voetbalzone

Ogararu blikt terug: ‘Met hem op het veld maakte Ajax nog meer indruk’

Chris Meijer30 apr 2019, 10:46
Laatst bijgewerkt: 30 apr 2019, 10:46
Advertentie

Ajax staat dinsdagavond in de halve finale van de Champions League tegenover Tottenham Hotspur en dat betekent een weerzien met Christian Eriksen, Jan Vertonghen, Toby Alderweireld en Davinson Sánchez. George Ogararu, die tussen 2006 en 2010 onder contract stond bij Ajax, speelde in Amsterdam samen met de drie eerstgenoemden en haalt in gesprek met Goal herinneringen op aan die tijd.

“Christian was een fantastische speler, zijn kwaliteiten aan de bal stonden buiten kijf. Het hielp dat Frank de Boer trainer werd, hij kende de jeugdopleiding heel goed. Daardoor kwamen ze samen en konden de zich ontwikkelen. Hij vertrouwde Christian enorm en het is een geweldige boost als de trainer je zo vertrouwt. Voor hem was het een grote kans, maar met zijn talent kon dat eigenlijk niet misgaan. Met hem op het veld maakte Ajax nog meer indruk”, zegt Ogararu. Ook Alderweireld en Vertonghen speelden zich tijdens zijn tijd in Amsterdam in de basiself van Ajax.

“Jaap Stam en John Heitinga blokkeerden hen een beetje, maar je kon direct zien dat ze de fysieke en technische kwaliteiten hadden om in het eerste elftal te spelen. Het was een kwestie van tijd voordat besloten werd dat ze klaar waren voor de volgende stap, zo werkt het bij Ajax”, zo vervolgt de Roemeense oud-verdediger, tegenwoordig werkzaam als directeur profvoetbal en scouting bij Viitorul. “De manier van trainen laat zien hij professioneel een topclub als Ajax kan zijn. Het is geen verrassing dat deze spelers de top hebben gehaald, ze kunnen overal in Europa terecht.”

“Ik denk dat Johan Cruijff het verschil heeft gemaakt. Als je ziet hoe de filosofie van Johan in de club gebouwd is, wil je graag terugkeren”, verklaart Ogararu waarom bijvoorbeeld Edwin van der Sar en Marc Overmars in directiefuncties zijn teruggekeerd. “Ze zijn onderdeel geweest van een van de mooiste momenten in de clubgeschiedenis, toen in 1995 de Champions League gewonnen werd. Door succesvolle spelers terug te brengen en in contact te brengen met de volgende generaties, kan de club verder komen.”

Ogararu werkte in seizoen 2016/17 als assistent-trainer bij Jong Ajax. “We maakten dat seizoen meer dan honderd doelpunten, waarmee de potentie van die spelers al kon worden gezien. Het scheelde niet veel, of we waren kampioen geworden. Je had alleen niet kunnen voorspellen dat ze nu zo ver zouden komen in de Champions League. Matthijs de Ligt was indrukwekkend, Frenkie de Jong was geweldig en je wist dat zij op ieder moment het verschil konden maken in een wedstrijd. Ik denk dat dit succes de verdienste is van Overmars, Van der Sar en het scoutingsapparaat. Ze hebben enkele goede keuzes gemaakt, bijvoorbeeld door Dusan Tadic, Nicolás Tagliafico, David Neres en André Onana binnen te halen voor andere clubs.”

“Met hen heeft Ajax nu spelers op posities die niet door iemand uit de opleiding worden bezet. Met de huidige stijl zijn ze terug in de top van Europa”, aldus Ogararu. Hij vindt het jammer dat het elftal komende zomer uit elkaar zal vallen. “Als je niet op het niveau van Barcelona zit, kan je de spelers nu eenmaal niet houden. Het betekent dat het lastig is om hetzelfde te presteren, terwijl de fans misschien gewend raken aan het succes in Europa. Zo is het business model van Ajax nu eenmaal. Ze hebben veel talent en zij hebben de kans nodig om vooruit te komen. Toch is het verrassend dat ze Juventus en Real Madrid hebben verslagen, als je kijkt naar de namen en het budget. Als Ajax op deze manier speelt, kunnen ze iedereen verslaan.”