Medische staf en scheidsrechter droegen bij aan doelpunt van Feyenoord
Guus Til kreeg in de eerste helft van de wedstrijd tussen Heracles Almelo en Feyenoord (1-4) fysieke klachten, maar bleef tot de rust op het veld staan. Dat besluit pakte goed uit, want op halve kracht zorgde hij voor de 1-3 in minuut 45. Na afloop vertelt Til aan ESPN dat scheidsrechter Jeroen Manschot hem aanspoorde om op het veld te blijven staan, terwijl ook de medische staf van mening was dat Til nog niet gewisseld hoefde te worden.
Til was geblesseerd geraakt en strompelde over het veld, maar kreeg nog wel een schietkans van dichtbij na een voorzet van Tyrell Malacia die werd verlengd door Reiss Nelson: 1-3. De basisklant van Feyenoord bleef vervolgens achter in de kleedkamer en werd vervangen door Jens Toornstra. "Ik wilde het veld verlaten, maar de scheidsrechter zei: 'Guus, het is nog twintig seconden. Alleen nog de vrije trap, dan fluit ik af.' Toen dacht ik: dan kan ik net zo goed blijven staan", legt Til uit. Hij had Manschot nog niet bedankt voor de goal. "Nee, dat niet. Maar bij dezen: bedankt", lacht hij.
Het is nog maar de vraag of de middenvelder donderdag inzetbaar is in de belangrijke uitwedstrijd tegen Slavia Praag in de Conference League. "Ik vind het moeilijk te zeggen. Ik denk en hoop dat het meevalt, maar bij de goal van Reiss (1-2, red.) trok een jongen van Heracles aan mij en viel hij bovenop mijn been, terwijl hij nog vastzat in het kunstgras. Daarna voelde ik een steekje bij iedere stap die ik zette. Ik dacht: ik kan wel blijven voetballen, maar er zijn nog wel wat wedstrijden te gaan. Ik kan er echt nog niets over zeggen of ik de wedstrijd van donderdag ga halen."
Arne Slot vertelt dat er in de dug-out van Feyenoord overleg plaatsvond over de fitheid van Til. "Het was een discussie: halen we hem er nu al uit of in de rust pas? Onze medici zeiden: het is maar dertig seconden, dus laat hem nog maar even staan. Deze goal is niet alleen te danken aan Guus, maar ook aan onze medische staf", maakt Slot duidelijk. Het doelpunt zelf was volgens Til niets om over naar huis te schrijven. "Hij valt gewoon voor m’n voeten, niets bijzonders."