Jahanbakhsh ziet groot verschil met Ajax en PSV: ‘Niet een keer bij ons gezien’
Alireza Jahanbakhsh heeft zich afgelopen zondag verbaasd over de fitheid van de selecties van Ajax en PSV, zo blijkt uit zijn interview met het Algemeen Dagblad. Tijdens de finale van de TOTO KNVB Beker (1-1, 2-3 na strafschoppen) vielen spelers van beide ploegen meermaals met kramp naar de grond. Jahanbakhsh concludeert dat de selectie van Feyenoord ‘superfit’ is en heeft een dergelijke situatie bij zijn elftal ‘niet eenmaal gezien’.
Jahanbakhsh keek enkel de slotfase van het duel tussen Ajax en PSV, waarin spelers voortdurend te maken kregen met kramp. Bijzonder, zo stelt hij. “Spelers met kramp, dat heb ik dit seizoen volgens mij niet eenmaal bij ons gezien. Ook niet bij AS Roma in Italië na honderdtwintig minuten voetbal. En we zetten altijd en overal vol druk, dat vreet echt energie. Wij zijn bij Feyenoord echt superfit, er past maar één woord bij hoe wij bezig zijn vanaf dag één en dat is professionaliteit. We hebben de laatste maanden bijna wekelijks drie wedstrijden in acht dagen gespeeld. Dat kon iedereen aan.”
De 29-jarige Iraniër speelde in de Premier League voor Brighton & Hove Albion, maar is van mening dat de extreme fitheid van Feyenoord vergelijkbaar is met het niveau in Engeland. “Zeker. Ik denk zelfs dat we op dat gebied al van heel hoog niveau zijn. Bij Feyenoord kijken ze nog meer naar individuele trajecten voor spelers. Naar voedingssupplementen van topkwaliteit, naar voeding per speler. Hoe fit onze selectie is, dat is bijna ongelooflijk.”
Toekomst bij Feyenoord
Afgelopen winter was Jahanbakhsh dicht bij een vertrek uit Rotterdam-Zuid. Onder meer het Griekse Panathinaikos was concreet voor de rechtsbuiten. Toch besloot hij te blijven. “Ik voelde dat er een mooie kans lag om echt voor een prijs te gaan. Die wilde ik niet laten lopen, om daar vervolgens de rest van mijn carrière spijt van te hebben.” Ook komende zomer hoeft Jahanbakhsh niet per se te vertrekken bij Feyenoord. “Ik heb het geweldig hier in Rotterdam. En als we ons plaatsen voor de Champions League komend seizoen, is dat echt heel interessant. Ik voel me thuis in Rotterdam. Maar een voetballer weet nooit waar hij een seizoen later speelt.”