Is het vreemd dat PSV ‘gewoon’ heeft kunnen winkelen bij een Russische club?
PSV vindt dat de transfer van Guus Til vanuit Rusland om meerdere redenen te verantwoorden is. Er ontstond kritiek op de club omdat er een transfersom van maximaal vier miljoen euro is betaald aan Spartak Moskou, terwijl diverse Russische (rechts)personen op een sanctielijst zijn geplaatst vanwege de oorlog met Oekraïne. Een woordvoerder van PSV vertelt echter aan het Eindhovens Dagblad dat men zich in Noord-Brabant van geen kwaad bewust is. Ligt de verantwoordelijkheid in Eindhoven, bij de FIFA of ergens anders?
De woordvoerder van PSV meldt dat Spartak Moskou - waar ook Quincy Promes onder contract staat - momenteel niet op een sanctielijst van de Europese Unie of de FIFA staat. "Wij hebben de situatie bij meerdere instanties gecheckt. Die oordeelden dat er geen sprake is van een onoorbare gang van zaken", luidt het vanuit Eindhoven. Daarbij kwam dat Til en zijn familie uit veiligheidsoverwegingen dolgraag weg wilden uit Rusland. Al met al heeft PSV daarom besloten om drie miljoen euro over te maken naar Spartak Moskou, dat op kan lopen naar een kleine vier miljoen door mogelijke bonussen.
Volgens de Eindhovenaren wil de FIFA stimuleren dat spelers uit Rusland kunnen vertrekken. De wereldvoetbalbond zorgde begin maart al voor een regeling waarbij contracten van spelers zonder Russische of Oekraïense nationaliteit konden worden opgeschort tot 30 juni 2022. Onlangs verlengde de FIFA die maatregelen met één kalenderjaar, waardoor Til in theorie 'gewoon' tot de zomer van 2023 in Eindhoven vastgelegd had kunnen worden. PSV besloot echter toch een transfersom op tafel te leggen, waardoor Til nu tot medio 2026 onder contract staat in het Philips Stadion.
De kwestie die rijst is of het Russische clubs überhaupt nog moet worden toegestaan om buitenlandse spelers tegen betaling te kunnen verkopen. De Europese Unie stelde vanwege de oorlog al diverse sancties in tegen Rusland, waarbij er diverse sectoren, personen en bedrijven worden geweerd in de lidstaten. De Britse overheid - onafhankelijk sinds de Brexit - koos voor soortgelijke maatregelen, waarbij ook voormalig Chelsea-eigenaar Roman Abramovich op de sanctielijst werd geplaatst. De bezittingen van de oligarch werden vanwege zijn ogenschijnlijke banden met het Russische regime bevroren; daarom moest Chelsea noodgedwongen worden verkocht.