Oranje treft ‘wetenschappelijk experiment’: ‘Bizar als je erover nadenkt'
Als het Nederlands elftal donderdagavond in een uitverkochte Kuip tegenover Noord-Ierland staat, is het aannemelijk dat Josh Magennis de aanvalsleider in de formatie van bondscoach Michael O’Neill is. Matthijs de Ligt en Virgil van Dijk krijgen dan te maken met een aanvaller met een tamelijk bijzonder verhaal. Magennis begon zijn profcarrière als doelman bij Cardiff City, maar werd op het laatste moment nog omgeturnd tot aanvaller en schoot Noord-Ierland vier jaar geleden naar het eerste eindtoernooi sinds 1986.
Door Chris Meijer
Het had niet veel gescheeld, of Magennis was überhaupt geen voetballer geworden. “Op mijn zestiende verkoos ik voetbal boven rugby. Maar ik dacht erover om terug te gaan naar het rugby, omdat ik het gevoel had dat ik als doelman niet goed genoeg was. Ik zei: ‘God, maak de beslissing voor mij’. Toen kreeg ik het telefoontje van Cardiff City, so that was it”, bracht Magennis in herinnering in gesprek met de Daily Mail. Uiteindelijk zette Cardiff City een streep door de rugbycarrière van Magennis. De club uit Wales kaapte hem in 2007 weg bij Glentoran, een van de traditionele topclubs in Noord-Ierland. De in Bangor geboren Magennis speelde in zijn eerste jaren als aanvaller en haalde op die positie zelfs het regioteam, maar in dienst van Lisburn Distillery besloot hij verder te gaan als doelman. Het bleek lang een goede keuze, want er leek lang een veelbelovende carrière voor Magennis in het verschiet te liggen als sluitpost.
Door blessures van David Forde en Kasper Schmeichel zat Magennis in oktober 2007 als doelman zelfs voor het eerst op de reservebank bij Cardiff City, in de achtste finale van de EFL Cup tegen Liverpool (2-1 nederlaag). Het bleef uiteindelijk de enige keer dat hij als sluitpost op een wedstrijdformulier van een officieel duel kwam te staan. Neal Ardley, destijds hoofd jeugdopleidingen van Cardiff City, kwam in de zomer van 2008 met het idee op de proppen om Magennis om te turnen tot aanvaller. “Neal was de persoon met het masterplan. Op dat moment vroegen mensen: ‘Waarom zou je een keeper omturnen in een spits?’ De club had genoeg middelen om een jonge, natuurlijke aanvaller te vinden”, vertelde hij op de website van de FIFA. “Maar ik had het brandende verlangen om hard te werken en niet te luisteren naar de buitenstaanders. Ik vroeg aan Neal: ‘Zie je dit als een wetenschappelijk project of geloof je echt dat ik het kan maken als spits?’ Hij legde me uit dat hij er écht in geloofde dat ik het zou kunnen maken als spits. Dat was genoeg voor mij. Ik werkte hard en liet me niet afleiden door negativiteit of gedachtes van andere mensen.”
De opvallende carrièreswitch zorgde echter wel voor de nodige verbazing bij Noord-Ierland Onder-19. Magennis was als doelman een vaste waarde in de jeugdselecties en in die hoedanigheid werd hij in 2008 ook weer opgeroepen. “Er was een nieuw bondscoach gekomen en de selectie was al bekendgemaakt. Dus ik kwam daar en niemand wist dat ik van positie was veranderd. Ik had geen handschoenen bij me, dus iedereen had zoiets van: wat is er aan de hand? Uiteindelijk is het goed gekomen en er wordt nu nog altijd om gelachen. Michael O’Neill maakt er geintjes over, want achteraf was het eigenlijk best grappig.”
Magennis overtuigde als spits en was een van de weinige jeugdspelers die een contract verdiende bij Cardiff City. Op 26 augustus 2009 maakte hij als spits zijn debuut in het profvoetbal, door als invaller te scoren in het met 3-1 gewonnen EFL Cup-duel met Bristol Rovers. “Het was een opluchting om te bewijzen dat ik het kon, dat hield bepaalde mensen ook stil”, zei Magennis. Van een definitieve doorbraak in het shirt van Cardiff City kwam het echter niet. Na een huurperiode bij Grimsby Town en nog negen wedstrijden in de hoofdmacht van the Bluebirds verkaste Magennis in de zomer van 2010 naar het Schotse Aberdeen. Op dat moment had hij op negentienjarige leeftijd al zijn debuut gemaakt in de nationale ploeg van Noord-Ierland, in de interland tegen Turkije (2-0 nederlaag).
Bij Aberdeen beleefde Magennis uiteindelijk zijn definitieve doorbaak in het betaald voetbal, al speelde hij de meeste van zijn 123 wedstrijden voor de Schotse club als invaller of op een andere positie. In het shirt van the Dons speelde de Noord-Ier tevens als vleugelaanvaller (al vervult hij deze positie ook weleens in de nationale ploeg), middenvelder of zelfs vleugelverdediger. “Managers zoeken over het algemeen naar spitsen die consistent scoren en er was een periode dat dit bij mij niet het geval was. Ik had nooit gedacht dat ik op jonge leeftijd al op zoveel verschillende posities zou spelen. Maar dat zegt genoeg over mijn karakter, ik geef niet zo snel op. Ik wil nergens spijt van hebben en probeer iedere kans te pakken om mezelf te verbeteren. Om die reden heb ik ook naar DVD’s gekeken van vleugelverdedigers, om te kijken wat zij doen. Ashley Cole is een speler die ik veelvuldig bestudeerd heb”, vertelde Magennis destijds in gesprek met de Daily Record. Ondanks zijn flexibiliteit leidde hij een tamelijk anoniem voetbalbestaan, tot het seizoen 2015/16 aanbrak.
