voetbalzone

Johan Derksen krijgt na duel met Estland repliek van basisklant Oranje

Dominic Mostert10 sep 2019, 08:42
Laatst bijgewerkt: 10 sep 2019, 08:42
Advertentie

Na een absentie van bijna twee jaar keerde Joël Veltman maandagavond terug in de basisopstelling van Oranje. De rechtsback stond negentig minuten op het veld tegen Estland (0-4 zege) en werd door bondscoach Ronald Koeman beloond voor zijn goede seizoenstart bij Ajax. Veltman erkent dat hij even moest wennen, maar zegt tegen Veronica Inside terug te kijken op een 'prima week'.

"Het is natuurlijk wennen om rechtsachter te staan, omdat ik veel centraal heb gespeeld bij Ajax. En je hebt een andere rechtsbuiten voor je", aldus Veltman, die desondanks vrijwel al zijn ploeggenoten wel persoonlijk kende. "Ik ken eigenlijk wel 99 procent, alleen Donyell Malen nog niet. Het is een heerlijke groep." De twintigvoudig international geeft, met de wedstrijden tegen Noord-Ierland en Wit-Rusland van vorige maand in het achterhoofd, toe dat zijn optreden naar meer smaakt. "Voor mij is het zaak om bij Ajax weer te vlammen en de bondscoach te laten zien dat ik erbij hoor."

"Ik ben op de goede weg. Als het fout gaat, ben ik de eerste om dat toe te geven. Ik kan ook veel meer en dat eis ik ook van mezelf, maar ik denk dat het op dit moment alleen maar top is", zegt Veltman over zichzelf. Hij wordt vervolgens geconfronteerd met uitspraken van Johan Derksen, die in de verdediger 'geen Ajax 1-speler en geen international' ziet. "Ja, wat moet ik daarvan vinden? Ik weet nog dat ik rechtsachter speelde toen Kenny Tete geblesseerd was, toen was ik ineens top. Nu ben ik geen Ajax 1-speler."

"Ik denk dat je ook moet kijken naar het aantal wedstrijden dat ik voor Ajax heb gespeeld en volgens mij zit ik bijna tegen Dennis Bergkamp aan. Ik laat me niet vergelijken met Dennis Bergkamp, maar ik zit wel op bijna zoveel wedstrijden. Qua techniek komen we wel overeen, hij kan nog wel wat van me leren", zegt Veltman met een grote glimlach. "Volgens mij zit ik dik over de 200 wedstrijden (224, red.) en zegt dat ook wel wat."