voetbalzone

Nederlanders genieten in Championship: ‘We spelen mannenvoetbal’

Chris Meijer26 aug 2018, 23:30
Laatst bijgewerkt: 26 aug 2018, 23:30
Advertentie

Met 22 Nederlandse spelers bij twaalf verschillende clubs is de Championship begin augustus weer van start gegaan. Nooit eerder begon het seizoen op het tweede niveau in Engeland met zoveel Nederlanders, al is de competitie al jaren een populaire bestemming. In het eerste deel viel te lezen hoe de Championship financieel zo krachtig werd en wat Yanic Wildschut (Bolton Wanderers), Joey Pelupessy (Sheffield Wednesday) en Jordy de Wijs (Hull City) naar Engeland lokte. Vandaag vertelt het drietal onder meer over onder meer de charme en het niveau van de Championship.

Door Chris Meijer

Samen met Leroy Fer, Erwin Mulder, Mike van der Hoorn, Luciano Narsingh (allen Swansea City), Erik Pieters, Ibrahim Afellay, Cuco Martina, Bruno Martins Indi (allen Stoke City), Joost van Aken (Sheffield Wednesday), Tim Krul (Norwich City), Florian Jozefzoon, Kelle Roos (allebei Derby County), Maikel Kieftenbeld (Birmingham City), Anwar El Ghazi (Aston Villa), Pelle Clement, Darren Sidoel, Leandro Bacuna (allen Reading), Pascal Struijk en Vurnon Anita (allen Leeds United) vormen Wildschut, Pelupessy en De Wijs de Nederlandse enclave in de Championship. Daarnaast werkt er met Jos Luhukay, die sinds januari 2018 Sheffield Wednesday onder zijn hoede heeft, een Nederlandse manager in de Championship. Luhukay wordt bij the Owls geassisteerd door landgenoot Remy Reynierse.

Is het leuk om geregeld Nederlandse collega’s te treffen?
De Wijs: “Je kent die jongens, al maakt het de wedstrijd niet anders. Maar na de wedstrijd kan je wel even naar elkaar toe om een praatje te maken over hoe het is. Een Nederlands gesprekje, dat is ook wel leuk af en toe. Het is leuk om elkaar zo te treffen.”

voetbalzone

Pelupessy: “Toen ik aankwam waren er met Glenn Loovens (inmiddels naar Sunderland vertrokken, red.) en Joost van Aken al twee Nederlandse jongens bij Sheffield Wednesday, die hebben me goed opgevangen en met van alles geholpen: verzekeringen en dat soort zaken. De club heeft daar ook wel mee geholpen, maar het gaat toch wat makkelijker als jongens die Nederlands spreken je ermee kunnen helpen.”

Wat is volgens jullie de reden dat zoveel Nederlandse spelers kiezen voor de Championship?
Pelupessy: “Ik weet niet of het voor iedere speler ideaal is om deze stap te zetten, want het spel moet je wel liggen. Het had gekund dat het mij niet lag, maar ik ben aan de bal een goede voetballer en ben daarnaast agressief, kan goed verdedigen en sta mijn mannetje. Als speler moet je je ook een beetje voorbereiden op wat er gaat komen in de competitie. Als je een heel ander type bent, die beter in Spanje past, kan je beter die stap zetten. Als jij je goed kan aanpassen, is Engeland sowieso een goede stap.”

Wildschut: “Engeland is een echt voetballand met mooie stadions, mooie historische clubs en de salarissen zijn hoger dan in Nederland. Als speler heb je het in Nederland goed, maar in Engeland word je echt op een voetstuk gezet. Alles wordt geregeld. Je hebt bijvoorbeeld jeugdspelers die je schoenen poetsen, dat is traditie. Je hebt iemand op de club die voor de spelers alles regelt: van je huis en auto tot rekeningen en vakanties. Iedereen leeft er hier echt voor. En vooral de beleving van de fans. Ze zitten zo dicht op het veld, zijn altijd in grote getale aanwezig en het gaat ook gewoon goed onder elkaar, in de meeste gevallen.”

voetbalzone

De Wijs: “De manier hoe voetbal hier wordt beleefd en de manier van spelen, maakt de competitie aantrekkelijk. Je speelt in grote stadions, de velden zijn top en overal wordt op gras gespeeld. Als verdediger word je gewoon beoordeeld op je verdedigende kwaliteiten, terwijl men in Nederland het liefst ziet dat je het voetballend oplost. Hier is het wat minder erg als je de bal over de zijlijn schiet. Als je maar de nul houdt. Er wordt hier mannenvoetbal gespeeld: je moet je mannetje staan, anders word je overlopen.”

