‘Ondanks dat we altijd kwamen opdagen, hebben we geen cent ontvangen’
CHONBURI - Na praktisch zijn hele leven in Nederland te hebben gespeeld, achtte Mawouna Amevor zich afgelopen zomer rijp voor een voetbalavontuur. De 27-jarige verdediger liet zich door Mounir El Hamdaoui overhalen om voor een dienstverband bij Chabab Al Hoceima in Marokko te kiezen. Het Marokkaanse avontuur draaide voor Amevor uit op een nachtmerrie, maar de geboren Rotterdammer heeft het geluk hervonden bij het Thaise Chonburi FC.
Door Chris Meijer
“Ik ging naar Thailand met de gedachte: ik verwacht niks, dan kan het alleen maar meevallen. Als je ziet hoe het nu de eerste twee maanden loopt, kan ik alleen maar blij zijn dat ik de stap heb gezet. Als je aankomt en je ziet dat de mensen heel anders zijn, krijg je vertrouwen dat het kan gaan lopen.” Amevor was enigszins huiverig toen hij twee maanden geleden een aanbod vanuit Thailand kreeg. Na een dramatische periode in Marokko was het vertrouwen in de mens praktisch verdwenen bij de verdediger. Hij besloot toch om het aanbod van Chonburi FC te accepteren en ondertekende een eenjarig contract. “Ik heb niet per se getwijfeld omdat het om Thailand ging, maar meer om überhaupt weer naar het buitenland te gaan. Na mijn tijd in Marokko kwam ik terug naar Nederland en dacht ik: is het wel voor mij weggelegd? Heb ik het geluk aan mijn zijde om naar het buitenland te gaan? Of kan ik beter in Nederland of dichtbij blijven? Het is niet zozeer angst, want ik heb niet snel heimwee of spijt van keuzes. Maar je kan beter iets voorkomen, met die gedachte ga je nadenken over je volgende keuze.”
Terug naar afgelopen zomer. Amevor had voor zichzelf de knoop doorgehakt dat hij FC Dordrecht zou gaan verlaten voor een buitenlands avontuur. Medio juli rinkelde de telefoon, aan de andere kant was een bekende stem te horen: die van El Hamdaoui. Of Amevor oren had naar een avontuur in Marokko. El Hamdaoui legde uit dat hij invloeden kreeg bij Chabab Rif Al Hoceima, de afgelopen jaren een middenmoter in de Marokkaanse competitie. Met Mimoun Ouaali was er tevens een Nederlandse trainer aanwezig, terwijl El Hamdoaui samenwerkte met Juanito Sequeira. Dat perspectief overtuigde Amevor. Hij niet alleen, want een hele rits spelers verruilde Nederland afgelopen zomer voor Al Hoceima. “De twijfel was er al van tevoren, Mounir heeft mij en die andere jongens proberen over te halen om het te doen. Hij heeft toch een naam in het voetbal, dus dan ga je er wel in geloven dat het goed zit. Het blijft je eigen keuze om te gaan. Maar als er ergens Nederlanders zitten, krijg je toch wat sneller vertrouwen. Dat het dan tegenvalt, voelt eigenlijk als een klap in je gezicht. Vanaf dag één is het op niets uitgelopen.”
“In het begin kunnen ze nog zeggen: Het komt goed, we moeten eerst het contract afronden en je moet speelgerechtigd zijn, voordat je je tekengeld ontvangt. Dan denk je nog: oké, de eerste twee weken kom ik nog wel door. Maar als het daarna nog steeds niet is overgemaakt, begin je toch te denken: dit is niet veel. De voorbereiding naar de wedstrijd was ook heel slecht. We zijn zelf een keer uit het hotel gezet, omdat de club niet had betaald”, vertelt Amevor. De enige wedstrijd die hij in het shirt van CR Al Hoceima speelde, was de met 6-0 verloren competitiewedstrijd tegen Raja Casablanca. Als trainer Ouaali kort daarna door de komst van een nieuwe voorzitter zijn biezen moet pakken en vervangen wordt door de Spanjaard Juan Pedro Benali, zijn Amevor en nog vijf andere spelers niet langer nodig. Van El Hamdaoui ontbreekt op dat moment al ieder spoor in Al Hoceima. “In augustus was het Offerfeest, waardoor iedereen een weekje naar huis ging. We kwamen daarna terug en Mounir was er niet meer... We hoorden niks van hem, hij deed een beetje vaag of hij terug zou komen.”
Begin september verscheen El Hamdaoui plotseling op het trainingsveld bij Excelsior. De 34-jarige spits benadrukte bij zijn entree in Kralingen dat hij geen technisch directeur is geweest bij Al Hoceima en dat hij de Marokkaanse club alleen had geholpen met het vinden van spelers. “We moesten via het nieuws vernemen dat hij bij Excelsior ging meetrainen. Hij had wel degelijk iets met die club te maken, want hij mocht gewoon spelers binnenhalen. Als ik hem zou zijn, zou ik me schuldig voelen. Omdat je mensen ergens naartoe haalt en het niet loopt zoals je voor ogen hebt. Daar zou ik niet lekker van slapen. Dat mis ik een beetje. Wij zaten daar steeds dieper in de put en de hulp kwam niet van die kant.” Benali vertelde Amevor, Toni Varela, Karim Loukili, Abdelmalek el Hasnaoui, Abderrahim Loukili en Rafik El Hamdi dat ze niet langer nodig waren bij Al Hoceima. “Wij zeiden: We hebben net een contract getekend, dus dat geven we niet zomaar op. Toen begon het. Ze gingen ons een beetje treiteren, om het contract te ontbinden. Dat doe je niet zomaar.”
