voetbalzone

Pot 4 van de Champions League kan er volgend seizoen heel anders uitzien

Dominic Mostert11 apr 2019, 23:22
Laatst bijgewerkt: 11 apr 2019, 23:22
Advertentie

GETAFE - Terwijl de kwartfinales van de Champions League in volle gang zijn, beginnen de contouren van het deelnemersveld van komend seizoen zich langzaamaan te vormen. En hoewel het miljardenbal bij uitstek een toernooi is waarin 'de bekende namen' jaarlijks terugkeren, kan de komende editie zomaar een aantal verrassende deelnemers herbergen. Na ons verhaal over Lille OSC van vorige week staan we vandaag stil bij Getafe, de revelatie die alleen Real Madrid, Atlético Madrid en Barcelona voor zich duldt in LaLiga.

Door Dominic Mostert

Zouden alle landelijke competities nu eindigen, dan weten KRC Genk, RB Leipzig, Getafe, Eintracht Frankfurt, AC Milan, Lille en Medipol Basaksehir zich verzekerd van een plek in de groepsfase van de Champions League. Naar alle waarschijnlijkheid zouden ze belanden in Pot 4, als clubs met het laagste coëfficiëntenaantal. Drie clubs (Getafe, Eintracht en Basaksehir) deden sinds de invoering van de Champions League in 1992 nog nooit mee aan het toernooi. Voor twee clubs is het alweer zeven (Lille) of acht (Genk) jaar geleden. En één club (Milan) dankt de kwalificatie alleen maar aan het onderlinge resultaat tegen Atalanta, wat in Italië prevaleert boven het doelsaldo. Maar de competities zijn nog niet beëindigd en dus is het een kwestie van volhouden. Zo ook voor Getafe, misschien wel de verrassendste naam van allemaal.

Twee keer eerder kwalificeerde Getafe zich voor Europees voetbal. Het debuut op het Europese toneel was op 20 september 2007 tegen FC Twente, in de voorronde van de UEFA Cup. Na een 1-0 zege en een 3-2 nederlaag bereikte de club het hoofdtoernooi van de UEFA Cup. De groepsfase met Tottenham Hotspur, Hapoel Tel Aviv, Aalborg BK en Anderlecht werd overleefd, evenals de daaropvolgende knock-outs tegen AEK Athene en Benfica. Zelfs Bayern München leek eraan te moeten geloven in de kwartfinale, toen Getafe in de verlenging met 3-1 leidde. Een dubbelslag van Luca Toni in de laatste vijf minuten hielp Bayern op basis van uitdoelpunten toch naar de halve finale. Drie seizoenen later strandde Getafe in een Europa League-poule met VfB Stuttgart, Odense BK en Young Boys. En nu, bijna negen jaar later, ligt een rentree in Europa binnen handbereik.

voetbalzone

Hoe goed het ook met Getafe gaat, de club kan niet omhoog kijken. Zeven wedstrijden voor het einde van LaLiga zijn de eerste drie Champions League-tickets immers al verdeeld. Barcelona, Atlético Madrid en Real Madrid zullen vrijwel zeker in de top drie eindigen, waardoor alleen de strijd om de vierde plek nog van belang is bij de verdeling van de plaatsbewijzen voor het miljardenbal. De laatste weken van het seizoen zullen dan ook in het teken staan van standhouden. Sevilla volgt op een punt achterstand; Valencia (vier punten achterstand) en Deportivo Alavés (vijf punten) kunnen ook zomaar dichtbij komen. Athletic Club is voorlopig op zeven punten achterstand gezet, na een knappe 1-0 overwinning op zondag. "We doen het stap voor stap”, verzekerde matchwinner Ángel Rodríguez na afloop. “Er komen nog zware wedstrijden aan. We weten allemaal hoe moeilijk het gaat worden.”

Ángel draagt rugnummer 9, maar is geen vaste waarde in de ploeg van trainer José Pepe Bordalás. Tegenover achttien basisplaatsen in LaLiga stonden dit seizoen twaalf invalbeurten voor de aanvaller: meer dan elke andere speler in de selectie. Soms wordt Ángel binnen de lijnen gebracht om tijd te rekken, zoals tegen Rayo Vallecano (2-1 zege), Real Betis (1-2 zege) en Valencia (0-0). In die drie wedstrijden stond hij een gezamenlijk totaal van negen minuten binnen de lijnen. Klagen doet hij niet. Ook op 12 januari, in de uitwedstrijd tegen Villarreal, maakte Ángel vooral zijn entree om een resultaat (1-1) veilig te stellen. In minuut 89 vormden zijn eerste balcontacten echter de culminatie van een magnifieke counter. Ángel werd gelanceerd door Jaime Mata, liet twee verdedigers beschaamd achter op de grond en wipte de bal prachtig over de uitgekomen doelman Sergio Asenjo.