Pelupessy: “Bij Heracles waren de faciliteiten goed, net als bij FC Twente. Hier heb je net iets meer: een sparuimte, een sauna, een zwembad, dat soort zaken. Ik vond het heel gaaf dat ze hier een zogenaamde bootroom hedden, waar alle schoenen staan. Ik moest direct al mijn spullen inleveren en neem helemaal niks mee, ook niet naar uitwedstrijden. Ze nemen echt alles voor je mee en regelen alles voor je. Het is misschien iets uitgebreider, veel stadions zijn groter. Ook de oudere stadions vind ik mooi om te zien. Het trainingscomplex is geweldig, met prachtige velden. Het wordt gemaaid als we eraf gaan, gesproeid. Dat zijn mooie dingen om te zien, je ziet daaraan dat het voetbal leeft en dat ze er alles aan doen om de omstandigheden zo goed mogelijk te laten zijn.”

Wat is volgens jullie de charme van de Championship?
Pelupessy: “Als je het veld opgaat en je ziet dat het stadion vol zit: daar doe je het toch voor. Alles wordt voor je geregeld, alle velden zijn netjes. De sfeer is overal top, er komt zoveel lawaai uit de stadions. Dat zijn echt mooie dingen, daar krijg je echt een kick van. Ik ga er echt beter van spelen als het publiek erachter gaat staan, bij Heracles probeerde ik ook altijd binding met de supporters te hebben. Vorige week hadden we de eerste uitwedstrijd van het seizoen, gingen er 4500 fans mee mee. Op Hillsborough spelen, is fantastisch. Het publiek is geweldig, die blijven geluid maken en achter je staan. In de voorbereiding speelden we een uitwedstrijd tegen Lincoln City en er waren maar duizend kaarten beschikbaar voor de uitsupporters. Uiteindelijk hebben ze geregeld dat ze er met drieduizend man naartoe konden en dan praat je over een vriendschappelijke wedstrijd op dinsdagavond. Dat zijn wel mooie dingen, daar geniet ik van.”

voetbalzone

De Wijs: “Je ziet sommige uitslagen: iedereen wint van elkaar. Je kan bijna geen inschatting maken van wie er gaat promoveren. Iedereen heeft een kans, dat maakt de competitie aantrekkelijk.”

Wildschut: "De clubs, de wedstrijden en de stadions. Tijdens kerst, wanneer iedereen vrij en in de feeststemming is, speel je wedstrijden. Op boxing day zijn alle fans verkleed in fancy dress, een soort carnavalskleding. Dat maakt het toch wat dragelijker om te spelen.”

Hoe is het niveau jullie tot dusver bevallen?
De Wijs: “Het niveau is echt hoog, fysieker en er wordt mannelijker voetbal gespeeld. In Nederland geven scheidsrechters snel gele kaarten, maar hier is het gewoon opstaan en doorgaan. Aanvallers weten dat ze moeten opstaan als er iets gebeurt, in Nederland vragen ze dan om een gele kaart.”

Pelupessy: “Het niveau is heel anders dan de Eredivisie, het tempo ligt veel hoger en het is meer fysiek. Je speelt heel veel wedstrijden in zeer korte tijden en in het begin moest ik wel wennen aan het spel, want die gasten klappen er echt op. Je moet snel handelen aan de bal, zeker als middenvelder. Het is alleen maar goed voor mijn ontwikkeling, het is ook een bewuste keuze geweest om naar Engeland te gaan. In de eerste wedstrijden voelde ik wel aan alles dat ik een tandje bij moest schakelen.

Wildschut: “De Championship is een van de zwaarste competities ter wereld. Je speelt 46 competitiewedstrijden en dan heb je nog bekertoernooien. Of je nu tegen een Championship-club of een League Two-club speelt, alle wedstrijden zijn moeilijk en zwaar.”

Pelupessy: “In mijn tweede of derde wedstrijd voor Wednesday speelden we uit tegen Barnsley, een soort derby. Die gasten hebben werkelijk de hele wedstrijd alles lang gespeeld, dat was voor mij heel bijzonder. Het is niet zo dat alle teams zo spelen, maar met name de clubs die onderin staan. Bij een vrije trap op de middellijn sturen ze gewoon iedereen naar voren om de bal erin te pompen en om zo te hopen op een doelpunt.

Millwall-uit was een gekkenhuis, met fantastisch publiek. Die gasten hadden een doeltrap en de centrale verdedigers boden zich dan aan, terwijl wij wat inzakte. Die keeper zei gewoon: We schieten die bal lang. Terwijl het pas de tiende minuut was. Sommige teams die onderin spelen, kiezen er gewoon voor om negentig minuten lang die ballen erin te pompen. Dat was nieuw voor mij, omdat ik gewend was om één-tegen-één te spelen op het middenveld, kort te zitten en door te dekken. Maar in dat soort wedstrijden gebeurde dat niet, dus ik zag die ballen over me heen gaan.

voetbalzone

Teams als Aston Villa, Derby County en vorig seizoen Wolverhampton Wanderers spelen heel verzorgd voetbal, dan zie je dat het niveau erg hoog is. Die houden de bal en spelen zoals we het in Nederland graag willen zien, op een hoog tempo. Niet alle teams spelen zo, maar bovenin de ranglijst doen ze dat wel. Gelukkig doen wij dat bij Sheffield Wednesday ook, we hebben natuurlijk ook een Nederlandse trainer. Ik denk dat de combinatie van verzorgd voetbal en hard werken in Engeland het beste kan werken.”