Na een huurperiode bij St. Mirren was Magennis bij Kilmarnock terechtgekomen. Bij de Schotse laagvlieger groeide hij in ieder geval uit tot basisspeler en dat had een positieve uitwerking op zijn doelpuntenmoyenne. In zijn eerste seizoen bij Kilmarnock was Magennis goed voor acht doelpunten en zeven assists, een jaar later waren dat zelfs twaalf doelpunten en acht assists. Maar het had uiteindelijk met de prestaties van Magennis in de nationale ploeg van Noord-Ierland te maken dat zijn carrièreverhaal de wereld overging. Op 8 oktober 2015 plaatste het land zich voor het eerst in de geschiedenis voor het EK, door Griekenland in Belfast met 3-1 te verslaan. Een van de drie doelpunten werd die dag gemaakt door Magennis. “Een aantal jaar geleden was ik nog doelman en nu kreeg ik de mogelijkheid om als spits in een van de grootste wedstrijden ooit voor mijn land te spelen. Het is ongelofelijk”, reageerde Magennis voor het EK in Frankrijk, wat het eerste grote toernooi sinds 1986 was waarvoor Noord-Ierland zich plaatste. De ploeg van bondscoach O’Neill reikte tot de achtste finale en de aanvaller kwam uiteindelijk tot drie optredens op het toernooi, allemaal als invaller.
Ondanks zijn reserverol op het EK, speelde Magennis zich in de zomer van 2016 in de kijker. Charlton Athletic telde een bedrag van 300.000 euro, de eerste keer dat er een transfersom voor hem werd betaald, neer om de aanvaller over te nemen van Kilmarnock. “Ik zie hem als een laatbloeier, omdat hij, zoals iedereen weet, zijn carrière niet begonnen is als spits. Hij heeft zich enorm ontwikkeld en is op het EK actief geweest. Josh kan een doelpunt maken, heeft snelheid, is fysiek sterk en kan daarmee een plaag voor defensies zijn”, zei toenmalig Charlton Athletic-manager Russell Slade na het aantrekken van Magennis. Na twee jaar bij the Addicks en een seizoen bij Bolton Wanderers, is de aanvaller inmiddels bij Hull City terechtgekomen. The Tigers, uitkomend in de Championship, troefden onder meer Rangers FC en Aberdeen af. In deze jaargang was Magennis tot dusver goed voor een doelpunt en een assist in acht officiële wedstrijden.
De vraag is of Magennis in Rotterdam een basisplaats krijgt van O’Neill. De bondscoach van Noord-Ierland kan in ieder geval niet beschikken over de geblesseerde Conor Washington, die tegen Duitsland (0-2 nederlaag) als spits speelde. Voor het vervangen van de spits van het Schotse Hearts zijn normaal gesproken twee kandidaten: Magennis en Kyle Lafferty. Laatstgenoemde, zeventigvoudig international, bevindt zich echter niet in de beste fase van zijn loopbaan. De 32-jarige Lafferty verruilde Rangers afgelopen zomer voor Sarpsborg FF, maar kwam in drie wedstrijden voor de Noorse club nog niet tot scoren. Met Liam Boyce (Burton Albion) en Shayne Lavery (Linfield) herbergt de selectie van O’Neill nog twee spitsen, maar het ligt in de lijn der verwachtingen dat hij voor Magennis of Lafferty zal kiezen.
Lafferty is overigens de enige speler in de Noord-Ierse selectie die buiten Groot-Brittannië zijn geld verdient. Het gros van het keurkorps van O’Neill speelt in de Championship of de League One. Doelman Bailey Peacock-Farrell (Burnley), linksback Jamal Lewis (Norwich City) en het centrale duo bestaande uit Jonny Evans (Leicester City) en Craig Cathcart (Watford) zijn met hun Premier League-ervaring doorgaans een zekerheidje bij Noord-Ierland. Een naam die Oranje ook vrijwel zeker gaat tegenkomen, is Steven Davis. De 34-jarige aanvoerder van de Noord-Ieren, onlangs met Rangers nog spelend tegen Feyenoord, vormt doorgaans in ieder geval met George Saville, Paddy McNair (allebei Middlesbrough) en Corry Evans (Blackburn Rovers) het middenveld. Ook Niall McGinn (Aberdeen) en Jordan Jones (Rangers) hebben geregeld een basisplaats bij Noord-Ierland, al zijn zij in principe allebei buitenspelers en het is aannemelijk dat O’Neill een versterkt middenveld in het veld zal brengen tegen Oranje.
Als Magennis in De Kuip binnen de lijnen komt, speelt hij 46e interland voor Noord-Ierland. Het is een aantal dat hij twaalf jaar geleden niet gedacht had te halen, al helemaal niet als aanvaller. “Waar mijn carrière ooit was en hoe het er nu voor staat: het is absoluut ongelofelijk. Ik hoop dat het zich allemaal nog verder kan ontwikkelen. Als je erover nadenkt, is het gewoon bizar. Soms heb ik een moment voor mezelf en denk ik: het is allemaal surrealistisch.”