Mazraoui lovend over ploeggenoot: ‘Hij deed het heel goed, leuk om te zien’
Noussair Mazraoui maakte donderdagavond zijn rentree voor Ajax, nadat hij maanden aan de kant had gestaan met een oogblessure. De rechtsback vertelt dat de revalidatie van deze blessure, die hij opliep nadat hij in de uitwedstrijd tegen Heracles Almelo een bal in het gezicht kreeg, ‘lastig’ was. Tegelijkertijd is Mazraoui in gesprek met Ajax TV te spreken over Devyne Rensch, die hem de afgelopen tijd verving in het elftal van trainer Erik ten Hag.
“Dit was lastiger dan mijn vorige blessures. Ik kon volkomen niets doen. Ik moest puur uitrusten en geen intensieve dingen doen. Daarom is het extra lekker om weer op het veld te staan”, vertelt Mazraoui. Zijn oog was dusdanig kwetsbaar dat er geen enkel risico genomen kon worden. “Je hebt maar twee ogen en die wil je je hele leven goed kunnen gebruiken. Als je normaal een paar keer knippert als je iets in je oog hebt gehad, verdwijnt de zwarte waas die je dan even hebt. Nu knipperde ik, maar bleef die waas hangen.”
“Ik kreeg te horen dat ik zes weken niks mocht doen, zeker niet in de eerste paar weken. Normaal duik je bij een blessure de gym in en ga je daar zwoegen. Dan zeg je I will come back stronger en dat soort dingen, maar nu was het op het bankje liggen en op oma-stand fietsen”, gaat de vleugelverdediger verder. De achttienjarige Rensch speelde dit seizoen mede door de afwezigheid van Mazraoui reeds 22 wedstrijden voor Ajax.
“Rensch deed het heel goed. Dat was leuk om te zien. In de drang naar voren, het balgevoel en de 'slangerigheid' zijn er ook wel overeenkomsten tussen ons”, stelt Mazraoui. Hij kan zelf komende zondag tegen AZ zijn honderdste wedstrijd voor Ajax spelen én de tweede landstitel in zijn carrière vieren. “Ik ben heel blij dat ik net voor het uitdelen van de prijzen weer terug bij de selectie ben. Ik kijk er echt naar uit om die 35e schaal op te tillen.”