Koeman: ‘Twee dagen koppijn gehad na nederlaag’
07 sep 2009, 18:58
Laatst bijgewerkt: 07 sep 2009, 18:58
Advertentie
Hongarije leek afgelopen zaterdag de vier punten voorsprong op nummer drie Zweden te behouden middels een 1-1 gelijkspel, maar zag dat uitstekende scenario ver in blessuretijd alsnog aan duigen worden getrapt door Zlatan Ibrahimovic. De spits van Barcelona zorgde er met zijn ietwat gelukkige treffer voor dat heel Hongarije omsloeg in een mineurstemming. “Ik heb twee dagen koppijn gehad”, bekent bondscoach Erwin Koeman maandag in De Telegraaf.
De Oost-Europeanen kwamen vroeg op achterstand tegen Zweden, maar wisten dat door middel van een benutte strafschop door Szabolcs Huszti weer recht te breien. Daarna wilde de ploeg van Koeman, waar onder meer PSV-aanvaller Balázs Dzsudzsák en NEC-doelman Gabór Babos in de basis begonnen, op zoek gaan naar meer. Ons publiek jutte de spelers op. Je kunt wel blijven aanvallen, maar niet met vijf of zes man. En dat deden wij wel”, sipt Koeman na.
“Ik kon ze nauwelijks meer bereiken”, geeft hij aan. “Dat kun je verwachten op dit niveau. Het heeft te maken met volwassenheid en verstand. Er was met Pal Dardai eigenlijk maar één speler die verantwoordelijkheid nam, maar hem moest ik in de rust wisselen.” Het leidde uiteindelijk dus tot de gewraakte tegentreffer, waardoor de Hongaren voor de zware taak staan om vanaf nu bijna niks meer weg te geven in de loodzware groep.
“Laten we niet vergeten dat we het met de tweede plaats nog steeds fantastisch doen”, vindt Koeman echter. “Dit is de zwaarste groep die we konden treffen. Maar als het 1-1 was gebleven, hadden we nog steeds op vier punten voorsprong gestaan. Nu wordt het uiterst lastig om als tweede te eindigen.” Woensdag is Portugal, dat vierde staat met een achterstand van drie punten, in Boedapest de volgende tegenstander.
De Oost-Europeanen kwamen vroeg op achterstand tegen Zweden, maar wisten dat door middel van een benutte strafschop door Szabolcs Huszti weer recht te breien. Daarna wilde de ploeg van Koeman, waar onder meer PSV-aanvaller Balázs Dzsudzsák en NEC-doelman Gabór Babos in de basis begonnen, op zoek gaan naar meer. Ons publiek jutte de spelers op. Je kunt wel blijven aanvallen, maar niet met vijf of zes man. En dat deden wij wel”, sipt Koeman na.
“Ik kon ze nauwelijks meer bereiken”, geeft hij aan. “Dat kun je verwachten op dit niveau. Het heeft te maken met volwassenheid en verstand. Er was met Pal Dardai eigenlijk maar één speler die verantwoordelijkheid nam, maar hem moest ik in de rust wisselen.” Het leidde uiteindelijk dus tot de gewraakte tegentreffer, waardoor de Hongaren voor de zware taak staan om vanaf nu bijna niks meer weg te geven in de loodzware groep.
“Laten we niet vergeten dat we het met de tweede plaats nog steeds fantastisch doen”, vindt Koeman echter. “Dit is de zwaarste groep die we konden treffen. Maar als het 1-1 was gebleven, hadden we nog steeds op vier punten voorsprong gestaan. Nu wordt het uiterst lastig om als tweede te eindigen.” Woensdag is Portugal, dat vierde staat met een achterstand van drie punten, in Boedapest de volgende tegenstander.