Wat volgde waren enkel krankzinnige minuten in de blessuretijd, waarin Villarreal driemaal het aluminium trof én een penalty miste. Een van de grootste stunts van het seizoen voor Getafe was een feit. Exemplarisch was de manier waarop de zege tot stand kwam. Niet door een eenmansshow, maar door de gezamenlijke bijdrage van iedereen op het veld. Jorge Molina en Ángel verzorgden de doelpunten. Samen met Mata, de man van de assist bij de winnende treffer, zijn de twee verantwoordelijk voor 30 van de 38 doelpunten die Getafe dit seizoen maakte. Tegelijkertijd slaagde de verdediging van Getafe erin om Villarreal grote delen van de wedstrijd in bedwang te houden. Het is geen toeval dat los Azulones dit seizoen maar 27 doelpunten incasseerden, aanzienlijk minder dan ploegen als Barcelona (31) en Real Madrid (37).

Bij ieder succesverhaal hoort de zoektocht naar de sleutelfiguren achter het succes. Trainer Bordalás, bewapend met 26 jaar aan ervaring in het Spaanse voetbal, heeft van Getafe een ploeg gemaakt waar niemand tegen wil voetballen. Sinds zijn aanstelling in de zomer van 2016 zette de club uit de 176.659 inwoners tellende voorstad van Madrid de weg omhoog in. Bordalás loodste Getafe meteen terug naar LaLiga, door de play-offs om promotie te winnen, en eindigde daarna op een zeer verdienstelijke achtste plaats op het hoogste niveau. In drie jaar tijd is zijn filosofie steeds verder doorgedrongen tot in de haarvaten van de club. Romantici walgen van Bordalás; realisten lopen met hem weg. “Van dit Getafe weet je één ding zeker", zo schreef Diario de Sevilla deze week. “Ze zullen tot de laatste seconde oorlogvoeren om hoog te eindigen op de ranglijst.”

Dat is terug te zien in de statistieken. Geen enkele ploeg beging dit seizoen meer overtredingen dan Getafe: 530 stuks. Nummer twee Huesca komt met 470 overtredingen amper in de buurt. Vijf rode kaarten waren het gevolg; alleen Celta de Vigo, Rayo Vallecano en Levante (zes) pakten er meer. De statistieken vertellen ook dat Getafe profiteert van een zwakkere subtop, in ieder geval qua puntenaantal. Vorig seizoen stond Real Madrid na 31 speelronden op de vierde plaats, met 64 punten. In de jaren daarvoor waren het Sevilla (61), Villarreal (57), Valencia (65) en Athletic Club (56) in deze fase van de competitie. Getafe heeft vijftig punten. Het seizoen van de club kenmerkt zich niet door hoge pieken. Uit vier wedstrijden tegen Real Madrid, Atlético Madrid en Barcelona haalde Getafe nul punten. Maar tegen de overige clubs begaat men maar weinig uitglijders, zeker na de winterstop. Het vechtvoetbal van Bordalás levert veel zeges op met één doelpunt verschil, en zo rukte Getafe vanaf januari gestaag op van de zevende naar de vierde plaats op de ranglijst, die nu al zeven speelrondes wordt bezet.

voetbalzone

De bekendste naam in de spelersgroep is die van Mathieu Flamini, de routinier die jarenlang voor Arsenal en AC Milan speelde. Maar een andere ervaren rot eist veel meer aandacht op. Molina, al even genoemd als een van de twee doelpuntmakers tegen Villarreal, is bezig aan zijn tweede jeugd. De spits viert op 22 april zijn 37ste verjaardag; er zijn maar zeven spelers in LaLiga die ouder zijn dan hij. Toch was Molina dit seizoen al goed voor 10 doelpunten in 31 competitieduels. Sinds Ferenc Puskás, die het in de jaren zestig deed bij Real Madrid, haalde geen enkele speler de dubbele cijfers op die leeftijd nog. Nadat Molina op 18 januari twee doelpunten maakte in het duel met Deportivo Alavés (4-0), de ruimste zege van het seizoen, ging hij na 75 minuten met rode wangen van het veld. De staande ovatie stemde hem verlegen. Het "Jorge, selección!" dat neerdaalde vanaf de tribunes van het Coliseum Alfonso Pérez al helemaal. "Ik, in de nationale ploeg van Spanje? Nou ... Ik ben blij, maar laten we realistisch zijn. Ik ben nu wel van een bepaalde leeftijd ..."

"Ik heb niet meegezongen, nee", lachte trainer Bordálas na de wedstrijd in gesprek met The Guardian. “Maar hij is enorm in vorm. Hij is een voorbeeld voor iedereen. Het is een fijne jongen in de omgang en een geweldige voetballer. Hij heeft voetbalintelligentie, houdt de bal goed vast, creëert kansen ... Eigenlijk doet hij alles goed. Ik heb er geen woorden voor. Het is niet normaal." Ondanks zijn leeftijd miste Molina dit seizoen nog geen wedstrijd. De veteraan is nog topfit, zo weet Bordálas als geen ander. Elke ochtend, behalve de ochtend twee dagen voor een wedstrijd, komen de spelers één voor één zijn kantoor binnen. Ze gaan op de weegschaal staan en hun fitheid wordt gemeten. De resultaten waren teleurstellend, toen hij de boel in september 2016 overnam van de ontslagen Juan Esnáider. Getafe stond bovendien voorlaatste, op het tweede niveau. Maar Bordálas kreeg de boel aan de praat en Molina scoorde 22 keer. “Hij heeft zijn voeten op onze kelen gezet en nooit losgelaten”, zei verdediger Juan Cala later over de aanpak van de trainer.

