NAC Breda maakt terugkeer voormalig publiekslieveling bekend
Anthony Lurling keert terug bij NAC Breda, zo maakt de club woensdag bekend via de officiële kanalen. De oud-voetballer fungeert met ingang van komend seizoen als assistent van hoofdtrainer Maurice Steijn en neemt de Onder-15 onder zijn hoede. Daarmee staat de 43-jarige Brabander voor het eerst op eigen benen, nadat hij eerder onder andere in de jeugdopleiding van PSV als assistent diende bij de Onder-15, Onder-16 en Onder-17.
Lurling maakt het huidige seizoen af bij PSV en voegt zich vervolgens voor twee jaar bij de technische staf van NAC. Bij de Bredase club beleefde Lurling de grootste successen als speler. Na in 2005 door Feyenoord een jaar te zijn verhuurd aan NAC, maakte hij in 2007 definitief de overstap. Lurling zou uiteindelijk zeven jaar voor NAC spelen, waarin hij tot 252 wedstrijden en 37 treffers kwam. Toen de buitenspeler in 2013 met twee doelpunten en twee assists een hoofdrol voor zich opeiste in de wedstrijd tegen Roda JC (5-3 winst), kreeg hij de bijnaam Messi van Breda toebedeeld.
De terugkeer bij NAC voelt voor Lurling dan ook als thuiskomen. “Ik heb ontzettend veel zin om te starten bij NAC en mijn steentje bij te dragen aan de opleiding en het eerste elftal", laat Lurling weten in een reactie op de clubwebsite. "Met name om jonge spelers te helpen in de ontwikkeling en fijne kneepjes van het vak mee te geven om te slagen in het profvoetbal. Ik wist eigenlijk vrijwel direct dat ik dit wilde gaan doen. De club spreekt in mijn geval voor zich denk ik."
Hoofd jeugdopleiding Eric Hellemons is eveneens blij met de aanstelling van Lurling. “Tijdens de gesprekken hebben we gemerkt dat we te maken hebben met een zeer ambitieuze trainer”, aldus Hellemons. “Anthony zal een belangrijke schakel worden tussen de opleiding en het eerste elftal. Daarnaast is de bewustwording bij jonge spelers een belangrijk onderdeel, daar kan Anthony natuurlijk als geen ander over meepraten en coachen. Verder gaan we samen een ontwikkelingstraject in met Anthony om hem ook te blijven ontwikkelen als trainer.”