Real kleineert zwoegend Barça en bereikt bekerfinale
Real Madrid kan het prolongeren van de landstitel vergeten, maar maakt dit seizoen zeker nog kans op het winnen van een prijs. De Koninklijke doet nog mee in de Champions League en plaatste zich dinsdagavond voor de 38ste keer in de clubhistorie voor de finale van de Copa del Rey, door Barcelona aan de kant te zetten. Na de 1-1 remise in het Santiago Bernabéu werd het door doelpunten van Cristiano Ronaldo (2) en Raphaël Varane liefst 1-3 voor Real in het Camp Nou. Barcelona lijkt de weg even kwijt te zijn: de Catalanen stelden tegen AC Milan al hevig teleur en kwamen er ook dinsdagavond niet aan te pas. Sterspelers als Xavi en Lionel Messi hadden opnieuw hun dag niet en Real ging er verdiend met het ticket voor de finale vandoor.
José Mourinho kan tevreden zijn, want zijn ploeg was behoudens de eerste minuten de bovenliggende partij in de ontmoeting met aartsrivaal Barcelona. De thuisploeg probeerde een vroege openingstreffer te forceren en werd in de eerste minuten al direct gevaarlijk via Andrés Iniesta en Messi, maar zij wisten Diego López niet te passeren. Aan de overkant zorgde Ronaldo voor de meeste dreiging en de Portugees verdiende na twaalf minuten spelen een strafschop. Ronaldo dribbelde op Gerard Piqué af en werd neergehaald toen hij de verdediger voorbij ging, waardoor de bal op de stip ging. Ronaldo benutte het buitenkansje zelf en werd daarmee de eerste speler ooit in de geschiedenis van el Clásico die in zes uitwedstrijden op rij wist te scoren.
Barcelona moest in de achtervolging, maar kon niet veel mogelijkheden creëren. Real stond in de eerste helft goed te verdedigen en de thuisploeg claimde wel tweemaal een penalty, maar Cesc Fàbregas en Pedro kregen niet waar zij op hoopten. Messi kwam nauwelijks in het stuk voor, maar de sterspeler van Barcelona kwam vijf minuten voor rust wel in de buurt van de gelijkmaker, toen zijn lage vrije trap maar een paar centimeter naast het vijandelijke doel ging. Aan de overkant kwam Sergio Ramos nog dicht bij een verdubbeling van de Madrileense marge, maar de verdediger kon net niet bij een scherp aangesneden vrije trap, waardoor Barcelona met de schrik vrijkwam.
De gastheren konden moeilijk tevreden zijn over de eerste helft en probeerden na rust beter voor de dag te komen. De eerste mogelijkheid van het tweede bedrijf was echter weer voor Real, maar Fábio Coentrao wist uit een moeilijke hoek geen manier te vinden om José Pinto te vervangen. Namens Barcelona zorgde Sergio Busquets voor opwinding, maar zijn schot vanuit de tweede lijn leverde niet de gewenste gelijkmaker op. De druk van de thuisploeg nam toe, maar juist op dat moment kwam Real uit een tegenaanval op 0-2. Wederom was Ronaldo de man die zich liet bejubelen en Carles Puyol kon zich de tegentreffer aanrekenen.
Sami Khedira ruimde de bal op en vond Ángel Di María, die Puyol met een simpele lichaamsbeweging kwijtraakte. Het schot van de Argentijn werd nog gekeerd door Pinto, maar die kon niet voorkomen dat Ronaldo uit de rebound alsnog de 0-2 maakte. Barcelona moest nu dus nog drie keer scoren om de finale te bereiken, maar dat zat er geen moment in. Pedro probeerde weer een strafschop te versieren, opnieuw zonder succes, en kort hierna besliste Varane de wedstrijd. De verdediger kopte uit een hoekschop de 0-3 binnen en maakte zo al zijn tweede doelpunt in zijn jonge loopbaan tegen Barcelona. Jordi Alba wist kort voor tijd nog de eer voor de thuisploeg te redden, maar het maakte de nederlaag van Barcelona er niet minder pijnlijk op. In de finale wacht Atlético Madrid of Sevilla op Real; deze ploegen spelen woensdag nog tegen elkaar in de andere halve finale van de Copa.