Hoe Bordálas een promovendus maakte van een ploeg in crisis? Geheel op eigen wijze. Door zijn spelers vlak voor een wedstrijd op te dragen een potlood op hun bovenlip te balanceren, bijvoorbeeld. Ze moesten met een ‘gek gezicht’ het veld betreden, vond hij, om ‘de tegenstander angst in te boezemen.’ Verdedigers kregen de taak om, vrij letterlijk, het gevecht aan te gaan met de aanvallers. Elke bal is een gevecht, zo luidde de boodschap. “De hele week werk je toe naar de wedstrijd. Alles staat in het teken daarvan. Als het zover is, dan vecht je voor je leven. En als je niet wint, is het een grote ramp”, aldus Cala. “Hij controleert ieder aspect van je leven: je voeding, training, rustmomenten … En de trainingen zijn heel, heel heftig.” Een andere, niet nader genoemde speler noemde Bordálas ‘een beetje apart, maar zeker niet dom’, wanneer hij werd gevraagd om de oefenmeester in één zin samen te vatten. “Hij wordt helemaal gek als je niet doet wat hij wil.”

José Bordalás, de eigenzinnige en veeleisende trainer van Getafe.

De aanpak van Bordálas bleek het juiste medicijn voor Getafe. De trainer mocht zich in 2017 na 24 jaar opmaken voor zijn debuut op het hoogste niveau. Velen zagen in hem een trainer die toch vooral voor de lagere divisies geschikt was. Hij dirigeerde Deportivo Alavés in 2016 nog naar LaLiga, maar mocht desondanks niet aanblijven als trainer. De clubleiding ging liever met Mauricio Pellegrino de competitie in. Dus bleef Bordálas, in dienst van Getafe, nog een jaar in LaLiga2. Toen hij ook die club naar promotie leidde, mocht hij zich wel bewijzen op het hoogste niveau. Een achtste plaats was het gevolg, ondanks dat er maar twee clubs waren die nóg minder televisiegelden opstreken. Bordálas werd door zijn collega’s verkozen tot Trainer van het Jaar. Ook zij hadden waarschijnlijk niet gedacht dat hij de prestaties in het seizoen daarna nog eens zou overtreffen.

Terug naar de spelersgroep. Misschien had de 36-jarige Molina stiekem toch gehoopt op een uitnodiging van bondscoach Luis Enrique, die op 15 maart zijn selectie bekendmaakte voor de EK-kwalificatiewedstrijden tegen Noorwegen en Malta. Die kwam er niet. Maar ploeggenoot Jaime Mata maakte wel voor het eerst deel uit van de selectie van Spanje, en debuteerde als invaller tegen Noorwegen (2-1 zege). Op basis van de statistieken is Mata dit seizoen de ‘MVP’ van Getafe, met dertien treffers en zes assists. Achterin zijn de complimenten voor Djené Dakonam, de schrik van menig aanvaller. De Togolees wordt in de gaten gehouden door clubs als Arsenal, Everton en Leicester City. Met een geschatte waarde van vijftien miljoen euro is Djené volgens Transfermarkt de meest waardevolle speler uit de selectie, gevolgd door doelman David Soria, middenvelders Nemanja Maksimovic en Mauro Arambarri en aanvaller Mata (allen tien miljoen euro).

Het moge duidelijk zijn: van één absolute sterspeler is bij dit Getafe geen sprake. De huidige basiself heeft bij elkaar slechts 4,2 miljoen euro gekost. Meer dan de helft daarvan werd uitgegeven aan Djené, die in 2017 voor 2,5 miljoen euro overkwam van Sint-Truiden. Niemand zou vooraf hebben gedacht dat de selectie met de veertiende transferwaarde van LaLiga, bij elkaar opgeteld 93,5 miljoen euro, nu nog zou meedoen om plaatsing voor de Champions League. De zesde plaats van het seizoen 2009/10 is voorlopig nog de beste eindklassering uit de clubgeschiedenis. Maar al zou dat zo blijven, dit seizoen is er voor Getafe hoe dan ook een om in te lijsten. “Iedereen is verheugd door het perspectief van de Champions League”, zei Bordálas zaterdag na de zege op Athletic Club, “maar we moeten niet naast onze schoenen gaan lopen. Het budget van onze concurrenten is driemaal zo hoog als dat van ons. We zullen zien waar we eindigen. Het is geen verplichting om Europees voetbal te halen.”