Overmars: ‘Hij kwam uit de jungle en had nog nooit in een stadion gevoetbald’
In het binnenkort te verschijnen boek ‘1995, We Are The Champions’ kijkt onder meer Marc Overmars terug op het zeer succesvolle seizoen 1994/95, toen Ajax de landstitel én de Champions League veroverde. De huidige directeur voetbalzaken zag toenmalig trainer Louis van Gaal een aantal onbekende spelers naar Amsterdam halen. Met name voor Nwankwo Kanu moest destijds enorm wennen aan zijn nieuwe werkomgeving.
"Ik vond het bijzonder knap dat Ajax twee Nigerianen (naast Kanu ook Finidi George, red.) haalde, die bijna letterlijk uit de jungle kwamen", zo valt te lezen in een voorpublicatie van het boek, dat op 20 mei op de markt komt. "Kanu had nog nooit in een stadion gevoetbald, kende de spelregels niet eens goed. Het is zó knap dat je die twee haalt en dat zij zo belangrijk zijn geworden voor Ajax."
"En daarbij een Fin (Jari Litmanen, red.), die een van de populairste spelers in de geschiedenis de club is geworden. Dat zijn weer die puzzelstukjes die goedvallen", voegt Overmars daaraan toe. De Ajax-directeur betwijfelt of dergelijke ‘pareltjes’ nog steeds makkelijk te vinden zijn voor de Amsterdamse club. "De tijd is natuurlijk anders. Tonnie Pronk was toen de enige scout die in Nigeria zat. Bij de wedstrijden waar hij daar naar Finidi en Kanu keek, zat verder niemand."
"Als er nu een jeugdtoernooi in Zuid-Amerika is, worden er complete reizen voor scouts georganiseerd door agentschappen. Dan zijn ze met vierhonderd man daar, hotels worden geblokt, bussen worden geregeld", geeft Overmars een duidelijk verschil aan. Desondanks geniet de bestuurder nog steeds met volle teugen van een geslaagde aankoop. "Natuurlijk is dat nu ook mooi. We hebben Frenkie de Jong gekocht als achttienjarige. Dat zijn prachtige verhalen."