voetbalzone

Koopmeiners onthult routine bij penalty’s: ‘Je zag Onana naar de kant kijken’

Yanick Vos21 dec 2019, 08:48
Laatst bijgewerkt: 21 dec 2019, 08:48
Advertentie

Teun Koopmeiners is uitgegroeid tot de strafschoppenspecialist van AZ. De aanvoerder van de Alkmaarders schoot dit seizoen al elf keer raak vanaf elf meter namens AZ en Jong Oranje. De 21-jarige middenvelder vertrouwt, mede dankzij de wijze lessen van zijn vader die sportpsycholoog is, volledig op zijn traptechniek en kent daardoor naar eigen zeggen weinig druk.

Waar veel spelers bij het nemen van een strafschop onder de druk bezwijken, gaat het Koopmeiners makkelijk af. “Juist omdat ik vertrouw op mijn techniek denk ik voor een strafschop: ik mag weer iets gaafs gaan doen. Ik hoop juist tijdens een wedstrijd dat ik een penalty mag nemen”, vertelt hij aan de Volkskrant. “Ik weet dat mijn traptechniek zo goed is ontwikkeld dat ik de bal altijd op dezelfde manier kan raken.”

Koopmeiners heeft geen vaste hoek waarin hij probeert te schieten. “Ik vertrouw erop dat ik de bal overal kan neerleggen waar ik wil. Ik heb wel iets gespeeld met mijn aanloop, zodat ik geen knipperlicht aanzet en de keeper kan zien welke hoek ik kies. Je moet als penaltynemer nooit een vaste hoek kiezen”, aldus de AZ-captain. “Ajax kreeg in het Champions League-duel met Chelsea een penalty tegen. Je zag keeper Onana naar de kant kijken. Naar welke hoek gaat de bal? Ik dacht: bij mij heeft dat geen zin. In mijn penalty’s valt geen patroon te ontdekken, ik heb ze in alle hoeken raak geschoten.”

De jeugdinternational is niet de enige Koopmeiners die het shirt van AZ draagt. Broer Peer is aanvoerder van Jong AZ. “Peer en ik zijn heel verschillend, hij is rustiger dan ik. Ik kan mijn teamgenoten oppompen en schreeuwen wat er gedaan moet worden. Voel ik me bijna een kooivechter als Connor McGregor die ik bewonder. Ik ben wat minder extreem, roep niet voor de camera dat we Ajax binnen tien minuten knock-out slaan”, legt hij uit, om met een grijns af tes luiten: “Maar ik denk het wel. Mijn broertje staat er boven en houdt de controle. Ik ben niet bang om dingen uit te spreken.”