Kramer begrijpt weinig van reactie Veltman: ‘Hoe oncollegiaal is dat?’
Michiel Kramer zwaaide in de bekerwedstrijd tegen Ajax met zijn arm in het gezicht van Joël Veltman. De verdediger kreeg na afloop een vraag van een journalist en zei dat hij de arm van Kramer in het gezicht voelde. Dat kwam hem al op kritiek van John de Wolf en Henk Fraser te staan, die Veltman een slechte verliezer noemden. Kramer zelf vindt het ook niet netjes van Veltman dat hij antwoord gaf op de vraag die hem gesteld werd.
“Kijk, weet je wat het is, zo'n Veltman en Van de Pavert zeggen gewoon: hij moet geschorst worden. Hoe oncollegiaal is dat? Het zegt meer over hen dan over mij”, geeft de Feyenoord-spits aan in de Volkskrant. Hij zegt dat hij in de bekerwedstrijd tegen Ajax voldoende ellebogen ‘in zijn bek’ kreeg, maar dat hij daar zijn mond niet over opentrok. “Ook al is er rivaliteit, ik zal nooit zeggen dat iemand geschorst moet worden”, bezweert Kramer.
Hij zegt dat hij zelf natuurlijk wel moet vermijden dat hij in dergelijke situaties belandt. Dat zei zijn trainer Giovanni van Bronckhorst ook al. In het geval van de zaak rond Van de Pavert kan Kramer zich vinden in die zienswijze, maar bij Veltman vindt hij het toch een ander verhaal. “Er was een ingooi. Die ging naar Van der Hoorn toe. Ik wilde druk zetten op hem en toen ging Veltman voor me staan. Hij beukte tegen me aan en vervolgens ging hij liggen”, resumeert Kramer.
Hij zegt in de ochtendkrant dat hij niet weet wat hij anders had moeten doen. “Ik kan moeilijk om hem heen. O ja, ik zou er niets over zeggen trouwens”, geeft de aanvaller aan. Rond het incident met Van de Pavert kreeg Kramer eerst een schikkingsvoorstel van vier wedstrijden (waarvan één voorwaardelijk) en voor de tuchtcommissie bleef die straf staan. De beroepscommissie, het hoogste orgaan in het voetbal, oordeelde uiteindelijk toch dat Kramer vrijgesproken diende te worden. De overwinning werd opgedragen aan huisjurist Joris van Benthem.