn natuurlijk veel concurrenten, maar Silas wil spelers uit de Onder-23 regelmatig laten meetrainen. Ik moet dan gewoon zo hard mogelijk mijn best doen.”
Juventus
Belenenses heeft zware tijden achter de rug. De voormalig werkgever van onder anderen Rui Jorge, José Mourinho, Rolando en Erik Tammer bouwde van 2005 tot 2009 een schuld op aan de belastingdienst, maar heeft daar inmiddels twee miljoen euro van terugbetaald. O Jogo meldde in mei dat er nog maar 465 duizend euro openstaat. Toch leek het er even op dat Belenenses, een van de oudste clubs van Portugal, min of meer zou verdwijnen. In 2014 ging het gerucht dat Juventus geïnteresseerd was om de aandelen (51,96 procent) over te nemen van agentschap Codecity Sports Management van Rui Pedro Soares. La Vecchia Signora had Belenenses vervolgens willen gebruiken als uitvalsbasis voor huurspelers.
Juventus keek jaloers naar het voetbalimperium van de familie Pozzo, die de clubs Udinese, Watford en Granada bezit en aan de lopende band spelers uitruilt tussen deze verenigingen. Dat wilde men in Turijn ook wel, was de gedachte. Een woordvoerder van Belenses liet echter al gauw aan Observador weten dat er ‘geen contact’ met de topclub uit de Serie A was geweest en dat er ook ‘geen mogelijkheid’ bestond om aandelen te kopen. De rest van de aandelen in Belenenses is overigens in handen van de naamloze vennootschap van Belenenses (10,0 procent), Olivedesportos SGPS (31,98) en andere onbekende partijen (6,06). Belenenses bleef baas in eigen huis en onder leiding van huidig NAC Breda-trainer Mitchell van der Gaag keerde men terug naar de Liga NOS en haalde men de halve finale van de nationale beker.
Miguel Amaral van het blog Crónicas Azuis vatte het verval van Belenenses als volgt samen: “Belenenses is een club met een trotse en een onderscheidende geschiedenis. Het is de eerste club in Portugal met een grasveld en de eerste met overdekte tribunes. Het is een echte gigant van het Portugese voetbal die echter slecht is geleid door het management. De club is het slachtoffer geworden van vreselijk mismanagement en zelfzuchtige directeuren die de vernedering hebben gebracht bij duizenden ‘blauwe’ supporters in Portugal, de Verenigde Staten en in de oude Portugese koloniën in Afrika en Brazilië.” Nu de schuld aan de fiscus bijna is weggewerkt, kan Belenenses echter weer bouwen aan een gezonde toekomst.
Vakantie
Het tweede elftal van Belenenses wordt komend seizoen gecoacht door João Carlos Novo de Araújo Gonçalves, beter bekend als de 48-jarige Tuck. Hij werd vijf dagen na het binnenhalen van Danny Henriques aangesteld. Als middenvelder kwam de in 2000/01 gestopte Tuck tot 420 wedstrijden, voor Belenenses en Gil Vicente. Met zijn nieuwe werkgever neemt hij na de zomer deel aan een door de voetbalbond nieuw opgezette beloftencompetities van veertien ploegen. Verdediger Henriques, die ook als verdedigende middenvelder uit de voeten kan, zal de meeste minuten dus waarschijnlijk in deze liga maken. Dit seizoen kwam hij met het bescheiden Vilafranquense uit in de derde afdeling van de voetbalpiramide.
“Het was een vergelijkbaar niveau met dat van de Tweede Divisie in Nederland. Het was wel veel fysieker en tactischer dan in Nederland, terwijl de ploegen in Nederland voetballend misschien iets verder zijn.” Henriques kwam bij Vilafranquense terecht nadat hij uit zijn contract liep bij SC Cambuur. “Ik heb daar heel weinig gespeeld. Bij Jong Cambuur kregen de wissels van het eerste elftal, de jongens met een profcontract, de voorkeur. Zo ging dat het hele seizoen door. Aan het einde van het jaar had ik een gesprek met de club en daaruit concludeerden we dat het beter was om op zoek te gaan naar wat anders.”
Henriques ging op vakantie naar het geboorteland van zijn ouders, in de buurt van Lissabon. “Ik zei tegen mijn ouders dat ik hier zou blijven als ik een club zou vinden, want ik wilde van jongs af aan al in Portugal spelen. Ik nam zelf contact op Vilafranquense en kwam ook in contact met de trainers. Ik trainde een paar keer mee, ze waren enthousiast en ik mocht blijven. In het begin was het wel even wennen en was het moeilijk. Je komt na de training alleen thuis, zonder ouders en familie. Maar later bouw je vriendschappen op en wordt de club een soort familie. Ik ben bij Vilafranquense erg goed opgevangen waardoor ik me relatief snel thuis begon te voelen.”
Três Grandes
Wat ook hielp, is dat Henriques zich Portugees voelt. Hij werd in Nederland geboren, maar sprak thuis Portugees en beschouwt Portugal als ‘zijn land’. “Ik kwam hier ieder jaar met mijn ouders op vakantie en een deel van mijn familie woont in Portugal. Ik ben daardoor ook altijd nieuwsgierig geweest naar het voetbal hier.” Toch baalt Henriques er wel van dat hij niet is doorgebroken bij Excelsior, de club waar hij vanaf zijn vierde voor speelde. “Ik schreef mij in voor een talentendag en werd geselecteerd voor de jeugdopleiding. Ik heb de academie van de F’jes tot de A1 doorlopen en trainde ook een paar keer mee bij het eerste elftal.”
“Ik heb er veertien, vijftien jaar gezeten. Ik was graag doorgebroken bij zo’n mooie en warme club, maar dat zat er helaas niet in. Ze hadden nog geen tweede elftal en twijfelden daarom of ze met mij door moesten gaan of niet. Toen ik een aanbieding van Cambuur kreeg, heb ik niet lang gewacht. Ik was wel verdrietig dat ik weg moest bij Excelsior, want ik was een kind van de club en kende werkelijk iedereen. Iedereen kende mij ook.” Inmiddels heeft Henriques andere dromen. Hij wil doorbreken bij Belenenses en uiteindelijk terechtkomen bij een van de Três Grandes: Benfica, Sporting Portugal of FC Porto. “Ja, dat is mijn droom. Maar wat ik nu al heb bereikt, heb ik ook te danken aan de steun van mijn familie en vrienden."