‘Met transferpot van 20 miljoen was de kans groot dat hij was gebleven’

Geen enkele trainer van Feyenoord krijgt een rijk gevulde transferpot om volop spelers van buitenaf aan te trekken, zolang de club uit Rotterdam niet over een groter spelersbudget beschikt. Dat was voor Fred Rutten de voornaamste reden om na een seizoen al de wegen te laten scheiden. De oefenmeester zou waarschijnlijk wel zijn gebleven wanneer hij twintig miljoen euro zou mogen hebben besteden op de transfermarkt, zo denkt Martin van Geel.

“De kans is zeer groot dat hij dan ook volgend seizoen hier coach zou zijn… Maar zo’n potje is er niet, en dat zal er ook de komende jaren niet zijn”, benadrukt Van Geel dinsdag in gesprek met De Telegraaf. Feyenoord zag geen heil in het idee van Rutten om Tjaronn Chery van FC Groningen in januari aan te trekken. “Als directie hebben wij toen gezegd dat we dat potje met geld liever aanspreken voor posities die straks meer in aanmerking komen voor versterking.”

Het clubbeleid staat centraal, zo benadrukt Van Geel. “We kijken onder alle omstandigheden eerst naar Varkenoord. Het hoort bij de cultuur van de club om te proberen onze eigen talenten eerst in Feyenoord 1 te brengen.” Pas daarna komen andere Nederlandse spelers en Europese spelers in aanmerking, zonder over de financiële grenzen heen te gaan. “Fred moest begrijpen dat er een financiële kloof blijft tussen Feyenoord aan de ene kant en Ajax en PSV aan de andere kant. Dat deed hem besluiten om zijn conclusies te trekken.’’