De Wijs: “In de eerste weken heb ik me een beetje moeten aanpassen, want in Nederland is het spel meer voetballend. Daar vinden we het mooi als positiespel gespeeld wordt. Dat is hier in Engeland ook, maar hier gaat het meer om de wedstrijden winnen en het maakt niet uit hoe. We moeten punten pakken, dat staat voorop. Als je in Nederland een bal over de zijlijn schiet als verdediger, zeggen ze dat je er niks van kan. Als je hier een bal het stadion uitschiet, staan ze te klappen.”

Hoe vergelijken jullie het niveau met de Eredivisie?
Pelupessy: “Het is een stapje verder dan de Eredivisie, absoluut. Als je een stap maakt, wil je graag hogerop. Voor mij was Wednesday een stap hogerop. De competitie is van een hoger niveau, ik speel met betere spelers om me heen die in de Premier League of in de top van de Championship hebben gespeeld. Daar kan ik weer veel van leren. We hebben een grote groep jongens tussen de 26 en 33 jaar. Ik ben net 25 geworden, dus ik hoor met nog vier jongens tot de jonge spelers. Het is voor mij goed om elke dag met zulke ervaren jongens op het veld te staan, die op hoog niveau gespeeld hebben. Ze geven echt gas hier in Engeland, het is toch een tikje sneller, feller en agressiever dan in Nederland. Het algemene niveau ligt hoger. Voor veel jongens in de Eredivisie is het een mooie stap om naar de Championship te gaan.”

De Wijs: “Het niveau ligt hoger dan in de Eredivisie. Ik heb hier nu al tegen een aantal spitsen gestaan van twee meter, die kom je in Nederland weinig tegen. Het is net iets harder allemaal. In het begin moest ik daar wel aan wennen, want in Nederland gaat het op de training allemaal wat rustiger aan. Het is meer ‘pas op voor elkaar’. Hier is het gewoon volle bak, want dat krijg je in het weekend ook. Niet inhouden.”

voetbalzone

Pelupessy: “De mensen hier kunnen ook niet geloven dat er zoveel jonge spelers in de basis staan in de Eredivisie. Ik vertelde dat ik op mijn 24e aanvoerder was bij Heracles, dat konden ze niet geloven en dan zitten ze een beetje te dollen. Het is wel echt een verschil, je ziet maar weinig jongens die boven de 26 of 27 zijn in de Nederlandse teams. Dat is hoe het ervoor staat en dat hoeft niet per se slecht te zijn, want veel jongens die genoeg talent hebben, zie je nog een mooie stap maken. Als je goed genoeg bent, ben je ook oud genoeg. Leeftijd zegt niet altijd wat, maar het verschil tussen de Championship en de Eredivisie is wel groot op dat gebied.”

Hoe kijk je tegen je eigen ontwikkeling aan in deze competitie?
Wildschut: “Ik kon vorig jaar in de zomer naar de 2.Bundesliga, maar met een nieuwe trainer wilde ik bij Norwich City vechten voor mijn kans. Verder heb ik nooit echt overwogen om terug naar Nederland te gaan. Ik heb vier jaar in Nederland gespeeld en misschien eindig ik daar wel, maar op dit moment wil ik komende jaren in het buitenland spelen. Ik zie een avontuur in de Verenigde Staten, Australië of Indonesië tegen het einde van mijn carrière eventueel ook wel zitten. Maar voorlopig zit ik goed in Engeland en hoef ik hier ook niet snel weg.”

Pelupessy: “De Premier League is natuurlijk nog een stap verder, maar dit is voor mij ook een hele goede stap geweest. Ik hoop dat ik me zo goed mogelijk kan ontwikkelen en zoveel mogelijk wedstrijden kan spelen, zodat ik ooit nog een stap kan maken.”

De Wijs: “Het is moeilijk om nu al te zeggen, maar qua club en niveau heb ik zeker een stap vooruit gemaakt. Ik heb nu twee wedstrijden gespeeld en het is een wereld van verschil. Veel clubs uit de Eredivisie zouden het heel erg moeilijk krijgen tegen een club uit de Championship. Je kunt wel zeggen dat dit vanuit mijn situatie een grote stap vooruit is. We hebben in de voorbereiding tegen Newcastle United gespeeld en dat eindigde in 2-2, dus je ziet dat het dicht bij elkaar kan liggen. Het verschil is nog wel groter. De stap van de Championship naar de Premier League is denk makkelijker dan van de Eredivisie naar de Premier League, omdat ik zelf merk hoe anders het is om in Engeland te spelen. Het is een goede opstap om verder te groeien.”