Oranje is aartsrivaal Duitsland na zestien jaar weer de baas

Het Nederlands elftal heeft zijn eerste punten in de Nations League te pakken. Het elftal van bondscoach Ronald Koeman won zaterdagavond in de Johan Cruijff ArenA van aartsrivaal Duitsland: 3-0. Doelpunten van Virgil van Dijk, Memphis Depay en Georginio Wijnaldum bezorgden Oranje de eerste zege op die Mannschaft sinds 20 november 2002, toen Nederland in Gelsenkirchen een oefenduel met 1-3 won. Het betekende voor Oranje de eerste zege in de Nations League, na de 2-1 nederlaag van vorige maand bij Frankrijk; Duitsland heeft na twee duels één punt.

Koeman had in zijn basiself ruimte gemaakt voor twee debutanten: Denzel Dumfries begon als rechtsback, terwijl Steven Bergwijn voorin vanaf rechts startte. Pablo Rosario zag zijn kans op een debuut enkele uren voor de aftrap vervliegen, doordat hij geschorst bleek vanwege een rode kaart die hij vorige maand ontving bij Jong Oranje. Duitsland kampte in aanloop naar de krachmeting met de nodige personele problemen, maar de ploeg van Joachim Löw had wel de overhand in de openingsfase. Oranje maakte een weifelende indruk en moest in de eerst twintig minuten twee grote kansen incasseren: Timo Werner kwam oog in oog met Jasper Cillessen niet verder dan een rollertje en even later redde de doelman katachtig op een schot van Thomas Müller.

Oranje moest het initiatief als gezegd aan de bezoekers laten, maar kwam na precies een halfuur voetballen wel op voorsprong. Ryan Babel kopte uit een hoekschop van Depay op de lat, waarna de rebound een prooi was voor Virgil van Dijk: 1-0. Het doelpunt zorgde ervoor dat Nederland in het laatste kwartier van de eerste helft de wedstrijd in handen nam. Na goed voorbereidend werk van onder anderen Frenkie de Jong en Dumfries leek Babel de bal kort na de openingstreffer voor het intikken te hebben, maar Matthias Ginter wist met een uiterste krachtsinspanning uiteindelijk nog de 2-0 te voorkomen. Aan de overzijde liet Müller op slag van rust nog een grote mogelijkheid onbenut namens de Duitsers.

Vlak na de onderbreking ontsnapte Oranje aan de gelijkmaker: Mats Hummels was na een hoekschop van Toni Kroos gevaarlijk met het hoofd, maar Babel voorkwam voor de doellijn uiteindelijk dat Cillessen in actie hoefde te komen. Löw besloot na 57 minuten voetballen een dubbele wissel toe passen: Müller en Emre Can moesten het veld ruimen voor Leroy Sané en Julian Draxler. Sané wist het aanvalsspel van de Duitsers direct van nieuw elan te voorzien. De buitenspeler van Manchester City oogde gevaarlijk vanaf de linkerflank en was luttele minuten na zijn invalbeurt dicht bij de gelijkmaker. Sané wist te ontsnappen aan de aandacht van de Oranje-defensie, maar schoot in kansrijke positie uiteindelijk voorlangs.

Het Nederlands elftal kwam er in de tweede helft nauwelijks meer aan te pas in aanvallend opzicht, hetgeen Koeman ertoe deed besluiten Arnaut Danjuma Groeneveld en Quincy Promes halverwege de tweede helft te brengen als vervangers van Bergwijn en Babel. Een kwartier voor tijd bouwde de Oranje-bondscoach defensieve zekerheid in met Nathan Aké voor De Jong, wiens positie op het middenveld werd overgenomen door Daley Blind. Kort voordat De Jong het veld verliet had Depay een counter slordig uitgespeeld, waardoor Duitsland zicht bleef houden op een resultaat. De formatie van Löw maakte in de slotfase echter een onmachtige indruk en kreeg drie minuten voor tijd uiteindelijk de genadeklap toegediend. De Roon zette na balverlies van Draxler Promes aan het werk, waarna de invaller Depay alleen voor Manuel Neuer zette. Oog in oog met de keeper maakte hij uiteindelijk geen fout. Depay trof in de blessuretijd nog de lat, alvorens Wijnaldum de eindstand bepaalde.