Liverpool komt missers te boven en gaat aan kop
Liverpool is voor in ieder geval een dag de koploper van de Premier League. The Reds hadden het in eigen huis niet eenvoudig tegen Sunderland, maar een gelukkig doelpunt van Divock Origi en een rake penalty van James Milner waren genoeg voor de drie punten. De ploeg van Jürgen Klopp komt op dertig punten en kan later op de zaterdag weer ingehaald worden door Chelsea, dat op twee punten volgt. Regerend landskampioen Leicester City pakte dankzij twee penalty’s een punt tegen Middlesbrough.
Liverpool - Sunderland 2-0
Georginio Wijnaldum nam in zijn vijftigste Premier League-wedstrijd de eerste grote kans voor zijn rekening, maar de Nederlander stuitte vanaf de rand van de zestien op Jordan Pickford. Aan de overkant was Steven Pienaar vlak daarna gevaarlijk voor de bezoekers. De oud-Ajacied slaagde er echter niet in genoeg richting mee te geven aan zijn schot en zag Loris Karius redden. Roberto Firmino en Dejan Lovren misten voor rust ook nog twee aardige kansen, maar dat was niet de grootste domper voor Jürgen Klopp.
De Duitser zag Philippe Coutinho namelijk tien minuten voor de onderbreking geblesseerd naar de grond gaan met een blessure die er op het eerste gezicht niet goed uitzag. De Braziliaan moest vervolgens met een brancard van het veld af. Na rust bleef het eenrichtingsverkeer op Anfield. Firmino kreeg na een klein kwartier spelen een enorme kans, maar Pickford was in een een-op-een-duel de winnaar. Emre Can zag een dikke vijf minuten later zijn poging net langs de verkeerde kant van de paal vliegen, voordat Duncan Watmore Karius ook een keer aan het werk zette.
Na een misser van Sadio Mané begon de tijd te dringen voor the Reds en Origi zorgde een klein kwartier voor tijd dan toch voor de verlossende 1-0. De Belg leek de bal voor te willen geven, maar zag zijn poging ongehinderd langs Pickford in de verre hoek vliegen. In de blessuretijd verdubbelde Liverpool de voorsprong via James Milner. De Engelsman mocht na een overtreding op Mané van elf meter aanleggen en schoot onberispelijk binnen.
Leicester City - Middlesbrough 2-2
Middlesbrough kreeg in het King Power Stadium na nog geen kwartier spelen al een mooie opsteker. Álvaro Negredo werd goed bediend door Gastón Ramírez, waarna de spits de bal heerlijk in de rechterbovenhoek lepelde voor het eerste Premier League-doelpunt van Boro in 977 minuten. Leicester City moest na deze vroege tegenvaller in de achtervolging en had tien minuten voor tijd mazzel. Calum Chambers maakte een handsbal in het strafschopgebied, waarna Riyad Mahrez het buitenkansje verzilverde.
Jamie Vardy liet daarna op slag van rust na om zijn ploeg op voorsprong te zetten en die misser bleek twintig minuten voor tijd een dure. Adam Forshaw stuurde Negredo weg met een diepe bal, waarna de Spanjaard de bal tussen de benen van Kasper Schmeichel door knalde voor de 1-2. Middlesbrough leek daarna de drie punten in de tas te hebben, maar dat was buiten Islam Slimani gerekend. De Algerijn mocht diep in blessuretijd aanleggen vanaf elf meter en redde zo een punt voor the Foxes.
Swansea City - Crystal Palace 5-4
Swansea boekte na een krankzinnig slot de eerste thuiszege van het seizoen en is nu hekkensluiter af in de Premier League. The Swans keken halverwege de tweede helft al tegen een 3-1 voorsprong aan, want Leroy Fer had twee doelpunten gemaakt en de overige treffers kwamen op naam van Gylfi Sigurdsson en Wilfried Zaha. Het Swansea van Bob Bradley leek de drie punten wel in de tas te hebben, maar in het laatste kwartier ging het helemaal mis. James Tomkins tikte van dichtbij de aansluitingstreffer binnen en Jack Cork verschalkte even later na een voorzet van Zaha zijn eigen doelman. Daar bleef het niet bij, want via Christian Benteke werd het na 84 minuten ook nog 3-4. Palace vierde de driepunter al, maar in de blessuretijd tekende Fernando Llorente voor de 4-4 én de 5-4.