Labyad was het oneens met besluit waar Ten Hag ‘als mens moeite mee had’
Zakaria Labyad verscheen afgelopen zondag weer in de basiself bij Ajax. De 27-jarige aanvallende middenvelder begon als basisspeler aan het seizoen bij de Amsterdammers, maar verdween na vier wedstrijden uit het elftal van trainer Erik ten Hag. Labyad vond dat zelf onterecht, zo oordeelt hij in gesprek met Het Parool.
“Ik vond dat ik moest spelen, maar de trainer is de baas. Hij beslist”, zo geeft Labyad te kennen. De aanvallende middenvelder kreeg in het begin van het seizoen tegen Sparta Rotterdam (0-1 zege), RKC Waalwijk (3-0 zege), Vitesse (2-1 zege) en FC Groningen (1-0 nederlaag) een plek in de basiself, maar maakte geen enkele keer de negentig minuten vol. Tegen Sparta en Vitesse werd hij zelfs al na 33 en 45 minuten spelen gewisseld, als gevolg van rode kaarten voor Nicolás Tagliafico en Edson Álvarez. Labyad verscheen tegen sc Heerenveen (5-1 zege), VVV-Venlo (0-13 zege) en Fortuna Sittard (5-2 zege) niet aan de aftrap, maar kreeg tegen FC Utrecht (0-3 zege) wel weer een basisplaats.
“Topsport is hard en soms onrechtvaardig. Als mens had ik er moeite mee om Zakaria na die rode kaarten uit het elftal te halen. Groningen was een off-day van de hele ploeg, ook het spel van Labyad en Promes was daar ondermaats”, zo geeft Ten Hag te kennen over Labyad. De oefenmeester gaf in de afgelopen weken ook geregeld de voorkeur aan Lassina Traoré. “Hij heeft het geweldig gedaan,” erkent Labyad. “Lassina heeft veel en belangrijke goals gemaakt. Voor mij was het een kwestie van: borst vooruit, hoofd omhoog en nog harder werken.”
Met een assist was Labyad van waarde voor Ajax op bezoek bij zijn oude club FC Utrecht. “Het is een ongeschreven voetbalwet dat spelers tegen hun oude club altijd goed voor de dag komen”, zegt Labyad, die voorlopig in de Champions League tegen Liverpool (0-1 nederlaag) en Atalanta (2-2) als invaller binnen de lijnen kwam. “Ik kan scoren, ik heb een steekpass in huis en ik houd het overzicht, zoals bij dat doelpunt van Davy Klaassen (tegen FC Utrecht, red.). En ik werk hard. Ik ben geen luie voetballer.”