“Je krijgt een mooier salaris voorgeschoteld, daarvoor doe je het ook een beetje. Anders kan je net zo goed in Nederland blijven. Maar je gaat de regels in Nederland wel waarderen. Je weet wat je hebt en waar je je aan moet houden, dat is gewoon top geregeld. Ondanks dat we altijd netjes kwamen opdagen, hebben we geen cent ontvangen. We mochten op gegeven ook niet meer meetrainen. Daarin heeft de VVCS ons goed geholpen. De zaak is nog steeds bezig, het is even afwachten.” Na drie maanden geen salaris te hebben ontvangen, kon Amevor Marokko transfervrij verlaten. “We zaten daar met zes man en we hebben een hele goede band met elkaar gekregen. We hebben elkaar er doorheen gesleept, we hebben er een goede vriendschap aan over gehouden. We hebben wat meegemaakt in die maanden. Misschien is het avontuur niet goed gelopen, maar ik heb er wel een aantal goede vrienden aan overgehouden.”
Na het vertrek uit Marokko keerde Amevor in eerste instantie terug naar Nederland. “Ik wilde als ik naar het buitenland ging dingen duidelijk op papier krijgen en zelf eerst een indruk krijgen”, zegt de verdediger. De overstap naar Thailand is hem tot nu toe alleszins meegevallen. “Het is me opgevallen hoe ze naar buitenlandse spelers zijn. Ze willen echt zorgen dat je je thuis voelt, zeg maar. De mensen die mij geïnformeerd hebben, zeiden dat alles in contractueel opzicht en rond het team goed geregeld zou zijn. Dat komt terug in hoe de mensen in Thailand zijn. Ik weet niet hoe de mensen in andere Aziatische landen zijn, maar ze zijn hier enorm respectvol en behulpzaam. Het lijkt een hele andere wereld. Vroeger droegen de jonge jongens in Nederland alle tassen en nu is die hiërarchie er niet meer. In Thailand heb je dat nog wel heel erg, ze weten niet beter. Het is niet dat ik me oud wil voelen of boven hen wil staan, maar als ik een keer mijn tas wil dragen, is het van: Neejoh, neejoh, dat hoef jij niet te doen. Dat heb ik in Marokko niet meegemaakt... ”
Stroken je eerste ervaringen in Thailand met je verwachtingen?
“Het stadion is goed, het trainingscomplex heeft ook zwembaden en fitnessruimtes. Ik zou liegen als ik zou zeggen dat ik dit had verwacht. Maar dit is nog niet eens een van de grootste teams in Thailand. Het helpt natuurlijk wel als de dingen goed geregeld zijn, dan voel je je echt voetballer. Het helpt je in je prestaties. Je ziet dat steeds meer voetballers deze kant opgaan, er komt meer geld in door sponsoren. Aan de ene kant heeft het me verrast dat het niveau best wel aardig is, maar aan de andere kant wist ik er niet zoveel van af. Ik wist niet zo goed wat ik me moest voorstellen, alles is als een verrassing gekomen. Na de periode in Marokko is het fijn dat het zo loopt, misschien moest het wel zo zijn. Daar geloof ik een beetje in, dat alles gebeurt met een reden. Het is daar niet goed gelopen, maar nadat ik daar vertrok kwam dit op mijn pad. Tot nu toe heb ik het echt naar mijn zin en gaat alles naar hoe ik het in gedachten had, al weet je in het voetbal nooit hoe het loopt.”
Amevor beleefde in 2014 het voorlopige hoogtepunt van zijn loopbaan, met het debuut in de nationale ploeg van Togo. “Ik heb echt van die interlands genoten, je droomt natuurlijk van meer. Ook Afrika is weer heel iets anders dan Europa en Azië. Je maakt hele mooie dingen mee, je speelt voor een land en dat gevoel is onbeschrijfelijk. Ik speelde daar samen met Emmanuel Adebayor, daar droop de kwaliteit echt vanaf. Mijn eerste wedstrijd was in Oeganda, daar zaten gewoon zestig- tot zeventigduizend mensen op de tribune met vuvuzela’s. Dat had ik nog niet meegemaakt”, lacht de geboren achtvoudig Togolees international. Amevor speelde voordat hij afgelopen zomer naar Marokko vertrok voor FC Dordrecht, Go Ahead Eagles, Notts County en opnieuw FC Dordrecht. “Ik stond bij Dordrecht bekend als talent en men zei dat ik de kwaliteiten had om een goede centrale verdediger te worden. Ik heb toen de stap naar Go Ahead gezet, om in de Eredivisie te spelen. Daar is het niet gelopen zoals ik had gedacht, ik heb daar weinig als centrale verdediger gespeeld. Het avontuur in Engeland is sportief niet geworden wat ik ervan verwacht had, mede doordat er daar vier trainers voorbij kwamen.”
“Je wordt steeds ouder, je kan helaas niet heel je leven voetballen. Ik was 26 en dat is in het voetbal een flinke leeftijd, dus dan ga je toch sneller voor het avontuur en een leuk contractje”, aldus Amevor, die Thailand niet als zijn eindstation ziet. “In Azië hoop ik nog stappen te zetten. Azië is heel erg in opkomst, dus misschien wordt er over een aantal jaar wel topvoetbal gespeeld en kiezen meer topspelers voor deze stap. Ik leer door het voetbal andere culturen kennen. Ik ben blij dat ik die dingen kan meemaken. Mijn moeder zei al: Je wordt onderhand een wereldreiziger. Zij houdt daar ook van en ze zegt dat het mij ook ervaring geeft voor de toekomst. Wat je ook meemaakt, positief of negatief. Ik teken nu niet meer zo snel ergens blind, dat is ervaring. Je gaat op kleinere dingen letten, zegt niet meteen ja. Misschien was dit wel een mooie eye-opener, dat niet altijd alles beter is.”