voetbalzone

PSV zet voorlopig streep door ‘eeuwig transferdoelwit’ uit Premier League

Dominic Mostert09 aug 2020, 23:02
Laatst bijgewerkt: 09 aug 2020, 23:02
Advertentie

Patrick van Aanholt komt voorlopig niet naar PSV. De topclub uit de Eredivisie heeft volgens het Eindhovens Dagblad 'de afgelopen periode' opnieuw geïnformeerd naar de plannen van de linksback, die nog een jaar onder contract staat bij Crystal Palace. Door zijn 'Premier League-salaris' lijkt hij op dit moment onhaalbaar, zo luidt de huidige conclusie van PSV.

De nummer vier van het voorbije Eredivisie-seizoen heeft voorlopig een streep gezet door de komst van Van Aanholt. De vleugelverdediger, die in de jeugdopleiding van PSV speelde en deze maand zijn dertigste verjaardag viert, geniet ook belangstelling vanuit de Serie A. Het is voor PSV moeilijk te voorspellen hoe de transfermarkt zich ontwikkelt, maar duidelijk is wel dat de club op zoek is naar een nieuwe linksback.

Eind vorige maand gaf trainer Roger Schmidt toe dat het waarschijnlijk niet gaat lukken om Ricardo Rodríguez opnieuw binnen te halen. De Zwitser werd afgelopen seizoen vanaf januari gehuurd van AC Milan en maakte een goede indruk tijdens zijn korte uitleenbeurt. Schmidt zei dat het 'normaal gesproken gewoon heel moeilijk' wordt voor PSV om zich opnieuw te versterken met Rodríguez.

PSV boekte zaterdag een oefenzege op SC Verl (0-3) tijdens het trainingskamp in Duitsland en won zondag met dezelfde cijfers van KFC Uerdingen. In beide wedstrijden begon Mauro Júnior, eigenlijk een aanvallende middenvelder, als linksback; in de tweede helft stonden Justin de Haas (tegen Verl) en Michal Sadílek (tegen KFC Uerdingen) op die positie. Schmidt is aan het experimenteren; Júnior wordt gezien als tijdelijke oplossing.

In april schreven Nederlandse en Engelse media voor het laatst over de belangstelling van PSV voor Van Aanholt, nadat de club in januari al meerdere pogingen had ondernomen om de tienvoudig international van Oranje te trikken. Eerst bood PSV een bedrag van circa 4,8 miljoen euro en het tweede bod liep op tot een maximumbedrag van ongeveer 8,7 miljoen euro. Beide biedingen werden niet geaccepteerd.