Liverpool faalt weer en brengt Man City en Tottenham terug in titelrace

Liverpool heeft opnieuw kostbaar puntverlies geleden in de Premier League. De koploper reisde maandagavond gehavend af naar Londen voor de uitwedstrijd tegen West Ham United en kwam uiteindelijk niet verder dan een gelijkspel: 1-1. Het elftal van Jürgen Klopp mocht overigens niet klagen met dat resultaat, want het enige doelpunt van the Reds kwam tot stand na een buitenspelsituatie. Het betekent voor Liverpool het tweede puntverlies in vijf dagen tijd, waardoor de voorsprong op achtervolger Manchester City nog maar drie punten bedraagt. Ook Tottenham Hotspur lijkt nog niet kansloos in de titelrace: de Londenaren hebben met nog dertien competitieduels voor de boeg vijf punten minder dan Liverpool.

Liverpool kampte voor het bezoek aan West Ham met de nodige personele problemen. Georginio Wijnaldum, Jordan Hendersen, Trent Alexander-Arnold, Dejan Lovren en Joe Gomez waren vanwege blessures allen niet van de partij, waardoor James Milner begon als rechtsback en Adam Lallana op het middenveld kon rekenen op een basisplaats. West Ham moest het onder meer stellen zonder aanvalsleider Marko Arnautovic, maar de ploeg van trainer Manuel Pellegrini kwam in het openingskwartier wel tot drie uitstekende mogelijkheden. Schoten van Javier Hernández en Aaron Cresswell scheerden rakelings voorbij het doel van Alisson Becker, die ook nog moest redden op een vernietigend schot van eerstgenoemde.

Liverpool stelde daar vrijwel niets tegenover, maar wist na ruim twintig minuten wel op voorsprong te komen via Sadio Mané, die Lukasz Fabianski klopte met een schot uit de draai. Het doelpunt van de Senegalees had echter niet toegekend mogen worden, daar assistgever Milner overduidelijk buitenspel stond. Lang kon de ploeg van Klopp echter niet genieten van zijn voorsprong: Michail Antonio zorgde zes minuten na de openingstreffer van Mané alweer voor de 1-1 na een ingestudeerde vrije trap. West Ham bezorgde Liverpool de nodige problemen uit spelhervattingen en was op slag van rust ook nog dicht bij de 2-1. Declan Rice had de bal voor het inkoppen na een vrije trap van Felipe Anderson, maar de poging van de jonge middenvelder scheerde uiteindelijk rakelings over het doel van Alisson.

De koploper ontbeerde creativiteit en had ook in de tweede helft de grootst mogelijke moeite om tot uitgespeelde kansen te komen. Mohamed Salah nam in het eerste kwartier na de onderbreking het doel tweemaal onder vuur, maar Fabianski redde beide keren eenvoudig. West Ham wist de defensie van Liverpool evenmin te verontrusten, waardoor de wedstrijd zich in een status quo bevond. Klopp besloot twintig minuten voor tijd in te grijpen met het inbrengen van Xherdan Shaqiri voor Lallana, maar de eerste serieuze mogelijkheid na die aanvallende wissel was voor de thuisploeg: Mark Noble schoot na voorbereidend werk van Felipe Anderson uit kansrijke positie over. Klopp bracht ook Divock Origi nog binnen de lijnen, maar de 1-2 bleef uiteindelijk uit, mede doordat Origi in extremis (en in buitenspelpositie, maar niet zo waargenomen door de arbitrage) nog een grote kans miste.