voetbalzone

Kuyt noemt voordeel van Weghorst: ‘Dat is bij Malen nog niet het geval’

Yanick Vos11 jun 2021, 08:48
Laatst bijgewerkt: 11 jun 2021, 08:48
Advertentie

Dirk Kuyt is ervan overtuigd dat Nederland op het EK in staat is om de titelfavorieten te verslaan. De oud-international vindt dat Frankrijk, Spanje, Italië, Engeland, België, Duitsland en Portugal betere spelers heeft dan Oranje, maar dat het uiteindelijk draait om het beste team. “Ik geloof daar echt in, omdat ik altijd kijk naar de wapens die voorhanden zijn”, aldus Kuyt.

Kuyt wijst naar een uitspraak van voormalig bondscoach Bert van Marwijk, die zei dat niet de beste spelers kampioen worden, maar het beste team de prijs pakt. “Als Oranje daarin gelooft en steeds beter gaat spelen, weet ik zeker dat ze de grote landen ook kunnen verslaan", stelt Kuyt in een interview met De Telegraaf. Hij vindt dat Oranje over aanvallende wapens beschikt. “Die hebben we met Donyell Malen, Memphis, Wout Weghorst en Steven Berghuis. Ik zie ook wel dat het soms te snel gaat voor Weghorst, maar bij hem is bijna elke kans een goal. Dat laatste is bij Malen nog niet het geval.”

Weghorst lijkt zich op te kunnen maken voor een basisplaats bij Oranje op het EK, waar bondscoach Frank de Boer wil gaan spelen in het veelbesproken 5-3-2-systeem. Kuyt snapt dat de bondscoach in dat systeem wil spelen. “Maar of je daar het hele toernooi aan moet vasthouden, vraag ik me af”, aldus Kuyt, die benadrukt dat De Boer met 'één of twee' wissels makkelijk kan overstappen naar het vertrouwde 4-3-3. “Dan word je er met Donyell Malen en Steven Berghuis niet minder op, hebben we zondag gezien”, doelt hij op de 3-0 overwinning op Georgië in de Grolsch Veste.

Frenkie de Jong komt in het 5-3-2-systeem tot dusver niet goed uit de verf, ziet ook Kuyt. “Het zou voor mij ook een optie zijn hem een linie naar achteren te halen. Zeker als je veel sterker bent dan je tegenstander, denk ik dat je daar met Daley en Frenkie voor veel voetbal kunt zorgen”, stelt Kuyt. “Frenkie is geen pure verdediger, maar kán wel goed verdedigen. En om in Cruijff-termen te spreken: als je de bal hebt, hoef je niet te verdedigen. Met hem achterin verlies je weinig ballen en speel je vooruit.”