Kargbo niet vervolgd voor matchfixing; OM wil meer regelgeving
Ibrahim Kargbo wordt niet vervolgd voor matchfixing. Het Openbaar Ministerie seponeert de zaak tegen de oud-speler van onder meer Willem II wegens gebrek aan bewijs. Het OM laat nu onderzoeken of matchfixing op een andere manier strafbaar kan worden gesteld. Kargbo werd na uitgebreid onderzoek van de Volkskrant gelinkt aan matchfixing.
Sinds 2014 wordt Kargbo in verband gebracht met het beïnvloeden van wedstrijden. De matchfixer Wilson Raj Perumal gaf eerder toe dat hij afspraken heeft gemaakt met Kargbo, maar de oud-speler heeft dat zelf steevast ontkend. De KNVB zei vorig jaar na een onderzoek dat matchfixing door Kargbo en Perumal in zeker één wedstrijd bewezen is.
Volgens het OM is het zeker dat de twee contact hebben gehad, maar er is niet bewezen dat ze over matchfixing spraken. Ook is alleen de bekentenis van Peruma niet voldoende volgens het OM. Het besluit om Kargbo niet te vervolgen, is voor het OM wel aanleiding om onderzoek te laten doen naar de strafbaarstelling van matchfixing. Het OM wil namelijk zien dat het beïnvloeden van wedstrijden expliciet wordt opgenomen in het strafrecht.
Het OM laat ook de invoering van een meldplicht bij vermoedens van matchfixing onderzoeken. Clubs, trainers en medespelers zijn dan verplicht om te melden dat een speler contact heeft met een mogelijke matchfixer. Volgens het OM was er mogelijk voldoende grond geweest om Kargbo te vervolgen als er reeds zo'n meldplicht was.